Tom Decorte
‘Hoe verkoop je de war on drugs als een succes?’
‘Door retorische verkooptrucs slagen beleidsmakers erin steun te vergaren voor een beleid dat problemen eerder in stand houdt dan oplost’, schrijft criminoloog Tom Decorte (UGent) naar aanleiding van het oplaaiend drugsgeweld in Brussel en Antwerpen.
Dat het van kwaad naar erger zou gaan in de war on drugs, was al jaren geleden voorspeld. De afgelopen jaren presenteerden beleidsmakers hun “War on Drugs” graag als een succes, ondanks de aanhoudende uitdagingen en negatieve gevolgen ervan. Door retorische trucs en selectieve framing werd dit beleid verkocht aan het bredere publiek, terwijl de echte problemen vaak werden genegeerd.
Een veelgebruikte strategie was het selectief presenteren van statistieken. Cijfers zoals een toename in inbeslagnames of arrestaties worden benadrukt, terwijl het feit dat drugsgebruik en -handel blijven groeien, wordt weggelaten. Zo wordt de indruk gewekt dat de aanpak effectief is, terwijl het probleem vaak verder escaleert. De definitie van succes wordt aangepast: een recordvangst wordt gezien als een overwinning, niet als een symptoom van een groeiend probleem. Dit verlegt de focus van structurele oplossingen naar meetbare, maar vaak irrelevante, prestaties.
Daarnaast gebruikten de beleidsmakers termen als “doorbraak” of “historische actie” om symbolische successen te vergroten. Beelden van stapels in beslag genomen drugs versterken de indruk dat de strijd effect heeft en dat de overheid controle heeft. De onderliggende problemen, zoals de vraag naar drugs of de economische motoren achter de handel, blijven echter buiten beeld.
De drugsaanpak wordt gepositioneerd als een ethische strijd tegen “het kwaad,” met nadruk op het beschermen van kinderen, gezinnen en de samenleving. Hierdoor wordt kritiek op het beleid vaak weggezet als immoreel of onverschillig ten opzichte van slachtoffers van drugsgebruik. Dit polariseert het debat en maakt alternatieve benaderingen moeilijk bespreekbaar.
Een ander aspect is het creëren van duidelijke vijanden, zoals drugsdealers, gebruikers of kartels. Dit leidt de aandacht af van de gebreken in het beleid zelf. Criminele organisaties worden verantwoordelijk gehouden voor geweld, terwijl de repressieve aanpak die vaak bijdraagt aan dit geweld, buiten beschouwing blijft. De focus blijft op vijandbeelden in plaats van op structurele hervormingen.
Om de bevolking te overtuigen, worden successen overdreven. De ontmanteling van een communicatienetwerk of de uitlevering van een bekende drugsbaron wordt groots aangekondigd, terwijl bredere problemen zoals marktdynamiek en geweld blijven voortbestaan. Vergelijkingen met terrorisme of georganiseerde misdaad versterken de urgentie voor repressieve maatregelen en rechtvaardigen hoge investeringen in politie en militarisering.
Ook stigmatisering speelt een belangrijke rol. Drugsgebruikers worden geframed als onverantwoordelijk of crimineel, wat maatschappelijke steun voor repressieve maatregelen vergroot. Termen als “yogasnuivers” versterken het beeld dat gebruikers zelf verantwoordelijk zijn voor de problemen, terwijl weinig aandacht wordt besteed aan sociale en gezondheidsgerichte oplossingen.
Alternatieve benaderingen, zoals regulering of schadebeperking (harm reduction), worden vaak afgeschilderd als naïef, ineffectief of zelfs gevaarlijk. Kritiek op het huidige beleid wordt gebagatelliseerd of weggewuifd, wat een constructief debat bemoeilijkt. Door deze aanpak blijft het dominante narratief van repressie en controle gehandhaafd, ondanks de beperkte effectiviteit ervan.
Beleidsmakers gebruiken internationale samenwerkingen, zoals acties met Interpol of grensoverschrijdende operaties, om een beeld van coördinatie en effectiviteit te schetsen. Dit versterkt het publieke vertrouwen in een aanpak die vaak niet de gewenste resultaten oplevert.
Kortom, door retorische verkooptrucs slagen beleidsmakers erin steun te vergaren voor een beleid dat problemen eerder in stand houdt dan oplost. Terwijl de perceptie van succes wordt geframed, blijven de kernproblemen onaangeroerd. En ondertussen evolueren we van kwaad naar erger. En het zal nog erger worden.
Prof. Dr. Tom Decorte is Hoogleraar criminologie aan de Universiteit Gent.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier