Het mannenbastion van regering-De Wever: ‘Vrouwelijke politici stoten nog steeds op een glazen plafond’
In de nieuwe regering is slechts 4 van de 15 ministers een vrouw. Dat is een stap achteruit, reageren Bieke Purnelle, Liesbet Stevens, Robin Devroe en Nelly Maes.
In de regering van premier Bart De Wever zetelen slechts vier vrouwen: minister van Justitie Annelies Verlinden (CD&V), minister van Asiel en Migratie Anneleen Van Bossuyt (N-VA), minister van Middenstand, Zelfstandigen en KMO’s Eléonore Simonet (MR) en minister van Modernisering van de overheid Vanessa Matz (Les Engagés). Er is bovendien geen enkele vrouwelijke vicepremier.
‘Je zou kunnen zeggen dat het niet uitmaakt of een minister een man of een vrouw is, omdat het gaat om de kwaliteit. Maar de kwaliteit van een groep mensen die samen bestuurt, is beter wanneer die groep divers is’, zegt Bieke Purnelle van Rosa vzw, het Kenniscentrum voor Gender en Feminisme.
‘Dat weten we al geruime tijd aan de hand van onderzoek en geldt zowel in de bedrijfswereld als in de politiek. Andere studies tonen aan dat vrouwen minder geneigd zijn om risico’s te nemen, beter luisteren en dus meer tijd nemen om doordachter beslissingen te nemen. Ze hebben ook meer aandacht voor thema’s zoals pensioenen, zorg, kinderopvang, arbeid en gezin.’
Overzicht: wie zijn de 14 ministers in de regering-De Wever?
Trendbreuk
Purnelle wijst erop dat ook de Arizona-regeringsonderhandelingen haast uitsluitend door mannen werden gevoerd. ‘Natuurlijk gebeurt dat niet opzettelijk. Er is geen sprake van een complot. Het gaat bijna altijd om blinde vlekken. Mensen zijn geneigd om iemand te kiezen die op hen lijkt. Net om dat te omzeilen, bedachten we quota.’
‘Er is te weinig bewustzijn rond het belang van diversiteit.’
Robin Devroe (postdoctoraal onderzoeker aan de VUB)
Dankzij die quota is de vertegenwoordiging van vrouwen in de parlementen de voorbije decennia gestegen, zegt Robin Devroe, postdoctoraal onderzoeker aan de VUB. ‘Maar dat vertaalt zich jammer genoeg niet naar de regeringen. De belangrijke en zichtbare leiderschapsfuncties zijn nog altijd gedomineerd door mannen. De regering-De Croo was de uitzondering die de regel bevestigt. Bij de lancering zaten evenveel mannen als vrouwen in de regering.
‘Het leek een trendbreuk, en het is jammer dat die vandaag wordt teruggedraaid. Nu zitten voornamelijk dezelfde profielen aan tafel. Daardoor lijkt het alsof politiek een mannenzaak is – en dan meer specifiek een wittemannenzaak. Vrouwen, jongeren en mensen met een migratieachtergrond voelen zich niet vertegenwoordigd. Hun perspectief dreigen we te verliezen, en dat is een trieste vaststelling.’
Toevalligheden
Al valt De Wever persoonlijk weinig te verwijten, vindt Devroe. ‘Uiteindelijk zijn het de partijvoorzitters die bepalen wie in de regering zetelt. Vaak gaat het om een samenspel van toevalligheden. Ik denk niet dat zij er bewust voor gekozen hebben om geen of weinig vrouwen te benoemen. Maar er is te weinig bewustzijn rond het belang van diversiteit.’
Ook Liesbet Stevens van het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen heeft het over een ‘stap achteruit’. ‘Bovendien komt er zo nog meer druk op de schouders van de vrouwen die wél in de regering zitten. Dat weten we uit onderzoek. Als minder dan 30 procent van de ministers een vrouw is, worden ze in de eerste plaats als vrouwen beschouwd, niet als beleidsmakers.’
‘We hebben nood aan rolmodellen voor meisjes en jonge vrouwen.’
Liesbet Stevens (Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen)
Rolmodellen
In een regering zijn maar weinig posities te verdelen en het moest snel gaan, stipt Stevens aan. ‘Als je dan niet expliciet vraagt dat er aandacht wordt besteed aan de aanwezigheid van vrouwen, loopt het soms mis.
‘Maar er komen nog kansen. Hopelijk worden er voldoende vrouwelijke medewerkers aangeduid op de allerhoogste posities in kabinetten, administraties en overheidsbedrijven. Zo kan het beeld dat er momenteel is toch wat bijgestuurd worden. We hebben nood aan rolmodellen voor meisjes en jonge vrouwen op het allerhoogste politieke niveau.’
Nelly Maes, voormalig federaal, Vlaams en Europees parlementslid voor onder meer Volksunie en Spirit, was zo een rolmodel. ‘Zoals de meeste strijdbare vrouwen ben ik zeer ontgoocheld over het aantal vrouwen in de regering. En over het feit dat er niet eens vrouwelijke vicepremiers zijn’, reageert Maes.
‘Ik herinner me nog de tijd dat we opstapten uit het parlement bij de goedkeuring van de regering omdat er geen enkele vrouw in zat. We hebben dus al veel vooruitgang geboekt. Maar toch stoten vrouwen in de politiek nog steeds op een glazen plafond.’
Zijne Evidentie: waarom Bart De Wever (N-VA) de logische premier van België is
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier