‘Eric Goens heeft me een depressie bezorgd’
Knack-redacteur Stijn Tormans keek gisteren naar Het Conclaaf. ‘Ik had willen weten hoe Het Conclaaf van 1929 eruitzag. Misschien zouden we dan beseffen dat dat van 2024 best nog meeviel.’
Eric Goens heeft me een knoert van een depressie bezorgd. Tot nog toe zag ik mezelf als een vrolijke knul. Empathisch ook. Vol mededogen voor mens en dier. Maar één passage uit een interview met Goens in Humo veranderde alles. Hij wond zich op over die lui die overal wilden investeren, terwijl er al een gat in de begroting zit. ‘De vraag is: hoe egoïstisch sta je als burger in het leven?’ zei Goens. ‘Als je je vandaag geen zorgen maakt over de begroting: fine, je zult er morgen geen last van hebben, en overmorgen ook niet. (…) Ik zou het vrij onverantwoord vinden om op m’n sterfbed tegen mijn kinderen te zeggen: “De kast is leeg en de spaarrekening geplunderd. Maar ik heb wel nog een berg intrest die jullie zullen moeten afbetalen.” Wordt dát onze erfenis?’
Ik pleit schuldig: in de 47 jaar dat ik op deze planeet vertoef, heb ik nog nooit over het gat in onze begroting getobd. Maar sinds het interview met Goens overweeg ik een bezoek aan de psychiater. Elke morgen kijk ik beteuterd en vol zelftwijfel naar die egoïstische rotkop in de spiegel. Terwijl de stem van Goens in mijn hoofd buldert: ‘Wat voor mens zijde gij eigenlijk?’ Om het toch een beetje goed te maken, zapte ik gisteren naar Het Conclaaf op VTM.
Vrolijke vrienden
Het ging daar over van alles: over de begroting, de partijfinanciering, de kloof tussen de burger en de politiek. In de vakpers had ik gelezen dat het tijdens de opnames vroor in Kasteel Jemeppe. De politici hadden niet samen Vrolijke vrienden, dat zijn wij gezongen. Maar op het scherm viel dat nogal mee: ze ontbeten samen en tutoyeerden elkaar. ‘Dag Bart’, ‘dag Conner’, ‘dag Raoul’ en ‘daar is Sammy al’.
Ooit was het anders. Een paar dagen geleden zat ik in de Erfgoedbibliotheek. Ik moest iets opzoeken in een oude krant, en kwam toevallig terecht bij de verkiezingen van 1929. Dat waren pas leuke kerels. Niet te geloven hoeveel schimpscheuten en persoonlijke aanvallen er op dat vergeelde papier staan: dan zijn onze politici van vandaag toch extreem brave koorknapen. Sissy’s. Ik had best weleens Het Conclaaf van 1929 willen zien. Hoe daarna het kabinet-Jaspar III gevormd werd zonder dat ze elkaar hadden uitgemoord, is me een raadsel.
Niemand nam de bus naar Kasteel Jemeppe. Dat was pas een statement geweest.
Maar ook dat lukte zonder dat er doden vielen. Het is waar wat een partijvoorzitter gisteren zei: ‘Onze gevoeligheid is alleen maar toegenomen.’ Het deed me wat denken aan iets wat Tom Lenaerts een paar jaar geleden riep, na een debat met Kristof Calvo (Groen) en Peter De Roover (N-VA): ‘Dit is beschamend. Los het op en kom volgende week terug om te zeggen dat jullie beter jullie best gaan doen.’
Voor zo’n zin krijg je dan massaal applaus, maar ik ben het extreem oneens met Lenaerts. Het is een ongelooflijk privilege om in een democratie van mening te mogen verschillen.
De Audi-jeep van Sammy
Niet de zogezegde animositeit, maar de dure auto’s waarmee de toppolitici in Marche-en-Famenne arriveerden: dat was hét beeld van Het Conclaaf. ‘Amai, die Sammy Mahdi rijdt wel met een schone auto’, zuchtte Rousseau vol jaloezie. ‘Zo’n Audi-jeep.’ Eerder had De Wever het al over de ‘patserbak’ van Tom Van Grieken die in zijn weg stond. De enige die een kleine sympathieke wagen had, was Raoul Hedebouw.
Over elk detail wordt nagedacht in de politiek. Daarom is het opvallend dat niemand met het openbaar vervoer naar Kasteel Jemeppe was gegaan. Nochtans perfect bereikbaar met trein en bus: eerst tot in station Marloie en dan bus 424. Het zou een statement geweest zijn.
Uiteraard was die partijvoorzitter (m/v) dan uren te laat gekomen. Sneu voor Goens, maar dan had er eindelijk eens een debat kunnen losbarsten over de lamentabele toestand van ons openbaar vervoer – een thema dat zoals verwacht compleet ontbreekt in de campagne. En dus ook in Het Conclaaf.
Terwijl het nog nooit zo erg geweest is. In Limburg rijden vandaag amper bussen. En in Gent is de binnenstad tot in 2029 amper te bereiken vanuit het Sint-Pietersstation. Geld voor een pendelbus heeft de Vlaamse regering niet. Ik had graag willen horen van onze toppolitici of het openbaar vervoer in Vlaanderen nog bestaat, of dat ze het gewoon hebben opgegeven. En van Goens had ik willen weten of ik een egoïst ben omdat ik vind dat daar massaal in geïnvesteerd moet worden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier