John Crombez (Vooruit): ‘Hopelijk komt hervorming ziekenhuizen in regeerakkoord’

John Crombez. ‘Er is geen staatshervorming nodig om de preventie te verbeteren.’ © BELGA
Brecht Castel

Het gezondheidszorgbeleid ligt op tafel in de federale regeringsonderhandelingen. Daarbij vormt een studie van econoom en Vooruit-politicus John Crombez een interessant denkspoor. ‘De artsenlonen moeten een minder grote rol spelen in de financiering van onze ziekenhuizen.’

Preformateur Bart De Wever (N-VA) en de partijvoorzitters van CD&V, Vooruit, MR en Les Engagés gaan op 5 juli dieper in op het hoofdstuk gezondheidszorg in hun zoektocht naar een regeerakkoord. Ze ontmoetten vrijdagnamiddag de top van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (RIZIV).

John Crombez, econoom bij het UZGent en gemeenteraadslid voor Vooruit in Oostende, is niet verbaasd dat in die context ook zijn studie uit 2021 op tafel ligt: ‘Ik had het een beetje voelen aankomen door de frequente verwijzingen – onder andere door De Wever – naar die studie tijdens de campagne.’

Waar gaat de studie over? Samen met collega-onderzoeker Rob De Staelen vergeleek Crombez de Belgische gezondheidszorg met die van andere landen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). Als onze gezondheidszorg hervormd zou worden naar het beeld van de beste OESO-leerlingen, dan zou een besparing van 2,9 miljard euro mogelijk zijn, bijvoorbeeld omdat het aantal langdurig zieken vermindert.

Dat uw studie zowel door de N-VA als uw eigen partij Vooruit wordt aangehaald is opmerkelijk. Hoe verklaart u dat?

John Crombez: De N-VA concludeert uit die studie dat er 3 miljard bespaard kan worden in de gezondheidszorg. Was het maar zo simpel: je kunt niet zomaar 3 miljard schrappen en daarmee het gat in de begroting deels dichtrijden. Een juiste lezing is dat er nu hervormingen nodig zijn om de stijging van de kosten in de gezondheidszorg op (middel)lange termijn te beheersen.

‘In de komende vijftien jaar moet het gezondheidszorgbudget met 20 procent stijgen om gewoon onze zorg op peil te houden.’

In de komende vijftien jaar moet het gezondheidszorgbudget met 20 procent stijgen om gewoon onze zorg op peil te houden. Die relatieve stijging is zelfs gróter dan de stijging van het pensioenbudget. De meerkosten door groeiende arbeidsongeschiktheid hebben zowat alle hervormingen in de pensioenen weggeveegd. Door nu te beginnen met hervormen kun je dat proberen beheersen.

https://www.knack.be/nieuws/gezondheid/62-procent-meer-burn-out-bij-zelfstandigen-de-hoeveelheid-aan-regels-oefent-een-immense-druk-op-hen-uit-2/

Dat cijfer van 3 miljard komt uit uw studie van 2021 en duikt nu weer op. Is er dan de voorbije jaren onder minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) niets veranderd?

Crombez: Terechte vraag. Na de coronaperiode is de Vivaldi-regering wel degelijk aan die hervormingen begonnen. Zo heeft minister Vandenbroucke gewerkt op de concentratie van specialisaties. Concreet, niet elk ziekenhuis moet dure behandelingen voor alle specifieke ziekten aanbieden. Dat zorgt voor te veel nutteloze ingrepen.

Helaas is het te vroeg om de impact van die hervormingen te zien in het budget. Wat pancreas- en slokdarmoperaties betreft, zie je het aantal operaties wel jaar na jaar dalen, maar dat zie je nog niet in verminderde uitgaven. (Sinds juli 2019 worden complexe chirurgische ingrepen aan de pancreas en de slokdarm geconcentreerd in in respectievelijk 15 en 10 erkende expertisecentra, die daarvoor een conventie ​ met het RIZIV afsloten, nvdr.) Frank Vandenbroucke zegt ook dat die hervormingen verder doorgevoerd en verbreed moeten worden.

Van welke grote hervorming hoopt u dat zeker op de onderhandelingstafel ligt?

