Pascal Debruyne

‘Migratie als campagnethema? Nog te vaak worden alle vormen van gezinshereniging op een hoop gegooid’

Pascal Debruyne Onderzoeker aan Odisee Hogeschool en voorzitter van Uit De Marge VZW en Samenlevingopbouw Gent

‘Ondanks het feit dat migratie in deze campagne een van de belangrijkste thema’s is, en gezinshereniging een van de belangrijkste migratiekanalen is, krijgen de beleidsvoorstellen van partijen weinig tot geen aandacht,  laat staan dat we iets te weten komen over de impact ervan’, schrijft onderzoeker Pascal Debruyne.

Een mooie toekomst voor je kind. Dat is wat elke ouder wil.”, vertelt Vooruit fractieleider Joris Vandenbroucke ons in een campagnefilmpje op sociale media. De boodschap gaat rechtstreeks naar het hart van ouderschap als alledaagse praktijk, en speelt in op het gezin als hoeksteen van de samenleving.

Dat geldt als geen ander voor ouders in vluchtelingengezinnen, net omdat hun band met de kinderen en andere gezinsleden onder druk staat. Hun gezin is tegen wil en dank in tijd en ruimte gescheiden. De enige brug tussen gezinsleden op afstand is ‘gezinshereniging’. Gezinshereniging garandeert niet alleen hun ‘recht op een gezinsleven’, maar vormt ook het fundament voor de sociale mobiliteit van gezinnen in migratie.

In mijn boek “Gezinshereniging onder druk. Transnationaal sociaal werk”, dat de neerslag is van ruim vier jaar kwalitief onderzoek, beschrijf ik hoe de praktijk van gezinshereniging vandaag bestaat uit een hele reeks drempels, die een destructieve impact hebben op zowel vluchtelingengezinnen zelf als op de hele samenleving. Allerlei administratieve belemmeringen zorgen ervoor dat gezinshereniging in de praktijk voor velen “een papieren gevangenis”. Het belemmert niet alleen het recht op een gezinsleven, maar ook de uitbouw van een toekomst en sociale mobiliteit. Gezinnen blijven “in limbo” wachten, met weinig zekerheid over de toekomst voor henzelf en hun gezin.

Negatieve framing

Die realiteit staat haaks op de dominante negatieve frame over gezinshereniging in diverse partijprogramma’s. Het is opvallend dat in heel wat verkiezingsprogramma’s alle vormen van gezinshereniging op een hoop worden gegooid: gezinshereniging met een Belg, tussen Europeanen of derdelanders, waaronder erkende vluchtelingen en subsidiair beschermden, is voor veel partijen “één pot nat”.

Het doet de complexe realiteit niet alleen geweld aan, maar het creeërt een politieke sfeer waarin er geen institutionele en juridische contouren zijn waarbinnen ‘de politiek’ moet werken. De Europese gezinsherenigingsrichtlijn, het EVRM, het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, … tot het Universeel Verdrag voor de Rechten van de Mens en Europese “case law” van het Europees Hof van de Rechten van de Mens en het Europees Hof van Justitie, lijken onbestaand.

Ondanks het feit dat migratie in deze campagne een van de belangrijkste thema’s is, en gezinshereniging een van de belangrijkste migratiekanalen is, krijgen de beleidsvoorstellen van partijen weinig tot geen aandacht,  laat staan dat we iets te weten komen over de impact ervan. Welk beeld blijft hangen? Dat gezinshereniging een problematisch migratiekanaal is dat te wijd openstaat voor “passieve migranten”.

Het argument klinkt bij monde van het Vlaams belang, dat samen met de N-VA het meest restrictieve beleid nastreeft, dat gezinshereniging tot een minimum moet beperkt worden. De gezinshereniger moet werken, een inkomen hebben van minstens 140 procent van het leefloon, minstens 21 jaar oud zijn, terwijl de termijn waarbinnen erkende asielzoekers zonder voorwaarden gezinsleden mogen laten overkomen drastisch ingekort moet worden. Vlaams Belang wil de gezinshereniging “maximaal verstrakken” en “enkel nog doen wat van Europa moet”. Maar onder invloed van het Vlaams Belang, verrechtsen ook andere partijen op migratie, waaronder gezinshereniging. Vijf van de zeven Vlaamse partijen – Vooruit, Open VLD, CD&V, de N-VA en Vlaams Belang – pleiten ervoor om de voorwaarden voor gezinshereniging strenger te maken.

