Robbert de Witt

‘Jongeren stemmen niet altijd zo verstandig als anderen graag willen’

Robbert de Witt Adjunct-hoofdredacteur EW

Al jaren gaan er stemmen op – vooral in progressieve kring – om de stemgerechtigde leeftijd te verlagen naar 16 jaar. In België en Duitsland mochten jongeren stemmen bij de Europese verkiezingen. Helaas voor de progressieven pakte dat niet uit als gehoopt, schrijft Robbert de Witt.

Nou, dat pakte heel anders uit dan vooraf gehoopt. In Duitsland en België werd de stemgerechtigde leeftijd verlaagd en mochten ook 16- en 17-jarigen stemmen bij de Europese verkiezingen. En tot veler verrassing pakte dat goed uit voor (radicaal-)rechtse partijen.

Al jaren gaan er stemmen op in vooral progressieve kring om ook in Nederland die leeftijd te verlagen, van 18 naar 16 jaar. Soms gaan die gepaard met de oproep ouderen het stemrecht af te nemen. Want, zo is de gedachte, ouderen stemmen vaker conservatief en uit eigenbelang. Terwijl zij eigenlijk nog maar weinig toekomst hebben, en dus minder recht zouden moeten hebben om het toekomstige politiek beleid mee te bepalen.

Nee, dan jongeren: politiek gaat over hun toekomst, maar als je nog niet volwassen bent, mag je kennelijk niet meepraten. Dat argument gold vooral rond het klimaat: het is immers de planeet van de kinderen, en weldra niet meer van de ouderen. Dat zo veel jongeren de straat op gaan om hun zorgen te ­uiten over de klimaatverandering, was hét bewijs dat jongeren het hart op de goede plek hebben.

Helaas voor de progressieven, Belgische en Duitse jongeren dachten er bij de Europese verkiezingen toch anders over. In België bleek in de peilingen al dat de rechts-nationalistische N-VA de populairste partij was onder studenten. Een kwart zei N-VA te stemmen – de N-VA van Bart De Wever werd er ook de grootste partij. De Groenen verloren juist aanhang onder de Belgische studenten.

AfD populair onder jongeren

In Duitsland waren de Groenen bij de vorige Europese verkiezingen veruit de populairste partij onder jongeren. Eén op de drie kiezers jonger dan 25 stemde op de partij van Robert Habeck en Annalena Baerbock. Hoe anders was dat begin juni. Het werd een dramatische avond voor de Groenen, die bleven steken op 11 procent van de stemmen. Van de Duitse jongeren die eerder op de Groenen stemden, keerde 23 procent de linkse partij met de klimaat-idealen de rug toe.

Grote winnaar in het algemeen en in het bijzonder onder jongeren was de omstreden radicaal-rechtse partij Alternative für Deutschland (AfD). Na de christen-democraten werd de AfD landelijk de grootste partij, in de voormalige DDR zelfs de grootste. Dat was in belangrijke mate te danken aan de Duitse jeugd: 16 procent van de jongeren – inclusief de 16- en 17-jarigen – stemde AfD, een groei van 11 procent ten opzichte van 2019.

Onbegrijpelijk wellicht voor buitenstaanders, want de AfD is een onfrisse partij, met veel omstreden politici die geregeld uit de bocht vliegen. Denk aan de uitspraak van partijprominent Alexander Gauland, die zei dat Hitler en de nazi’s ‘slechts een vogelpoepje in de succesvolle Duitse geschiedenis’ waren. Of aan de bijeenkomst in Berlijn, waar door AfD’ers werd gesproken over deportaties van immigranten, ook als zij een Duits paspoort hebben. En Europees lijsttrekker van de AfD Maximilian Krah, die kort voor de verkiezingen zei dat heus niet alle SS’ers automatisch fout waren. Enzovoort, enzovoort.

Aanhangers vinden AfD niet ‘extreem-rechts’

Het maakte veel Duitsers blijkbaar niets uit. De deftige krant Frankfurter Allgemeine Zeitung zocht uit waarom het geflirt met het naziverleden door AfD’ers kiezers blijkbaar om het even is. Veel aanhangers vinden de AfD helemaal niet ‘extreem-rechts’ en áls de partij dat al zou zijn, is dat niet erg, want de partij adresseert ‘de juiste kwesties’. Dan gaat het om immigratie. Dat wordt als een veel groter probleem gezien dan klimaatverandering. Jonge AfD’ers hekelen de forse uitgaven aan de Duitse Energiewende, waarvoor zij de Groenen het meest verantwoordelijk achten. Ook willen zij minder asielzoekers.

En – bijzonder verontrustend voor de rest van Europa – met het steunen van Oekraïne hebben zij ook niet zoveel op. Na het schouderophalen over het ­naziverleden laat dat nogmaals een groot gebrek aan historische kennis zien onder AfD’ers. Juist het voormalige Oost-Duitsland moest tijdens de Koude Oorlog buigen voor Moskou. En nu wil Vladimir Poetin de invloedssfeer van het voormalige Sovjet-imperium herstellen in Oekraïne. Ga je gang maar, zeggen AfD’ers.

Pijnlijk allemaal voor de Groenen. Die partij is, onder aanvoering van de messcherpe en daadkrachtige minister van Buitenlandse Zaken Baerbock, een grote steunpilaar van de Oekraïners. Veel meer dan de weifelende sociaal-democratische kanselier Olaf Scholz.

Maar ja, de les is: jongeren stemmen niet altijd zo verstandig als anderen graag willen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content