Onregelmatigheden bij verkiezingen: ‘Heel Brussel opnieuw naar stembus? Dat is niet te doen’

Bij de afgelopen verkiezingen hebben minstens 2171 kiezers ten onrechte een stem uitgebracht. © BELGA
Jeroen Zuallaert

Herman Matthijs, voorzitter van de raad voor verkiezingsbetwistingen, reageert op het expertenrapport over de onregelmatigheden bij de afgelopen verkiezingen. ‘We moeten eerlijk zijn: de verkiezingen zijn niet helemaal correct verlopen.’

Er zijn wel degelijk onregelmatigheden gebeurd bij de afgelopen verkiezingen. Dat is de conclusie van een verslag van experts, waarover De Standaard vandaag bericht. Daaruit blijkt dat minstens 2171 kiezers een stem konden uitbrengen bij verkiezingen waarvoor ze eigenlijk geen stemrecht hadden.

Het probleem lijkt hem vooral te liggen bij minderjarigen en niet-Belgen afkomstig uit een EU-land. Zij mochten enkel voor de Europese verkiezingen stemmen, maar hebben in sommige gevallen ook voor federale en regionale verkiezingen kunnen stemmen. Die fouten hebben mogelijk de zetelverdeling beïnvloed, concluderen de experts.

‘Houd er bovendien rekening mee dat dit slechts een steekproef is’, zegt Herman Matthijs, professor publieke financiën aan de Universiteit Gent en de Vrije Universiteit Brussel, en voorzitter van de raad voor verkiezingsbetwistingen. ‘Het werkelijke aantal ligt naar alle waarschijnlijkheid hoger. Ik weet bijvoorbeeld van een Fransman in onze wijk die ook voor de Vlaamse en federale verkiezingen heeft kunnen stemmen. Dat kan natuurlijk niet.’

Hoe is dit kunnen gebeuren?

Herman Matthijs: Dit is natuurlijk het gevolg van het feit dat men verkiezingen waarvoor verschillende regels gelden op dezelfde dag heeft gehouden. Dat is vragen om problemen. Om dat te vermijden, zou je ze beter op verschillende dagen houden.

Brengt dit de geldigheid van de verkiezingen in het gedrang?

Matthijs: Het probleem is natuurlijk dat je niet kunt hertellen, want het resultaat blijft hetzelfde. Je zult nooit kunnen bewijzen dat de mensen die onterecht hebben mogen stemmen het uiteindelijke verschil hebben gemaakt in de zetelverdeling.

Moeten de verkiezingen in Brussel overgedaan worden?

Matthijs: Dat zou betekenen dat heel Brussel opnieuw naar de stembus moet. Administratief is dat gewoon niet te doen. Het beste wat we nu kunnen doen, is hieruit leren en zorgen dat het niet opnieuw gebeurt.

‘Het gaat in tegen de democratische principes dat het Vlaams Parlement zijn eigen verkiezingen goedkeurt.’

Herman Matthijs

Zijn er manieren om dat in het vervolg te voorkomen?

Matthijs: Als we de verkiezingen niet op verschillende dagen houden, kunnen we overwegen om aparte stembureaus in te richten voor min-achttienjarigen en EU-burgers. Op die manier vermijd je dat die fouten opnieuw worden gemaakt. Het is ook duidelijk dat de voorzitters van de stembureaus beter opgeleid moeten worden. Zeker bij het elektronisch stemmen zijn er heel wat technische uitdagingen die je bij op papier stemmen niet hebt. Bij elektronische stemkaarten zie je niet hoe die ‘geladen’ zijn, terwijl je bij stemmen op papier ziet hoeveel stembiljetten iemand heeft gekregen. Het is natuurlijk een probleem dat een deel van het land elektronisch stemt en de rest op papier.

Waarom is dat een probleem?

Matthijs: Elektronisch en op papier stemmen is niet hetzelfde. Iemand die op papier stemt, heeft meer mogelijkheden. Hij kan bijvoorbeeld in grote letters ‘Val dood’ op zijn stembiljet schrijven. Hij kan op verschillende lijsten tegelijk stemmen, wat elektronisch niet kan – want je kunt niet ongeldig stemmen. Het geeft bovendien heel wat rompslomp bij de tellingen. Je kunt je afvragen of dat de gelijkheid van de verkiezingen niet in het gedrang brengt.

Een ander probleem is dat de verkiezingen in België goedgekeurd worden door de parlementen. Dat kan eigenlijk niet. Het gaat in tegen de democratische principes dat het Vlaams Parlement zijn eigen verkiezingen goedkeurt. Eigenlijk zijn ze zowel rechter als partij. Om dezelfde reden is het ongehoord dat de parlementen de geloofsbrieven (de documenten die aantonen dat de verkozenen aan de voorwaarden voldoen, nvdr) onderzoekt. Dat moet dringend veranderen.

Hoe doet men dat in andere landen?

Matthijs: In Nederland heb je de Kiesraad die zich over klachten buigt en verkiezingen goedkeurt. Je zou de Vlaamse verkiezingen bijvoorbeeld kunnen onderbrengen bij de raad voor verkiezingsbetwistingen, maar dan heb je nog steeds het probleem op het federale niveau. Er zal federaal een aparte instelling opgericht moeten worden die zich met eventuele klachten over federale en Europese verkiezingen bezighoudt.

Pleit u nu voor méér overheid, professor Matthijs?

Matthijs: Er bestaat momenteel geen enkel orgaan op het federale niveau waar we dat kunnen onderbrengen. Dus ja, er zal een nieuwe administratie moeten bijkomen. Eerlijke verkiezingen zijn nu eenmaal behoorlijk essentieel in een parlementaire democratie. (grinnikt) Waarmee ik uiteraard niet beweer dat er niet te veel overheid is in België.

In België bestaat weinig wantrouwen in het eerlijke verloop van de verkiezingen. Vreest u dat dit nu zal veranderen?

Matthijs: Dit is uiteraard geen reclame voor het correcte verloop van onze verkiezingen. We moeten eerlijk zijn: de verkiezingen zijn niet helemaal correct verlopen, want er zijn mensen die ten onrechte een stem hebben uitgebracht. Het belangrijkste is dat we hieruit leren, en zorgen dat we in de toekomst die fouten niet meer maken.

Herman Matthijs: ‘Bart De Wever premier? Dat zou ik een stomme fout van hem vinden’

Partner Content