Drempels versterken

Vooruit wil bijvoorbeeld de gezinshereniging nóg strenger maken door inkomensvoorwaarden te verhogen. Volgens de sociaaldemocraten moet dat zorgen voor betere integratie. Al is ‘integratie’ één van de correcte lensen waardoor je kan kijken om het gezinsherenigingsbeleid vorm te geven -wie wil er nu geen sociale mobiliteit van nieuwkomers nastreven in een tijd dat we sterke schouders onder de welvaartstaat zoeken?-, de oplossing van Vooruit leidt tot het tegendeel. De inkomensvoorwaarden die in België gelden zijn al hoog. Je moet een netto-inkomen van 2.048 euro per maand hebben, met een vast contract en een geschikte woning kunnen voorleggen. Het voorstel van Vooruit ligt in deze in de lijn van N-VA en het Vlaams Belang. De N-VA wil bijvoorbeeld de inkomensgrens verhogen naargelang het aantal personen dat overkomt.

CD&V wil daarnaast de “grace periode” inkorten voor vluchtelingengezinnen, van 1 jaar naar 3 maanden. Dat is de vrijstellingsperiode waar men niet aan extra voorwaarden moet voldoen. Dit voorstel wordt door de experten van de Orde van Vlaamse Balies, oranje gekleurd wegens een mogelijke schending van art. 8 EVRM. “In veel landen duurt het immers veel langer om de formaliteiten voor het verkrijgen van een visum te vervullen. Bovendien beschikt niet elk land over een Belgische ambassade waardoor mensen zich dienen te verplaatsen naar een buurland om hun aanvraag (fysiek) in te dienen. De facto zou het voorstel aldus tot gevolg hebben dat er amper nog aanvragen tot gezinshereniging aanvaard zullen worden. Indien België de digitale aanvraag, zoals in Nederland, zou aanvaarden, dan is het inkorten van de termijn minder problematisch.”

In de praktijk bestaat er door een veroordeling van België door het Europees Hof van Justitie -het zogenaamde ‘Afrin arrest’- een mogelijkheid om bij uitzondering een digitale aanvraag te doen. Er zijn echter signalen van Myria over hoe ambassades en DVZ die wettelijke mogelijkheid bewust ondergraven. Het gevolg is dat gezinsleden op gevaar voor eigen leven de grens moeten oversteken. Welkom in ‘de woestijn van de werkelijkheid’ die migratiebeleid heet.

Ook het voorstel van (onder andere) Open VLD waar het verwerven van een basiskennis Nederlands in het thuisland als voorwaarde voor gezinshereniging wordt gesteld is een mogelijke schending van art. 8 EVRM. Flankerend aan gezinshereniging stelt Open VLD, samen met andere partijen, voor om een graduele toegang tot “de sociale zekerheid” te bewerkstelligen. Vaak is het niet duidelijk of partijen sociale zekerheid of de bijstand bedoelen. Hoe dan ook, is er vandaag een graduele toegang tot sociale zekerheid, omdat je een zeker aantal dagen moet gewerkt hebben. En is de toegang tot de bijstand belemmeren, hoe onduidelijk dat ook is zoals bij “de integratiesteun” van Vooruit, onwettig voor vluchtelingengezinnen.

Stokken in de emancipatiemachine

Vandaag zorgen veel drempels in de verblijfsprocedures ervoor dat gezinnen lang(er) uiteen zijn. Met alle gevolgen vandien ‘nadien’. Vreemd dat alleen Groen en PVDA dat erkennen in hun verkiezingsprogramma’s.

Dit geldt in de eerste plaats voor vluchtelingengezinnen. Gezinsleden vervreemden van elkaar. Hoe vind je elkaar terug na vaak vele jaren uiteen? Het lijkt alsof preventiebeleid onbestaand is. Gezinnen worden pas gezien bij kwesties als “parentificatie” van de kinderen en “intrafamiliaal geweld” in het uiterste geval. Wie creeërt daarvoor de omstandigheden? Er is bovendien op het terrein geen nazorg op maat aanwezig, behalve enkele goede praktijken zoals in Gent of Leuven waar men samenwerkt met (CAW)-MindSpring of Caritas. En natuurlijk is er de nazorg van voogden die geen formeel mandaat meer hebben op dat moment, en jeugdhulpverleners die diep in het rood werken.

Daarnaast is het vooral belangrijk te wijzen op de impact van gezinsherenigingsbeleid op de integratie. Hoeveel onderzoek is er nodig, om het verband tussen drempels in de gezinshereniging en stokkende emancipatie van gezinnen vast te stellen? Levens staan “on hold” en arbeidsmarktintegratie van volwassenen en schooltrajecten van Niet Begeleide Minderjarige Vreemdelingen komen onder druk te staan. De (beleids)praktijk is er een van falen op gezinsniveau, waarvoor de hele samenleving betaalt.

Politici zijn in de ban van de kost of winst van migratie, zoals de opdracht dat te berekenen voor de Nationale Bank van België aantoont. Maar voor electorale doeleinden zijn weinigen beroerd om de sociale mobiliteit te fnuiken. Nochtans betaalt een mooie toekomst voor gezinsherenigers zich maatschappelijk terug.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content