Luckas Vander Taelen over de Brusselse formatie: ‘De PS wil vooral geld uitgeven’
Na twee maanden treuzelen is de Brusselse PS overstag. Daardoor kunnen de Brusselse regeringsonderhandelingen aan Franstalige kant tussen de MR, de PS en Les Engagés, onder leiding van kandidaat-minister-president David Leisterh (MR) eindelijk van start gaan. Maar aan Nederlandstalige kant zit alles nog muurvast, bevestigde Vlaams informateur Elke Van den Brandt (Groen).
Van den Brandt probeert al weken vruchteloos een coalitie van Groen, Vooruit.brussels, Open VLD en CD&V te smeden. Struikelblok is dat er in de Brusselse regering maar drie Nederlandstalige ministerposten te verdelen zijn. En Benjamin Dalle (CD&V), het boegbeeld van de kleinste partij in deze formule, bedankt voorlopig voor een troostprijs als regeringscommissaris. Journalist, voormalig Groen-politicus en Brusselaar Luckas Vander Taelen bekijkt wat nog wel mogelijk is.
Wat zou u doen als u in de schoenen van Elke Van den Brandt stond?
Luckas Vander Taelen: Ik interviewde een tijdje geleden de goed ingevoerde Brusselkenner Daniël Buyle. Hij dacht dat er een oplossing in de maak was waarbij de CD&V en de N-VA een soort kartel zouden vormen. Dat kartel zou dan de derde partij worden in een coalitie met Groen en Vooruit.brussels, eventueel in een constructie waarin de N-VA gedoogsteun levert. De N-VA zou in dat scenario wel de Brussel-minister krijgen in de Vlaamse regering, de CD&V een minister of staatssecretaris in de Brusselse regering. Dat leek me een interessant denkspoor.
‘Bernjamin Dalle (CD&V) speelt hoog spel en bokst eigenlijk boven zijn gewicht. Ik vind dat niet verstandig.’
Benjamin Dalle zou dat idee ook genegen zijn en weigert voorlopig in elk geval nog steeds om met de CD&V in de voorgestelde coalitieformule van Elke Van den Brandt te stappen, ondanks naar verluidt toenemende druk van CD&V-voorzitter Sammy Mahdi en Les Engagés-voorzitter Maxime Prévot?
Vander Taelen: Daarom is dat denkspoor van een kartel met de N-VA interessant, als mogelijke uitweg uit de impasse. Los daarvan begrijp ik niet goed waarom Dalle het been stijf houdt. Hij wil Groen, Vooruit en de Open VLD zogezegd niet depanneren zonder dat hij er iets voor in de plaats krijgt. Maar dat is een riskante strategie als je weet dat de CD&V al twee decennialang in Brussel hard achteruit boert. Dalle speelt hoog spel en bokst eigenlijk boven zijn gewicht. Ik vind dat niet verstandig, want je kunt Dalle terecht gaan verwijten dat hij de Brusselse instellingen blokkeert. Terwijl er juist heel dringend een Brusselse regering moet komen, om de immense problemen van het gewest aan te pakken.
Maar wordt de gifbeker voor Elke van den Brandt, na haar mooie verkiezingsoverwinning, zo niet heel vol? Een regering moeten vormen met Franstalige partijen die het mobiliteitsplan Good Move willen begraven, de ernstige budgettaire situatie, en dan in Brussel ook nog met de N-VA moeten dealen?
Vander Taelen: Dat heeft ook voordelen, omdat je dan een rechtstreekse lijn en allicht een goede verstandhouding met de Vlaamse regering hebt. Gezien de heftige financiële situatie in Brussel is dat geen overbodige luxe. Bovendien heeft de N-VA in de vorige regeerperiode een goede indruk gemaakt, met een duidelijke visie op Brussel en degelijk parlementair werk. Iemand als Cieltje Van Achter zou in de Vlaamse regering een uitstekend Brussel-minister zijn. Bovendien zijn de politieke verschillen tussen de Vlaamse partijen onderling in Brussel eigenlijk ook niet zo heel erg groot.
‘Waarom de toekomst van Brussel wel degelijk in Vlaanderen ligt’
Binnen Groen zouden sommigen de deur op een kier laten voor een coalitie met Team Fouad Ahidar (TFA), de grote verrassing van 9 juni, mochten andere formules mislukken. Al moet Vooruit.brussels dan wel ook zijn verzet laten varen?
Vander Taelen: Stel nu dat je TFA erbij neemt, een partij met aan het hoofd een grote populist, die toch een paar vreemde, religieus getinte uitspraken heeft gedaan. Maar zelfs als Ahidar daar afstand van zou nemen, lijkt het me gevaarlijk om een regering te vormen met een partij zonder enige bestuurservaring. Het zal de komende jaren in Brussel namelijk maar over één ding gaan, de olifant in de kamer die elke dag dikker wordt, namelijk de rampzalige financiële situatie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Die vereist een echte crisisregering met een crisisbeleid. Maar dat willen zeker Franstalige politici op dit moment nog niet hardop zeggen, vanwege de gemeenteraadsverkiezingen in oktober.
‘Nu de kredietwaardigheid van Brussel in het gedrang komt, rijst de vraag: wanneer volgt België?’
Werpen die een grote slagschaduw op de Brusselse formatiepogingen?
Vander Taelen: Zeker. Neem kandidaat-minister-president David Leisterh: jong, perfect tweetalig en met een gezonde kijk op stedelijk beleid – hij noemt vaak Kopenhagen als voorbeeld. Maar Leisterh weet natuurlijk ook dat oktober de MR een historisch kans biedt om in Brussel meer dan de huidige twee liberale burgemeesterssjerpen te veroveren. Aan de andere kant weet Brussels PS-voorzitter Ahmed Laaouej dat veel Brusselse socialistische burgemeesters in oktober op de schopstoel zitten. Die gemeenteraadsverkiezingen zijn in de Brusselse context dus superbelangrijk – de gemeenten zijn voor de Franstaligen echte machtsbastions. De financiële toestand van die Brusselse gemeenten is trouwens even beroerd als die van het gewest.
‘Er is in Brussel jarenlang met geld gesmeten, zonder te tellen wie wat uitgaf. Niemand had het overzicht.’
In ruil voor het starten van de Brusselse regeringsonderhandelingen kreeg de PS van formateur Leisterh zogenaamde ‘garanties’ in verband met sociale woningbouw, de renovatie van woningen en investeringen in het openbaar vervoer. Allemaal dingen die geld kosten.
Vander Taelen: Ja, de PS wil vooral geld uitgeven. Laaouej wil een investeringsregering en geen bezuinigingsbeleid: ‘non à l’austérité’. En als we in Brussel het geld niet hebben, dan krijgen het wel via een staatshervorming. Maar dat gaat niet gebeuren want het geld is overal op, ook federaal. En dus moet je in Brussel bijvoorbeeld per direct de werken aan de nieuwe metrolijn stopzetten. En ingrijpend hervormen. Het rapport van het Rekenhof over de werking van de regionale Brusselse administratie is vernietigend. De Brusselse begrotingstekorten en schuldontwikkeling zijn alarmerend. Er is in Brussel jarenlang met geld gesmeten, zonder te tellen wie wat uitgaf. Niemand had het overzicht over alle regionale uitgaven, en dus deed iedereen maar wat hem of haar goed uitkwam. Ook Ecolo heeft meegedaan aan het uitdelen van subsidies, zelfs, hoe lachwekkend ook, met innovatiesubsidies voor een frietkot.
Verkiezingen 2024
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier