De comeback van Conner Rousseau: ‘Met twee journalisten praat ik nooit meer’
Vooruit-voorzitter Conner Rousseau spreekt voor het eerst na zijn woelige zomer. De twee meldingen en een klacht die bij het parket liepen over grensoverschrijdend gedrag werden geseponeerd. ‘Met het hand op het hart: volgens mij heb ik nooit een grens overschreden.’
‘Ik voel me nog altijd niet opgelucht na mijn coming-out’, zegt Conner Rousseau. ‘Ik hoop eerlijk gezegd dat dat nog komt.’ De dertigjarige Vooruit-voorzitter kwam dan ook net voor de zomer met een coming-out die om verschillende redenen ongewoon te noemen was. Hij koos ervoor om zijn verhaal te doen in een geregisseerd gesprek met tv-maker Eric Goens dat enkel op YouTube te zien was, en waarvoor media moesten betalen om de beelden te mogen gebruiken.
Bovendien bleken op de achtergrond geruchten te spelen over grensoverschrijdend gedrag van Rousseau. Het kwam tot twee meldingen en een klacht bij het parket. Ondertussen werden die alle drie geseponeerd. En – nog een plotwending – Christine Mussche, de advocate van Rousseau, gaf bij die laatste seponering te verstaan dat in de drie zaken twee journalisten telkens mensen hadden aangezet om naar justitie te stappen.
(Lees verder onder de preview)
Rousseau wil nog één keer terugkomen op die onverkwikkelijke affaire. Dat doet hij op geheel eigen wijze: dit is één interview in een reeks van twaalf die hij aan evenveel verschillende media gaf. Bovendien is de afspraak dat de helft van het gesprek over beleid zou gaan – dat is ook het deel waarbij raspoliticus Rousseau zichtbaar opleeft.
Knack besloot in de rij te gaan staan en zich aan de spelregels van Rousseau te houden, niet het minst omdat we zelf vorige week het verhaal brachten van de twee journalisten die achter hem aan zaten.
Uit onze reconstructie bleek dat twee journalisten van News City, de gezamenlijke redactie van VTM, Het Laatste Nieuws en HLN.be, een cruciale rol hebben gespeeld in de gerechtelijke procedures tegen u. Hebben de media u geflikt?
Conner Rousseau: (wikt zijn woorden) Het staat wel vast dat er een nadrukkelijke rol is weggelegd voor die twee journalisten – die ik nooit bij naam zal noemen. Geen enkele van de drie zaken zou er zijn gekomen zonder hun toedoen. Christine Mussche heeft dat in haar lange carrière nog nooit meegemaakt. Het is de taak van de media om te onderzoeken, maar als je al weet wat je wilt schrijven en vervolgens alles bij elkaar sprokkelt om het te kúnnen schrijven, dan overschrijd je een aantal grenzen.
Wanneer had u door dat die grenzen werden overschreden?
Rousseau: Elf maanden geleden werd ik voor het eerst gebeld door iemand die in shock was nadat een journalist haar lelijke beschuldigingen had verteld. Daarop heb ik zelf contact opgenomen met die journalist. Ik vertelde hem wat er allemaal onwaar was. Later beweerde men dat ik hen nooit te woord heb willen staan. Maar als je niet wilt luisteren wanneer ik zeg dat iets niet klopt, kan ik daar weinig aan doen. Zeker niet als je ná mijn uitleg zelf naar het parket stapt.
News City heeft het misschien onderzocht en heeft zelfs een actieve rol gespeeld, maar ze hebben nooit een letter gepubliceerd.
Rousseau: (geërgerd) Half Vlaanderen werd opgebeld met roddels en leugens. Vrienden van vrienden van vrienden werden erop aangesproken. Het ging heel ver.
‘Half Vlaanderen werd opgebeld met roddels en leugens.’
Op een bepaald moment was het niet meer nodig om erover te berichten, iedereen wist het toch al. Die journalisten hebben een echokamer in elkaar gestoken.
Eén zaak ging over een moeder die zich zorgen maakte om Instagramberichten die u met haar zoon uitwisselde. Juridisch is er niets fout gebeurd, maar veel mensen zullen zich nog altijd afvragen of uw gedrag wel oorbaar was.
Rousseau: Ik ga niet in op de zaken zelf, maar dat geval was zo van de pot gerukt. Met het hand op het hart: volgens mij heb ik nooit een grens overschreden. Het blijft wel een moeilijk debat, want voor elke persoon ligt de grens ergens anders. Daarom is het ook belangrijk dat mensen zelf aangeven wanneer grenzen worden overschreden. Bij mij is dat in geen enkele van de drie zaken gebeurd, omdat dat ook zo niet was. Ik ben blij dat het parket dat drie keer bevestigt.
De brede berichtgeving over de geruchten kwamen er pas ná uw filmpje met de coming-out. Volgens Pol Deltour van de Vlaamse Vereniging van Journalisten was dat opzet ‘ongelukkig en dubbelzinnig’ omdat u zichzelf ‘opgejaagd wild’ noemde. Veel media vonden dat ze die woorden moesten duiden. Zo konden ze de geruchten niet meer verzwijgen.
Rousseau: It’s in the eye of the beholder. In uw blad zegt professor Dirk Voorhoof dat mijn boodschap net betekent dat ik met rust wil worden gelaten. Als iemand dat dan interpreteert om er juist meer over te babbelen, bon…
Het was VRT-journalist Ivan De Vadder die als allereerste publiek over de geruchten begon.
Rousseau: (kort) Dat is iedereen zijn eigen verantwoordelijkheid.
Uw partijgenote Freya Van den Bossche zei diezelfde avond in Terzake dat de video deels een antwoord was op die geruchten. Maar waarom besprak u die geruchten niet zelf bij Eric Goens?