Crombez: De financiering van de ziekenhuizen moet aangepast worden. Nu worden ziekenhuizen gefinancierd door een combinatie van de publieke middelen en de artsenlonen. In dat systeem geldt: hoe meer dure ingrepen een ziekenhuis doet, hoe makkelijker het gefinancierd wordt. Dat is de verkeerde incentive. De impact van die artsenlonen moet omlaag, maar dat is het gevoeligste onderwerp in onze gezondheidszorg.

Ook bij huisartsen en apothekers is er blijkbaar efficiëntiewinst te boeken.

Crombez: We hebben fantastische apothekers en dokters in ons land, maar ze werken te weinig samen. De politiek moet de interactie tussen die twee groepen verbeteren, naar Nederlands model. Een voorbeeld van hoe het nu te vaak loopt in België: op voorschrift van de huisarts haalt een patiënt een medicament tegen eczeem bij de apotheek. Na een paar dagen komt die patiënt terug bij de apotheker met maagproblemen door dat pilletje. Een Belgische apotheker zal dan te vaak iets geven tegen de maagproblemen, maar dan ben je niet bezig met een goed patiëntentraject. Arts en apotheker zouden in zo’n geval samen naar een oplossing moeten zoeken: de eerste medicatie aanpassen zodat die maagproblemen niet ontstaan.

‘De focus ligt te veel op verkoop van medicatie en niet op de gezondheid van de patiënt verbeteren.’

Het probleem is ook dat een arts een diagnose stelt en een geneesmiddel voorschrijft met een bepaalde bedoeling, maar de apotheker eigenlijk heel weinig weet over die bedoeling. En dat terwijl de apotheker frequenter contact heeft met die patiënt en dus kan zien of het medicament werkt en of het goed wordt gebruikt, ook qua hoeveelheden en afbouw. In de huidige situatie is er te veel voorgeschreven medicatie die deels ongebruikt blijft. De focus ligt te veel op verkoop en niet op de gezondheid van de patiënt verbeteren.

Uit uw studie blijkt ook dat we te weinig investeren in preventie. Waarom?

Crombez: De gemeenschapsministers moeten investeren in preventie en de winst gaat naar de federale minister. Uiteraard leidt dat tot onderinvestering. Bij preventie denkt je misschien aan wat meer bewegen en gezonder eten, maar dat is slechts het begin. We moeten durven de achterliggende omstandigheden van gezondheidsrisico’s in kaart brengen.

We hebben data nodig over werk- en woonomstandigheden, luchtkwaliteit, genetica, noem maar op. Op basis van die data kun je tegen elke burger zeggen: dit traject zou jij moeten volgen om niet heel ongezond te zijn op je zeventigste. Mensen hun gezondheid zo concreet preventief aanpakken vraagt tijd, energie en onderzoek, maar het is de toekomst. In Gent zijn we met een proefproject gestart, Gezondheidsmonitor, en daar is veel interesse voor.

https://www.knack.be/nieuws/belgie/politiek/de-staatsgreep-van-n-va-en-vooruit-samen-hertekenen-ze-het-vlaanderen-van-na-de-verzuiling/

Is er een staatshervorming nodig om dat probleem in verband met preventie op te lossen?

Crombez: Nee, de ministers kunnen daarover perfect afspraken maken in de interministeriële comités over gezondheid en begroting. Dat kan dit jaar al beginnen. Zulke afspraken zijn in het verleden al vaak gemaakt, onder het motto: ‘met de regeringen samen moeten we dit echt doen, anders zullen we allemaal begrotingsproblemen krijgen’.

Hebt u de indruk dat een stevige hervorming van de gezondheidszorg er komt met de mogelijke regering van N-VA, Vooruit, MR en Les Engagés?

Crombez: Ik zit niet aan de onderhandelingstafel, dus ik kan daar geen ernstig antwoord op geven. Uiteraard spreek ik met partijgenoten, maar ik heb zelf vaak aan die tafel gezeten en had een hekel aan lekken in de media. Dus dat ga ik ook zelf niet doen. Persoonlijk hoop ik dat de hervorming van het gezondheidszorgbeleid niet blijft steken in quick wins om politiek te scoren. Grote hervormingen met impact over vijftien jaar zijn cruciaal.’

https://www.knack.be/nieuws/belgie/politiek/onderhandelaars-vermoeden-dat-n-va-vlaamse-formatie-opzettelijk-vertraagt/

Partner Content