Dirk Draulans

‘Europese Natuurherstelwet: premier De Croo pokert op hoog niveau’

Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

Als de Europese Natuurherstelwet er toch nog zou komen, is de kans groot dat het tussen 10 en 27 juni zal gebeuren, voorspelt bioloog en Knack-redacteur Dirk Draulans.

Nee, het is natuurlijk niet zo dat iemand als federaal premier Alexander De Croo (Open VLD) rechtstreeks contact opneemt met de Hongaarse president Viktor Orbán om hem te vragen tegen de Europese Natuurherstelwet te stemmen. ‘Zeg Viktor, ik zit thuis met een probleem met de boeren en de groenen, dat jij zou kunnen oplossen door tegen de wet te stemmen, allez, ik meld het maar hè.’

De kans dat een clown als Orbán dat op een onbewaakt moment vertelt is te groot, dan sta je daar met de billen bloot. Beïnvloeding op dat niveau gebeurt doorgaans discreter. Iemand van het kabinet van De Croo neemt contact op met iemand van het kabinet van Orbán – met de telefoon, want dat laat minder sporen na dan e-mails – om ‘even van gedachten te wisselen’. Daarbij wordt bijvoorbeeld gewezen op het gevaar van rechters die de wet strenger zouden interpreteren dan de bedoeling was.

Diplomaten zijn goede verstaanders en hebben maar een half woord nodig om een verkapte boodschap te begrijpen. En Orbán heeft maar een half woord nodig om te beseffen dat hij weer een kans heeft om een dikke steen in de Europese kikkerpoel te gooien. Zo besliste hij vorige week om de steun van Hongarije voor de Natuurherstelwet in te trekken, ondanks het feit dat zeventien van de achttien Hongaarse Europarlementsleden, inbegrepen alle leden van zijn eigen partij, op 27 februari in het parlement voor de wet hadden gestemd. Door het terugtrekken van zijn steun heeft de Natuurherstelwet ineens niet meer de vereiste grote meerderheid.

De Croo reageerde kregelig op onder meer onze verslaggeving over de sterke signalen dat zijn kabinet actief intervenieerde tegen de wet, maar ze kwam hem op een bepaalde manier wel goed uit. Een tijd geleden had hij al gezegd dat hij een pauzeknop voor de Natuurherstelwet wilde, en de Belgische boeren eisten dat hij alles zou doen wat in zijn macht lag om ze tegen te houden. De berichten van een eventuele interventie kunnen vertaald worden als ‘hij heeft zijn best gedaan’.

Er is echter ook de prangende kwestie van het ‘staatsmanschap’, zeker voor een ambitieus iemand als De Croo die aan zijn water voelt dat de kans dat hij zichzelf opvolgt als premier piepklein is. Als voorzitter van de Raad van de Europese Unie bepalen België en De Croo tot 30 juni mee de Europese agenda. Als De Croo de Natuurherstelwet nu ter stemming laat voorleggen, wordt ze weggeblazen. Dat zou een smet op het diplomatieke blazoen van ons land zijn – België heeft doorgaans een uitstekende reputatie inzake diplomatie. Als voorzitter van de EU moet De Croo boven het gemanoeuvreer in zijn land staan, zelfs in verkiezingsmodus.

Bovendien is er het risico dat bij het wegstemmen van de wet de slapjanussen van Groen in de federale regering toch zouden beslissen om eruit te stappen, waardoor De Croo de trieste primeur zou hebben om als eerste voorzitter van de EU ooit te vallen tijdens dat mandaat. Dan zou niet alleen de Natuurherstelwet over de laatste horde struikelen, maar ook De Croo zelf in het zicht van de meet. Hij zit met zijn regeringspartners van Groen ook verwikkeld in een race to the bottom: Open VLD of Groen zal bij de volgende verkiezingen de kleinste Vlaamse partij worden, wat consequenties kan hebben voor een eventuele nieuwe regeringsdeelname. Er wordt op veel niveaus gepokerd in dit trieste verhaal.

De kans is dus reëel dat de stemming van de Europese lidstaten over de Natuurherstelwet zal worden uitgesteld tot na 9 juni, wanneer er in ons land niet alleen Europese, maar ook nationale (en Vlaamse) verkiezingen zijn. In theorie hebben de 27 lidstaten tijd tot 27 juni om zich uit te spreken. De Croo heeft dan nog twee weken om eventueel groot staatsmanschap te etaleren en de wet alsnog door de Raad te loodsen. Hij hoeft zich daar dan niet meer bij de kiezer voor te verantwoorden.

Je moet je natuurlijk vragen stellen over de waarde van het Europees Parlement, als een minderheid van de lidstaten erin slaagt een door het Parlement goedgekeurde wet toch nog tegen te houden. Er is twee jaar aan gewerkt, er is oeverloos over gedebatteerd en zwaar aan geschaafd – de tekst die finaal voorlag, is een flauw afkooksel van wat hij aanvankelijk was. Er is een massa tijd en geld in gepompt, om dan te botsen op één recalcitrante figuur met de macht om alles op de helling te zetten. Het is politiek op zijn smalst, democratie op zijn inefficiëntst.

De Europese natuur blijft ondertussen verweesd achter. De Natuurhelstelwet beoogde in essentie niet meer dan het opwaarderen van al beschermde natuur – amper 15 procent ervan bevindt zich in een goede staat van zogenaamde instandhouding. Zelfs dat is blijkbaar te veel gevraagd. Ondertussen klagen boeren steen en been dat hun akkers zo nat geregend zijn dat ze bepaalde gewassen niet meer kunnen oogsten. Anderen zijn bang dat de knoppen van de fruitbomen die door de warme februaritemperaturen te vroeg ontloken, zullen sneuvelen bij een kleine opstoot van vorst. Het zijn gevolgen van de klimaatopwarming die mee bestreden kunnen worden door… efficiënte maatregelen ter bescherming van natuur. Maar voor de vele kortzichtigen onder ons – daar zitten toppolitici bijna per definitie bij – is het te veel gevraagd om dat te willen inzien.

PS: voor wie nu denkt dat het misschien niet verstandig is om deze analyse te maken: maak u geen illusies. De boerenorganisaties weten ook hoe het werkt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content