Ewald Pironet
‘Onze wegen en fietspaden liggen er slecht bij. Het gevolg van jarenlange verkeerde prioriteiten’
Tien kilometer voor het keerpunt in de wielerwedstrijd Luik-Bastenaken-Luik reed de Deen Mikkel Honoré in een putje in de weg en kwam ten val. Topfavoriet Tadej Pogacar kon hem niet meer ontwijken en brak zijn pols. Het is niet de eerste keer dat wielrenners het slachtoffer worden van de slechte staat van onze wegen. In 2020 postte renner Iljo Keisse een foto van het wegdek met als onderschrift: ‘Proberen om de putten in de weg te vermijden tijdens de rit van vandaag in de Ronde van Wallonië: mission impossible!’ Zijn collega Jetse Bol reageerde met een kwinkslag: ‘Er lag soms gewoon asfalt tussen de gaten vandaag.’
Nog geen week na de val van Pogacar werd bekend dat wielertoeristen op de weg mogen rijden als ze minstens met z’n tienen zijn. Volgens de wegcode moet een fietser op het fietspad rijden, tenzij het niet ‘begaanbaar’ is. Minister van Mobiliteit Georges Gilkinet (Ecolo) kondigde aan dat hij de definitie van ‘begaanbare fietspaden’ wil ‘verfijnen’. Dat zal niet langer alleen meer gaan over een fietspad in slechte staat, maar ook over ‘dode bladeren of losse aarde op het fietspad. In dat geval kunnen fietsers, voor hun veiligheid, op de weg fietsen’, aldus Gilkinet. Het staat er echt: ‘Voor hun veiligheid’. Volgens een groene minister.
Onze fietspaden én wegen zijn vaak in erbarmelijke staat. Hun kwaliteit is veel slechter dan in Nederland, Duitsland en Frankrijk, blijkt uit internationale vergelijkingen. In West-Europa bengelen we achteraan, we zitten op het niveau van Polen, Tsjechië en Slowakije. Dat komt omdat onze regeringen al sinds de jaren 1980 bij voorkeur besparen op publieke investeringen. Zoals oud-gouverneur Fons Verplaetse ooit zei in Knack: ‘Als je aan een politieker vraagt: wat ga je doen, de uitkeringen een beetje drukken of een weg niet aanleggen of herstellen, dan weet je onmiddellijk waarvoor hij kiest, hè?’ Dat kortzichtige beleid wreekt zich op langere termijn.
Er was enige opwinding toen Pogacar zijn pols brak door dat putje in de weg. Dat een hele hoop volwassen en kinderen elke dag moeten gebruikmaken van die slechte fietspaden en wegen als ze naar werk en school willen, daarover is er minder verontwaardiging. Hoewel het voor een ontwikkeld land als België een schande is.
O ja, het putje van Pogacar werd een dag na zijn val met een beetje asfalt opgevuld. Probleem opgelost.