Jean-Marie Dedecker (LDD)

‘Onze boeren behoeven geen medelijden, maar begrip’

‘De politieke en mediatieke recuperatie van het boerenprotest was opmerkelijk’, schrijft Jean-Marie Dedecker.

Kranteneditorialisten, de influencers van de publieke opinie, die de boeren traditioneel beschimpten als de grootste zondaars van de klimaat- en natuurreligie, maakten er nu zelfs plots martelaren en slachtoffers van. Nagenoeg alle politieke partijen sprongen op de barricades om publiek te verloochenen wat ze in stilte aanbeden en veroorzaakt hadden in aanloop naar het boerenprotest. Landbouwers vertegenwoordigen immers een belangrijke groep potentiële kiezers, en de kiescampagnes tussen de traditionele partijen zijn al een publicitaire wedstrijd van het kleinste verschil. Met feiten en statistieken win je geen verkiezingen, wel met emotie. Vandaar.

De CD&V stemde zopas voor de tweede keer het stikstofakkoord in het Vlaams halfrond en de Green Deal, de Natuurherstelwet, in het Europees parlement. Ze maakt er deel uit van de Europese Volkspartij (EVP) die al 60 jaar lang ononderbroken aan de macht is in Straatsburg en aan het Brusselse Schumanplein, en het landbouwbeleid oppermachtig dicteert. De Open VLD, aangestuurd door roeptoeter Guy Verhofstadt en zijn parlementair bijzitje Hilde Vautmans, keurt er kritiekloos elk regeltje van de groenesandalenlobby goed.

Dat premier Alexander De Croo plots de besognes van het platteland ontdekte door het geronk van tractoren in de Wetstraat, is niet zo verwonderlijk. De leenheer van Brakel is in zijn hart een plattelandsjonker. Wanneer hij op zondagmorgen met zijn vader hoog te paard door zijn wingewest draaft, knikken de keuterboeren onderdanig voor de blauwe landadel. Zijn vader Herman is zo sterk met de boerenstiel begaan dat hij zelfs subsidies uit de Europese ruif mag incasseren.

(Lees verder onder de preview.)

Maar dat Raoul Hedebouw naast hamer en sikkel ook met de riek en de dorsvlegel de boeren ter hulp zou snellen was niet zo verwacht. Bij de boerenkrijg van vorige week stond de Grote Roerganger van de communistische PVDA parmantig op de barricades van het Brusselse Martelarenplein om onze landbouwers een riem onder het rode hart te steken. Demagogie is de kunst van de leugen. De communisten zijn historisch gezien ervaringsdeskundigen in de landbouwproblematiek.

Raouls Grote Voorganger en partijideoloog Mao Zedong wilde tijdens De Grote Sprong Voorwaarts alle mussen uitroeien omdat ze het graan op het land oppikten. Er werden zelfs premies gegeven per dode mus. Inwoners van sommige buurten jaagden de gevleugelde diertjes vier dagen lang op tot ze dood neervielen. Het resultaat was een sprinkhanenplaag en gras op het menu van de uitgehongerde Chinese kameraad.

De bloedrode dictator Mao gaf ook opdracht om alle landbouwwerktuigen om te smelten in de kleine landelijke hoogoventjes voor de metaalproductie. Klagers werden gemarteld of vermoord. Met als gevolg dat 30 tot 45 miljoen Chinezen in The Great Famine stierven uit hongersnood. En dan was de culturele revolutie nog niet begonnen. Boer, pas dus op je ganzen, op de mussen en op je ploeg als Kameraad Raoul op het Martelarenplein de passie preekt. Je riskeert al vlug zelf gemarteld te worden.

Naast Raoul stond zijn kameraad Tijs Boelen zijn Boerenforum aan te vuren. Op zijn hoofd had deze coöperatieve bioboer een petje dat deed denken aan Vladimir Ilijits Lenin, de vader van de Sovjetunie. Rood of geen brood. Samen met zijn kameraad Jozef Stalin schreef revolutionair Vladimir een bloederig hoofdstuk in de wereldgeschiedenis. Stalin onteigende in 1929 alle landbouwgronden in zijn Unie der Socialistische Sovjetrepublieken (USSR). De boeren werden van hun land beroofd en opgehokt in een 240.000-tal  sovchozen en kolchozen, waar ze als lijfeigenen het land bewerkten. De Koelakken die niet akkoord gingen met de collectivisatie van vadertje Stalin werden een kopje kleiner gemaakt of in het beste geval gedeporteerd. De Siberische Goelags zaten stampvol.

De oogst en de veestapel van de toenmalige Sovjetsatelliet Oekraïne werden onverbiddelijk door Stalin opgevorderd en zelfs doorverkocht aan de Engelsen. Bij die Holodomor of de hongeruitroeiing stierven er op twee jaar tijd tussen de 3,5 en de 7,5 miljoen Oekraïners een vreselijke dood door moord en ontbering. De collectivistische “spoetnik-oogsten” waren in het socialistisch volksparadijs echter zo corrupt en inefficiënt dat voedsel er altijd gerantsoeneerd bleef tot de val van het IJzeren Gordijn in 1989.

