Peter De Roover (N-VA)
‘Het succes van de staatsbon is een pijnstiller, erachter schuilt een lamentabel begrotingsbeleid’
Federaal fractieleider voor N-VA Peter De Roover heeft vraagtekens bij ‘het promopraatje’ rond de staatsbon.
De staatsbon werd vannacht afgesloten en de intekening zou afklokken op vermoedelijk 20 miljard euro. Dat wordt een groot succes genoemd en naar opbrengst is het dat zeker ook. Ons Agentschap voor de Schuld levert dan ook al jaren puik werk. Als schuldbeheerder van een schuldenziek België kan dat vanzelfsprekend bogen op ruime ervaring, maar ze verdient alleszins een pluim voor het geleverde werk.
De ruime inschrijving zou bewijzen dat er nog groot vertrouwen heerst in de Belgische staat, beweert premier Alexander De Croo (Open VLD) jubelend, waarmee hij de lat om vertrouwen te meten wel heel laag legt. Dat mensen ervan uitgaan dat de Belgische staat volgend jaar haar verplichtingen als lener nog zal nakomen, is wel iets anders dan ‘groot vertrouwen’ hebben.
Die bewering gaat dan ook voorbij aan het banalere en wélbepalende feit dat de spaarder kan tellen. Die 20 miljard aan 2,805% netto-rente verplicht de overheid volgend jaar op de vervaldag tot een rente-uitbetaling van 561 miljoen euro. Die moet worden opgehoest door de belastingbetaler, dus kan je als medebetaler door inschrijving best ook mee aanschuiven bij de ontvangers van die rente.
De sterk gemediatiseerde uitgifte veroorzaakte wel één rimpel. Het gerucht deed de ronde dat de grootbanken met de overheid hadden afgesproken de rente op de spaarboekjes tijdens de uitgifteperiode niet te verhogen. De waarheid bleek genuanceerder. Het contract met de grootbanken bepaalde dat ze tijdens de uitgiftetijd geen concurrerende kasbons zouden uitgeven.
Dat is gebruikelijk bij de uitgifte van staatsbons maar in dit geval opmerkelijk. Was het niet juist de bedoeling dat de staatsbon de banken moest aanzetten tot hogere rentezetting? Alvast, zo klonk het promopraatje.
(Lees verder onder de afbeelding)
Nochtans is de kasbon het bankenproduct dat vergelijkbaar is met de staatsbon, niet de altijd opvraagbare spaarrekening. De grootbanken mochten dus niet concurreren met de staatsbon via een vergelijkbare formule. Opmerkelijk detail toch.
Eigenlijk is het slechts opmerkelijk en pas een detail voor wie de windowdressing van de regering geloofde. De bewering dat de staatsbon de banken moest aanzetten om wakker te worden uit hun zomerrenteslaap, is natuurlijk praat voor de tribune. Dat effect was trouwens minimaal en vermoedelijk uitdovend.
Een staatsbon, en deze vormde daarop geen uitzondering, dient om de overheid in staat te stellen haar tekorten te financieren. De hype rond deze uitgifte en de hoge rente zorgden voor de hoge inschrijving maar dat is maar goed ook voor vadertje staat. Alleen al de rente die betaald moet worden op de overheidsschuld bedraagt zowat negen miljard en daarnaast wordt dit jaar een bijkomende schuld opgebouwd door de federale regering ter waarde van ruim 20 miljard. Nieuwe schuld en rente samen kunnen niet eens betaald worden met de opbrengst van deze staatsbon.
Stel je voor dat de grootbanken een concurrentiële kasbon hadden mogen uitgeven én dat ook gedaan hadden – wat zogezegd de bedoeling was van deze operatie – dan was dat eigenlijk een zware streep door de rekening van de overheid geweest. Dan had het Agentschap voor de Schuld op zoek moeten gaan naar andere bronnen om de rekeningen te kunnen laten betalen en te vermijden dat de spreekwoordelijke deurwaarder aan de federale overheidspoort zou komen aankloppen.
Deze bon vormt dus een tijdelijke pijnstiller die niet mag doen vergeten dat we blijven wachten op hét medicijn: het intomen van de uitdijende overheidsschuld door de begrotingstekorten te verminderen. Met een totale overheidsschuld van 500 miljard zou een financiering met staatsbonnen à 2,805% rente neerkomen op een totale rentelast van ruim 14 miljard.
In hoeverre doet de overheid daarvoor in de toekomst verder beroep op staatsbonnen – deze moet volgend jaar weer worden hernieuwd, wellicht aan hogere rentes maar de schuldenhonger zal tegen die tijd weer hoger zijn – is een interessante vraag. Want de ruime spaarpot van onze inwoners is ook weer niet onuitputtelijk en blijkbaar moet de armlastige federale staat er nu al beroep op doen.
Kortom, het succes van de pijnstiller die zo’n staatsbon blijft, mag niet doen vergeten dat daarachter een lamentabel begrotingsbeleid schuilt, waarvoor geen geneesmiddelen worden toegepast. Daar ligt de kern van het probleem dat niet wordt opgelost door steeds meer geld te lenen bij de burgers.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier