Hafsa El-Bazioui

‘Isoleer huizen in plaats van mensen’

Hafsa El-Bazioui Gents Schepen van Personeel, Jeugd, Facilitair Management, Internationale solidariteit

‘Het recht op wonen mag niet afhangen van geluk en persoonlijke anekdotes. Wonen is een basisrecht en een belangrijke voorwaarde om een menswaardig leven uit te bouwen’, schrijft Gents schepen en lid van Oikos, Hafsa El-Bazioui. Deze bijdrage maakt deel uit van onze zomerreeks De Doordenkers van Knack.be: Betaalbaar Wonen

Mijn vader stopte als arbeider noodgedwongen met werken na een ongeval. We verhuisden vaak naar niet al te kwalitatieve woningen. Tot het moment dat we ook die huurwoningen niet meer konden bekostigen. Ik groeide nadien op in een sociale woning, op school verzweeg ik dat uit schaamte, thuis was ik vooral opgelucht met dat dak boven mijn hoofd. Ik had geluk, dat geluk is er vandaag niet meer voor iedereen die het nodig heeft. We zien het woondebat verder verharden, de woningmarkt meer verhitten én wachtlijsten aandikken.

Hoe had mijn leven er vandaag uitgezien?

Het recht op wonen mag niet afhangen van geluk en persoonlijke anekdotes. Wonen is een basisrecht en een belangrijke voorwaarde om een menswaardig leven uit te bouwen. En dat gaat over meer dan holle slogans.

Iedereen met een hart voor mensenrechten is het eens: het Vlaams woonbeleid moet beter. De voorbije jaren bleven échte woonoplossingen vooral uit het debat. Dat ‘debat’ reikte niet verder dan het verhogen van drempels en negeren van wachtlijsten. Sociale huurders werden bovenal gestigmatiseerd door hen allen steevast weg te zetten als ‘frauderende profiteurs’. Onder het juk van deze veralgemeningen moeten ze hun leven op eigen kracht verbeteren en worden mensen tegen elkaar opgezet.



Een dak boven het hoofd in plaats van een ticket in de wachtrij

Een van de ‘stokpaardjes’ van het Vlaams woon(wan)beleid was het onderzoeken van eigendomsfraude bij sociale huurders. Dit koste de voorbije drie jaar maar liefst 1,4 miljoen euro. Van de 941 onderzochte cases werd bij de helft sanctionerend opgetreden. Dit is een schamele 0,3% van de hele wachtlijst. De harde realiteit is dat er nog steeds 180.000 mensen op een wachtlijst voor een sociale woning staan. Bijna de helft van de huishoudens zijn alleenstaanden. De gemiddelde wachttijd vier jaar. Vaak loopt dit trouwens nog veel hoger op.

Deze toenemende en zorgwekkende schaarste duwt mensen dieper in een kwetsbare positie, creëert een (nog) grotere druk op het aanbod van de private woonmarkt. Bijgevolg vallen meer en meer mensen uit de boot. Zo telt onderzoek van de KU Leuven bijna 20.000 mensen in Vlaanderen die geen vaste thuis hebben, hiervan zijn bijna 6.000 kind. Toch blijft een broodnodige versnelling voor de sociale woningbouw vanuit Vlaanderen uit. Integendeel, de rem wordt keihard ingedrukt en mensen worden misleid met hondjesfluitjes die werkelijk nergens op slaan.

Steden maken het verschil

In steden en gemeenten krijgt deze uitdaging wél een gezicht. De wachtlijsten zijn hier lokaal meer dan cijfers, het zijn mensen die ons dagelijks confronteren met de keerzijde van een kil woonbeleid gevoerd in platitudes. In Gent durven we al lang niet meer hopen op de Vlaamse regering om écht werk te maken van wonen en schakelen we wel een versnelling hoger.

