Milieuverenigingen trekken naar Grondwettelijk Hof tegen planschaderegeling

De Dender in de buurt van Ninove op 3 januari 2024. © Belga

Acht milieu- en natuurverenigingen, waaronder Natuurpunt, Bond Beter Leefmilieu en Greenpeace, trekken naar het Grondwettelijk Hof tegen de planschaderegeling die het Vlaamse parlement heeft goedgekeurd. Ze willen op die manier “vermijden dat het neutraliseren van slecht gelegen bouwgronden – denk bijvoorbeeld aan percelen gelegen in overstromingsgebied – onbetaalbaar en dus onmogelijk wordt”.

In het kader van de bouwshift van de Vlaamse regering werd een planschaderegeling goedgekeurd die voorziet in hoge vergoedingen voor eigenaars die hun grond van bestemming zien veranderen, van bouwgrond naar open ruimte. De natuurverenigingen hekelen dat de vergoeding niet alleen de geleden schade vergoedt, maar in het meest extreme geval ook speculatie. “Dit dreigt de belastingbetaler fortuinen te kosten en natuurbescherming onbetaalbaar te maken”, klinkt het. “Deze nieuwe regels hypothekeren de doelstelling van de bouwshift om meer open ruimte te creëren”.   

De verenigingen noemen hun gerechtelijke procedure zelf de ‘Ruimtezaak’, naar analogie met de ‘Klimaatzaak’. “Met deze procedure willen we het grondwettelijk recht van elke Vlaming op een gezonde leefomgeving vrijwaren”, zeggen ze. “De manier waarop we met onze ruimte omgaan is van cruciaal maatschappelijk belang. Wij vragen aan het Grondwettelijk Hof om de extreem hoge planschaderegeling te vernietigen, en zo de ruimtelijke planning in Vlaanderen te redden.”

(Lees verder onder de preview.)

De milieu- en natuurverenigingen wijzen erop dat Vlaanderen “de meest gebetonneerde en versnipperde regio van Europa is”, een gevolg van het “ruimtelijk wanbeleid” uit het verleden. De gevolgen zijn nu volop zichtbaar: regenwater kan onvoldoende in de grond dringen waardoor in de zomer de grondwaterstanden vaak te laag zijn en huizen in de winter bedreigd worden door overstromingen. Daarnaast zorgt de ruimtelijke wanorde ook voor massale dierensterfte op de weg, vervuilde waterlopen doordat huizen niet op de riolering worden aangesloten, problemen met het organiseren van openbaar vervoer, enz… 

“Dat moet anders, maar in praktijk gaat het van kwaad naar erger”, zeggen de verenigingen die daarom naar het Grondwettelijk Hof trekken. Ze wijzen erop dat de Vlaamse regering met de extreem hoge planschade (versus beperkte planbaten) besturen die bijkomend bouwgrond bestemmen beloont, en besturen die open ruimte beschermen afstraft. “Zelfs een planologische ruil, om slecht gelegen bouwgrond louter te verplaatsen, kost plannende overheden voortaan een gigantische som”, klinkt het.

Op die manier wordt het financieel haast onmogelijk om de nodige ruimtelijke uitvoeringsplannen op te maken die zonevreemde bossen en wetlands in de toekomst moet behoeden voor ongewenste bebouwing. Volgens de expertengroep die aangesteld werd voor de bouwshift, gaat het om 30.000 hectare. “Maar door de nieuwe regeling – waarvan de totale kostprijs geraamd wordt op zo’n 20 à 30 miljard euro – kan in het beste geval slechts enkele duizenden hectare worden gered.” 

Ze wijzen er ook op dat de Vlaamse regering het burgers moeilijker maakt om onwettige omgevingsvergunning aan te vechten in de rechtbank. Daarnaast zet de regering ook volop in op het versoepelen van het vergunningbeleid, zoals het recente nieuwe instrument -het omgevingsbesluit- aantoont, klinkt het. “De extreem hoge planschade is dus geen alleenstaand probleem. Het is een onderdeel van een groter plaatje van ruimtelijk wanbeleid dat de regering bewust voert op vraag van de bouwsector. Die sectororganisatie lijkt nog steeds niet te aanvaarden dat de fysieke grenzen om Vlaanderen verder te verharden reeds lang bereikt zijn. We vragen het parlement en de regering dan ook om het maatschappelijk belang opnieuw centraal te zetten in het ruimtelijk beleid.”

(Lees verder onder de preview.)

De coalitie bestaat uit Natuurpunt, Bond Beter Leefmilieu, Greenpeace, Klimaatzaak, BOS+, Breekijzer, Dryade en Limburgse Milieukoepel. Eerder zorgden zij al voor de vernietiging van een decreet dat het burgers moeilijker maakte om omgevingsvergunningen aan te vechten.  

Vlaams parlementslid Steven Coenegrachts (Open VLD) noemt in een reactie de beweringen van de milieu- en natuurverenigingen “onjuist”.  Volgens het liberale parlementslid heeft “het Vlaams parlement in het Instrumentendecreet ondubbelzinnig gekozen voor een eerlijke vergoeding voor eigenaren die getroffen worden door een waardevermindering van hun grond”.

“De verenigingen die zich daar tegen verzetten kiezen voor de verarming van Vlamingen die een stukje grond in eigendom hebben. Daar zullen wij ons tegen blijven verzetten”, zegt hij.

Partner Content