In 1984 stond ik zelf nog in de rij aan de staatswinkel GOeM op het Rode Plein in Moskou voor een krop boerenkool en een homp spek uit Raouls landbouwparadijs van hamer en sikkel. De Universele staatswinkel is nu één van de duurste boetieks van de wereld. De Gucci’s en de Louis Vuitons vliegen er de deur uit telkens de Doema in vergadering is. De volksvertegenwoordiging is er volksverlakkerij. Het gevolg van communisme is per definitie ongebreidelde corruptie.

(Lees verder onder de preview.)

Onze boeren behoeven geen medelijden maar begrip. Hun opbrengsten behoren tot de hoogste van de wereld, en de uitvoer van onze landbouwproducten is groter dan de invoer. Ze exporteren bijvoorbeeld jaarlijks al 1,8 miljard kilo aan varkensvlees. Hun eigen “vakbonden”, zoals de Boerenbond zijn rijke machtige conglomeraten die zelf de prijzen bepalen die de landbouwers moeten betalen voor zaaigoed, veevoeders en meststoffen. De agrogiganten worden er schatrijk van en bepalen mee de machtsverhoudingen en de prijzen in de voedselketen. Net zoals in de horeca of de bouwsector zijn er boeren die goed boeren, zijn er die slecht boeren en zijn er die failliet gaan. Ze hebben een fiscaal stelsel waar andere sectoren amper durven van dromen. Hun tractoren rijden op accijnsvrije rode mazout. Die bakbeesten op vier wielen zijn niet alleen hun werkpaarden maar ook hun statussymbolen, net zoals een BMW6 dat kan zijn voor een bepaald type advocaat. Velen zijn eigenaar van tientallen hectaren landbouwgrond, en zitten op hun erf als een bok op een haverkist. Ze genieten van een voordeeltarief van 10% registratierechten op de aankoop van elke morzel klei, en het pachtrecht is zelfs het sterkste en meest beschermde huurcontract in onze rechtstaat. Dankzij een systeem van Semi-brutowinst (SBW) betalen ze weinig belastingen. Ze worden forfaitair belast: per hectare, per gewas, per product (vlees, melk)… een fiscaal maïsdoolhof. Ze betalen nauwelijks 12,5% op hun rijkelijke subsidies uit de Europese ruif, die ze dan nog als onkosten mogen inbrengen. De EU is een pinautomaat van 55 miljard groot, waarvan zo’n 737 miljoen euro in 2022 naar de Belgische landbouwers ging. Ze zijn niet-btw-plichtig, maar kunnen kleine landbouwvennootschappen oprichten om hun eigen btw-uitgaven te recupereren. Als ze een stuk grond braak moeten laten liggen worden ze er voor vergoed enz…

De kalender- en jankboeren zijn het echter beu dat groene regelneven en cityslickers bepalen wanneer ze hun mest mogen uitvoeren (verboden van Vlaanderen naar Wallonië) of hun land mogen inzaaien. Ze worden tot woede en wanhoop gedreven door een verstikkende papierwinkel, door een gebrek aan rechtszekerheid, en door de Europese reglementendiarree over nitraat- habitat- en dito vogelrichtlijnen, enz. Ze hebben genoeg van het pestgedrag van een controlerende ambtenarij die bij de minste overtreding van een mest- of melkquotaregel triomfantelijk zwaait met monsterboetes. Ze hebben genoeg van de ontsporende machtshonger van allerhande natuur- en dierenrechtenorganisaties die aan hun boterham knabbelen. Het is een conservatieve strijd tegen doorgeschoten econormen en vergunningsonzekerheid.

Diegenen die de boerenkrijg nu willen hertekenen tot een linkse strijd voor meer staatsdirigisme en minder vrijhandel, raad ik aan een vliegtuigje te boeken naar Cuba. Scheep in met de kameraden van de PVDA naar het land van wijlen Fidel Castro, het paradijs van gelijkheid in armoede. Je kunt er dan leren overleven zoals de ritselaars van Havana moeten doen om brood op de plank te krijgen. Ofwel moeten ze sjoemelen op de zwarte markt, ofwel zijn ze aangewezen op de Libreta De Abastecimiento Supplies, een boekje met rantsoencoupons voor rijst, zout, eieren… Landbouwgrond, vee en zelfs de vis in de zee zijn er sedert 1962 eigendom van de Staat. Ik bezit nog zo’n armoedeboekje, een relikwie uit mijn jeugdige linkse tijd, toen ik tijdelijk mijn verstand verloren had onder een Che Guevara-baret.

Hasta la victoria siempre.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content