Eerst werken we drempels actief weg en vergroten we de toegang tot wonen voor iedereen. Zo gingen we de strijd tegen discriminatie aan door het uitvoeren van academische praktijktesten op de private woonmarkt. Vorig jaar bleek dat deze testen hun vruchten afwierpen, Gentse makelaars discrimineren de helft minder dan hun collega’s die elders opereren. Dit is nog altijd te veel en onaanvaardbaar. Daarnaast hebben we ook de ambitie om dakloosheid te beëindigen tegen 2040 en in kader daarvan lanceerden we als eerste stad in Vlaanderen een ‘Housing First’ project. Dit omvat robuuste woningen met begeleiding voor mensen met een verleden van dakloosheid. Op deze manier ondersteunen we hen om terug grip te krijgen op hun leven en dat begint met een woning.  

Isoleer huizen in plaats van mensen

Om de schaarste op de woonmarkt aan te pakken is in eerste instantie meer sociale huisvesting nodig. Onder het aanvuren van Woonschepen Tine Heyse, werden vorig jaar alleen al bij sociale huisvestingsmaatschappij Thuispunt Gent 1.000 nieuwe verhuringen van sociale woningen genoteerd. Dit lokaal bestuurswerk levert dubbel zoveel plaatsen op voor mensen op de wachtlijst dan de dure Vlaamse onderzoeken naar zgn. eigendomsfraude.

In Gent isoleren we huizen in plaats van sociale huurders. Zo heeft Thuispunt Gent een meerjareninvesteringsplan goedgekeurd om de komende 10 jaar alle uitgeleefde en verouderde sociale woningen te renoveren of te vervangen. Ook dat is nodig. Aansluitend is het doel om 2.500 sociale woningen te bouwen tegen 2030, dit bovenop de realisaties van deze bestuursperiode. Een doelstelling die mede door investeringssubsidies van de stad wordt mogelijk gemaakt.

Dit is ambitieus én realistisch indien Vlaanderen dezelfde richting op kijkt en niet langer wegkijkt. De belangrijkste budgettaire hefbomen voor sociale woningbouw, maar ook voor begeleiding bevinden zich namelijk daar. Zonder voldoende ambitie van de Vlaamse Regering blijft deze maatschappelijke kerntaak een ware tantaluskwelling.

Meer verantwoordelijkheidszin dringt zich op. Daarom is het onbegrijpelijk dat wonen geen nationaal thema was in de bovenlokale verkiezingscampagne van de voorbije maanden als we weten hoeveel mensen in de steek werden gelaten.

Paradigmashift van markt- naar maatschappelijke waarde


Zolang het recht op wonen nog strijd vergt, zullen solidaire burgers zich hierover uitspreken. En dat gebeurde ook in Gent. In oktober van vorig jaar slaagden initiatiefnemers van ‘te duur’ en tal van Gentenaars erin om een volksraadpleging op de been te brengen.

Dit was een duidelijk signaal voor méér sociaal en betaalbaar wonen én voor een progressief vastgoedbeleid. Dat kon en kan ik alleen maar toejuichen.

Als schepen bevoegd voor stedelijk vastgoed werkte ik alvast een stappenplan uit om gronden en vastgoed van de stad prioritair in te zetten voor sociaal en betaalbaar wonen. En toch kunnen de ambities nog hoger. Een volgende stap ligt bij ons stadsontwikkelingsbedrijf door gronden geschikt voor wonen integraal te gebruiken voor méér sociaal en betaalbaar wonen.

Het publiek patrimonium is een voor de hand liggende hefboom voor woningbouw, ook hier schieten bovenlokale partners te kort door hun eigen patrimonium op de markt te brengen en te verkopen aan de hoogste bieder. Denk maar aan de Arsenaalsite in Gentbrugge. De NMBS verkocht haar enorme stelplaats van maar liefst 13 hectare groot. Ze deed dit aan een marktprijs, waardoor de stad niet in het commercieel opbod kon meedingen. Het maakt ons lokaal werk extra moeilijk en toch blijven we in Gent timmeren aan een progressief woonbeleid.

Steden maken het verschil met doordracht beleid om meer huisvesting te realiseren. Al moeten we ook eerlijk zijn, alleen kunnen we het niet. Daarom mijn boodschap aan de volgende regering die onderhandelt over de volgende ploeg en prioriteiten: “je weet ons wonen!”

Hafsa El-Bazioui (Groen) is schepen van Personeel, Jeugd, Facilitair Management en Internationale solidariteit in Gent. Ze is lid van de ecologische denktank Oikos.

Partner Content