Vrijdaggroep
‘Niet koop- maar concurrentiekracht is de sleutel tot welvaart’
‘De volgende regeringen zullen amper financiële marge hebben om aan koopkrachtbeleid te doen’, schrijft Thibault Viaene van de Vrijdaggroep. ‘Veel verkiezingsbeloftes zullen na 9 juni onvermijdelijk botsen op de precaire budgettaire realiteit.’
In volle verkiezingsstrijd maken politieke partijen ons het hof met allerhande beloftes om de koopkracht te versterken. Deze variëren van het afschaffen van de btw op voedingswaren, het instellen van een basisinkomen tot het optrekken van de belastingvrije som. Allen hebben ze één ding gemeen: er hangt een stevig prijskaartje aan vast.
Het probleem is dat die verkiezingsbeloftes na 9 juni onvermijdelijk zullen botsen op de precaire budgettaire realiteit. De volgende regeringen zullen amper financiële marge hebben om aan koopkrachtbeleid te doen. Het IMF becijferde dat er in de periode 2024-2030 een begrotingsinspanning van ongeveer 30 miljard euro nodig zal zijn om de overheidsfinanciën weer op de rails te krijgen, een herculesopdracht voor ons land. Wie na de zomer ook aan de macht komt, het koopkrachtprobleem is niet met een zak geld op te lossen.
Verbeter het investeringsklimaat
De internationale concurrentiepositie van België, onze ‘concurrentiekracht’ zo je wil, krijgt echter een stuk minder aandacht in de verkiezingscampagne. Onterecht. Die concurrentiekracht, is net de beste garantie voor een structurele toename van de koopkracht. Als een van de meest open economieën ter wereld, is België sterk afhankelijk van export. De totale uitvoer van goederen en diensten vertegenwoordigt een duizelingwekkende 95% van het bruto binnenlands product.
Onze huidige welvaart en koopkracht zijn in grote mate te danken aan die openheid. Daarom moeten de volgende regeringen niet focussen op het kortzichtig rondstrooien van geld (geld dat er niet is), maar op het verbeteren van ons investeringsklimaat. Dat heet moedig en doordacht langetermijnbeleid. Dat heet staatsmanschap.
Groene handelsoorlog
De Belgische industrie gaat echter door zwaar weer. In sectoren die historisch sterk staan in ons land zoals de chemie, staal, kunststofverwerking en textiel, ligt de capaciteitsbezetting vandaag op het laagste niveau ooit. Ook dreigt ons land in de groene transitie aan het kortste eind te trekken.
Er woedt momenteel immers een hevige internationale concurrentiestrijd om groene industriële investeringen aan te trekken. Door de impact van COVID-19-cris heeft de Europese Commissie de teugels van de staatssteunregels gevierd. Hierdoor krijgen grote landen als Frankrijk en Duitsland de vrije baan om royaal subsidies uit te delen aan hun eigen bedrijven. België, met haar beperkte budgettaire slagkracht, loopt het risico achterop te raken.
Ons land moet alle zeilen bijzetten om die groene investeringen aan te trekken. Deze zijn namelijk cruciaal voor de klimaattransitie en vormen de motoren voor onze toekomstige economische groei, jobcreatie en koopkracht.
Korting op transmissietarieven
Extra maatregelen dringen zich op. De koolstofintensieve industrie, die ruim vertegenwoordigd is in België, kampt met een aantal concurrentienadelen ten opzichte van de buurlanden, zoals vergunningsonzekerheid, de loonkostenhandicap en torenhoge energiekosten. De recent aangekondigde maatregel om energie-intensieve bedrijven korting te geven op de transmissietarieven vanwege hoge energieprijzen is een belangrijke stap vooruit.
Bijkomende steun om onze industrie de mogelijkheid te geven hun activiteiten op een competitieve manier te vergroenen, is echter nodig. Het is slecht beleid om hen strenge broeikasgasreductiedoelstellingen op te leggen zonder een instrumentarium te ontwikkelen waarmee de industrie deze reducties op een concurrerende manier kan realiseren. Onze buurlanden hebben dit ook begrepen en zijn reeds volop begonnen met de uitrol van ondersteuningsmechanismes.
De nieuw te vormen regeringen zullen zich moeten wapenen tegen serieuze economische uitdagingen in een budgettair kwetsbare context. Willen we zowel substantiële CO2-reducties op korte termijn bereiken als onze toekomstige koopkracht veiligstellen? Laten we dan niet talmen en de beperkte budgettaire ruimte aanwenden om onze internationale concurrentiekracht te verbeteren. Dát is de beste garantie op een structurele verhoging van de koopkracht in België.
Thibault Viaene (1989) is advocaat aan de Antwerpse balie. Hij is sinds 2023 voorzitter van de Vrijdaggroep.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier