‘Gezondheidszorg splitsen? Volledige regionalisering is meer dan één brug te ver’
‘De financiering van de gezondheidszorg aan de regio’s overlaten, getuigt van een zelfzuchtige instelling, die armere regio’s hun eigen boontjes laat doppen’, schrijven Luc Van Gorp (CM), Marc Leemans (ACV) en Peter Wouters (Beweging.net) in een gezamenlijk opiniestuk. ‘Hoe dit past in een christendemocratisch verhaal ontgaat ons helemaal.’
Wouter Beke, Koen Geens en Servais Verherstraeten hielden in De Tijd van 24 januari een pleidooi voor een complete overdracht van de gezondheidszorg naar de gewesten. Over de financiering laten ze zich niet uit, maar we gaan ervan uit dat de federale geldstromen volgen. Ze maken er geen geheim van dat er responsabiliseringsmechanismen voorzien moeten worden. Ze gebruiken het eigenaardige argument dat omwille van de moeilijke budgettaire situatie van de federale overheid, een overheveling van de bevoegdheden naar het deelstaatniveau noodzakelijk is.
Laten we onbevangen naar het voorstel kijken en het op zijn eventuele merites beoordelen. Het valt niet te ontkennen dat er wat verschillen zijn in de visie hoe we naar gezondheid kijken en dus ook op de organisatie van de gezondheidszorg in Vlaanderen, Brussel en Wallonië.
De grotere aandacht voor preventie en eerstelijnszorg in Vlaanderen is zonder meer positief voor de gezondheid van de Vlamingen én kostenbesparend. De vraag of er meer competenties inzake gezondheidszorg geregionaliseerd moeten worden, moet in onze ogen met een nuchtere blik bekeken worden, zonder ideologische vooringenomenheid. Responsabilisering, waarbij de regio die een sterk en effectief preventiebeleid voert, de vruchten plukt in de vorm van uitgespaarde publieke middelen die voor andere beleidsdoelstellingen ingezet kunnen worden, kan een argument zijn om extra competenties te regionaliseren. Die responsabilisering kan echter evengoed vanuit het federale niveau versterkt worden: nu al zijn er veel responsabiliseringselementen in de ziekenhuisfinanciering, waarbij ziekenhuizen die medische overconsumptie inperken beloond worden.
De hervormingen die de minister van Volksgezondheid voorbereidt gaan verder in die richting. Het belang van de patiënt en een efficiënte organisatie van de zorg staan voorop bij het antwoord op de vraag of meer aspecten van de gezondheidszorg geregionaliseerd moet worden. Zelden horen we in de debatten wat dit de burger zal opleveren op vlak van betere zorg en levenskwaliteit. Daarover willen wij het hebben.
De auteurs begeven zich helemaal op glad ijs wat de financiering van de zorg betreft. Zonder zich er ten gronde over uit te spreken laten ze impliciet duidelijk verstaan dat deze financiering ook helemaal aan de regio’s mag overgelaten worden : de budgettaire situatie van de federale overheid is zo precair dat er ”een onhoudbaar onevenwicht ontstaat dat om de overheveling van de bevoegdheden naar het deelstaatniveau vraagt”.
Hier rijzen diepgaande vragen over hun redenering dat een staatshervorming zou bijdragen aan het evenwicht van de overheidsfinanciën. Bedoelt men hiermee dat men bevoegdheden moet overhevelen zonder alle bijhorende middelen, zodat de federale overheidsschuld kan dalen? Gaat men ervan uit dat de deelstaten de gezondheidszorg met minder middelen kunnen beheren? Wij willen het optimisme op vlak van efficiëntie alvast temperen. In plaats van één federaal beheer en één federale commissie artsen-ziekenfondsen, komen er dan drie, voor elke regio één.
Drie kleinere regionale overheden in plaats van één federale overheid zal onderhandelen met de zorgverstrekkers, met de ziekenhuizen over het opnemen in de ziekteverkering van nieuwe behandelingen of met de farma-industrie over de prijzen van medicijnen. Dat maakt een kostenverhoging onvermijdelijk. Zorgverstrekkers in rijkere gewesten zullen beter verloond worden, wat armere gewesten in de problemen kan brengen aangezien veel functies in de zorg knelpuntberoepen zijn.
En dan spreken we niet over de gigantische overhevelingsoperatie die het opdelen van het complexe radarwerk van onze gezondheidszorg met zich meebrengt, met hoge kost voor IT die hiermee gepaard gaat, met verlies of ontdubbeling van deskundigheid, ook binnen de administraties en de ziekenfondsen. En hebben de auteurs gedacht aan de complexiteit, wanneer patiënten zich over een regio heen willen laten verzorgen? Denk maar aan de universitaire ziekenhuizen die gespecialiseerde zorg bieden met hoogtechnologische apparatuur en patiënten behandelen uit alle landsdelen. De inkanteling van de nieuwe bevoegdheden die in 2014 zijn overgedragen is nog steeds niet helemaal voltooid. Dit brengt noodgedwongen jaren van stilstand in beleid met zich mee, tenminste als men chaos wil vermijden.
Voor ons is een volledige regionalisering meer dan één brug te ver. We herinneren er graag aan dat de gezondheidszorg integraal deel uitmaakt van de federale sociale zekerheid. De sociale zekerheid met zijn diverse takken is uitgebouwd na de tweede wereldoorlog door de sociale partners, met middelen ván de sociale partners. Een federale sociale zekerheid is dé basispijler van de Belgische federale staatsstructuur, waaraan we sterk gehecht blijven. We zijn trots op onze gezondheidszorg, ondanks alle uitdagingen en noodzakelijke hervormingen. We koesteren onze zorgverleners, ziekenhuizen, zorginstellingen en sociaal werkers, die in de Coronacrisis over bevoegdheden heen hebben samengewerkt om de crisis de baas te kunnen. We willen dit kostbare radarwerk niet in een ondoordacht avontuur storten.
We distantiëren ons van de Vlaams-nationalistische droom van een steeds verdere regionalisering van bevoegdheden die voor sommigen tot de verdamping of het uiteenvallen van België moet leiden. In veruit de meeste federale landen wordt de gezondheidszorg federaal gefinancierd, met bijdragen op basis van een percentage van het inkomen. Solidariteit tussen ‘arme’ en ‘rijke’ regio’s is inherent aan deze federale financiering.
De financiering van de gezondheidszorg aan de regio’s overlaten, getuigt van een zelfzuchtige instelling, die armere regio’s hun eigen boontjes laat doppen. Nu al zijn de financiële stromen gebaseerd op federale solidariteit tussen de regio’s eerder matig in vergelijking met andere federale landen, en door het uitdoven van het overgangsmechanisme tien jaar na de invoering van de zesde staatshervorming, wordt deze solidariteit nog verder beperkt.
Door de gezondheidszorg en haar financiering over te hevelen naar de deelstaten, willen sommigen de armere regio’s blijkbaar verder het mes op de keel zetten of besparen op onze gezondheidszorg. Hoe dit past in een christendemocratisch verhaal ontgaat ons helemaal.
Luc Van Gorp is voorzitter van de CM.
Peter Wouters is voorzitter van Beweging.net.
Marc Leemans is voorzitter het ACV.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier