Ewald Pironet
‘Het blijft onduidelijk waar de regering de miljarden voor defensie vandaan wil halen’
‘Pasen viel dit jaar vroeg in de Wetstraat. Terwijl de klokken pas donderdag in Rome opstijgen, leverde de regering-De Wever vorige week vrijdag al een paasakkoord af om snel op vakantie te kunnen vertrekken’, schrijft senior writer Ewald Pironet.
Dat paasakkoord is niet meer dan een programmawet. Het is altijd een veeg teken als zoiets wordt gepresenteerd onder een ronkende titel en dat was dit keer niet anders: het akkoord stelt weinig voor en net zoals bij het regeerakkoord is het ook nu wachten op de bijbehorende begrotingstabellen. Zonder die begrotingsdocumenten is een evaluatie onmogelijk en een parlementair debat tijdverdrijf.
Zo had de programmawet duidelijkheid moeten brengen waar de regering het geld zal halen voor de extra defensie-uitgaven. Want de plannen die de regering vandaag heeft, verschillen grondig met wat er eind januari in het regeerakkoord werd afgesproken.
Toen wilde de regering tegen 2029 2 procent van ons bruto binnenlands product (bbp) aan defensie uitgeven, nu gaan we dat al tegen eind dit jaar doen en tegen 2029 moet het 2,5 procent worden.
Dat betekent dat er de volgende maanden 4 miljard euro moet worden gevonden, tegen het eind van deze regeerperiode moet elk jaar 7,5 miljard meer naar defensie gaan dan vandaag.
Waar al dat geld gehaald zal worden, blijft onduidelijk. Wat de regering als een paasakkoord verkoopt, levert op het vlak van defensie een windei op: een miskraam, waarbij de minister van Defensie, Theo Francken (N-VA), met lege handen achterblijft.
In afwachting dat de regering zegt waar ze dat extra geld voor militaire uitgaven zal halen, kan een andere vraag worden gesteld: waar is het geld naartoe dat we de voorbije jaren – ondanks beloften – níét aan defensie hebben besteed?
‘Ook na het paasakkoord blijft het uitkijken of de regering-De Wever de problemen aanpakt, dan wel of ze die, net als de vorige regeringen, voor zich uitschuift.’
Want de socialistische premier Elio Di Rupo ging in september 2014 op de NAVO-bijeenkomst in Wales ermee akkoord dat België net als de andere NAVO-lidstaten tegen 2024 2 procent van het bbp aan defensie zou spenderen.
Dat is niet gebeurd. België gaf tien jaar geleden 0,97 procent van het bbp uit aan defensie en vandaag 1,3 procent. Onze buurlanden deden de inspanning wel. Frankrijk ging van 1,82 naar 2,06 procent, Duitsland van 1,19 naar 2,12 procent en Nederland van 1,15 naar 2,05 procent. De Scandinavische en Baltische staten trokken nog meer geld uit voor defensie. Al die landen hadden, net als België, dat geld aan andere zaken kunnen uitgeven.
Als België vanaf 2014 geleidelijk zijn defensiebudget had opgetrokken, zou daar in totaal 25 miljard euro naartoe zijn gevloeid. Waar ging dat geld dan wel naartoe? De uitgaven voor de pensioenen en de gezondheidszorg zijn sindsdien enorm gestegen. Zoals verwacht. Maar onze regeringen hebben sinds de eeuwwisseling nagelaten om daarvoor financiële buffers aan te leggen. De vergrijzingskosten werden gedeeltelijk opgevangen door de defensie-uitgaven níét te verhogen zoals afgesproken.
Je kunt ook zeggen dat de 25 miljard die we uitspaarden op defensie zijn gegaan naar de taxshift van de regering-Michel, eigenlijk een taxcut waar vooral ondernemingen van profiteerden, en naar de hogere sociale uitgaven van de regering-De Croo, met het optrekken van de minimumpensioenen en uitkeringen. Beide regeringen gaven liever cadeautjes aan hun achterban dan de NAVO-afspraken van Wales na te komen.
Er kan ook gekeken worden waar België in vergelijking met zijn buurlanden meer geld aan uitgaf. Uit een studie van de Nationale Bank blijkt dat onze overheidsuitgaven 4,5 procentpunt van het bbp hoger liggen dan in onze buurlanden. Er gaat meer geld naar subsidies aan de NMBS, dienstencheques en allerlei loonsubsidies voor ondernemingen.
We geven ook meer geld uit aan de parlementen en ministeriële kabinetten, waarbij vooral de hoge lonen en extra (uittredings-)vergoedingen opvallen. We besteden ook meer geld aan basis- en secundair onderwijs, waarbij opnieuw onze lonen er uitspringen, en ook aan uitkeringen als gezinstoelagen, ouderschaps-, moederschaps- en vaderschapsverlof.
Hoe je het ook bekijkt, sinds de eeuwwisseling hebben de regeringen de problemen niet aangepakt, maar voor zich uitgeschoven. Ze kwamen de NAVO-afspraken niet na, maar zorgden ondertussen goed voor zichzelf en hun achterban.
Dat breekt ons vandaag zuur op, nu een aantal majeure problemen samenkomen: stijgende vergrijzingskosten, uitgaven voor de energietransitie en hogere defensie-uitgaven. Terwijl de wereldeconomie sputtert door het destructieve optreden van de Amerikaanse president Donald Trump.
Ook na het paasakkoord blijft het uitkijken of de regering-De Wever de problemen aanpakt, dan wel of ze die, net als de vorige regeringen, voor zich uitschuift. In de taal van de regering: of ze eieren legt, of dat het blijft bij gekakel.