Rousseau: (geprikkeld) Hoe stom zou je zijn om zelf over geruchten te beginnen die niet waar zijn?
Maar Van den Bossche bevestigde de link. Nog een reden voor journalisten om erover te schrijven.
Rousseau: Bij een van de geruchten ging het over een man met wie ik een geschiedenis had. Als het gerucht uitkwam, wist iedereen dus ook van mijn geaardheid. Ook al waren aantijgingen compleet niet waar, dat ik ook op mannen val wél en dat wilde ik net heel graag in eigen handen houden.
‘Er heerst een onuitgesproken druk om uit de kast te komen. Zeker als je progressief bent.’
Kijk, er heerst een onuitgesproken druk om uit de kast te komen. Zeker als je progressief bent. In mijn geval wilden bepaalde journalisten zelfs die keuze voor mij maken: het was genoeg geweest als één journalist over alle geruchten had geschreven om heel Vlaanderen in te lichten. Ik was daar heel bang voor, en dus moest ik wel zelf naar buiten komen. Ik had enkel nog de manier waarop in handen. Omdat ik Eric vertrouwde, wilde ik zelf een video opnemen over mijn struggle.
Redacties werden op voorhand ingelicht, er waren geen bijvragen mogelijk, daarna hulde u zich wekenlang in stilzwijgen. Het was wel erg gescript en had een hoog showgehalte.
Rousseau:Ik vond het net heel eerlijk en puur. Het voelde alsof ik daar bijna naakt zat. Alles wat ik nog aan privacy overhad, werd gedeeld met heel Vlaanderen.
Was zo’n uitgekiemde productie wel nodig voor zoiets gewoons als een coming-out? Uw geaardheid leek voor u een groter ding dan voor de rest van Vlaanderen.
Rousseau: Dat is mijn recht. Ik heb berichten gekregen van mensen die nog in de kast zitten. ‘You do you’, antwoordde ik. In 99 procent van de gevallen hoor ik dat het mensen oplucht, maar iedereen doet het op zijn eigen tempo. Als je er nooit uit wilt komen, is dat ook goed.
Wordt er in progressieve kringen te snel van uitgegaan dat het geen struggle meer is?
Rousseau: Dat interesseert mij niet, mijn geaardheid staat los van politiek. Pas op, in het beleid zal ik keihard opkomen voor gelijke rechten. Het leven is op bepaalde vlakken nog altijd veel makkelijker voor mensen die hetero zijn. Een hetero heeft zijn moeder nooit aan de keukentafel hoeven te zeggen dat hij hetero is. En kent u iemand die gepest werd omdat hij hetero is?
Hoe kijkt u zelf ondertussen terug op uw video?
Rousseau: Meestal is een coming-out een opluchting. Bij mij volgde er veel shit. Ik heb veel steun gehad van vrienden, familie, partijleden. Ook vanuit andere partijen heb ik fijne berichten gekregen. Zulke dingen onthoud je wel.
Volgens de krant De Tijd bleek uit een interne peiling een maand na het begin van de heisa dat uw partij de hoogste score in jaren behaalde.
Rousseau: Dat klopt. Dat zegt me dat mensen niet alles geloven wat in de media komt.
Is Het Laatste Nieuws ook welkom op deze interviewronde?
Rousseau: Met die twee journalisten praat ik nooit meer, maar ik ben professioneel. Dus ja, Het Laatste Nieuws is hier ook geweest.
Deze middag berichtte Het Laatste Nieuws dat het parket van Oost-Vlaanderen een heel ander onderzoek is gestart naar Conner Rousseau: de Vooruit-voorzitter zou in het Sint-Niklaase uitgangsleven racistische beledigingen naar het hoofd van agenten hebben geslingerd. Via zijn woordvoerder reageerde hij ondertussen ook op dit feit: ‘Ik ben officieel niet op de hoogte gebracht dat het parket dit onderzoekt. Ik ben die dag inderdaad op café geweest in Sint-Niklaas en heb daar met verschillende politieagenten gesproken. Ik had te veel gedronken, maar in mijn herinnering was de teneur van die gesprekken eerder grappend en vriendschappelijk. Ik weet niet meer wat er allemaal exact gezegd is, maar wat erover geschreven wordt, verbaast mij heel sterk. Ik hoop dan ook dat het parket mij snel uitnodigt zodat ik snel duidelijkheid krijg over wat er precies aan de hand is.’
Laten we het over politiek hebben. Deze week stonden de kranten vol met de verlanglijstjes van de partijen in de Vlaamse regering voor de begrotingsopmaak. Trekt Vooruit straks ook met zo’n lijstje naar de begrotingsbesprekingen van de federale regering?
Rousseau: Iedereen weet dat het budget krap is. Er zullen juist nog extra inspanningen moeten gebeuren om de begroting op orde te krijgen. Een sterke overheid moet een serieuze begroting kunnen voorleggen. De verhalen dat socialisten zoiets niet belangrijk vinden, kloppen van geen kanten. Wij zullen te gepasten tijden met voorstellen komen, maar het is voor ons duidelijk dat er naar de grootste vermogens moet worden gekeken voor een eerlijke bijdrage.
De banken maken vandaag recordwinsten. Daarvan moet via een overwinstbelasting een deel bij de overheid terechtkomen. Ook de effectentaks kan nog beter werken, en met meerwaarde op aandelen valt er ook nog iets te doen. België is een van de weinige landen die daar geen belastingen op heft.
‘Er is een reden waarom Bernard Arnault hier zijn miljoenen parkeert, en dat zijn niet de schone ogen van onze premier.’
De OESO kwam onlangs met een onderzoek: nergens in de wereld is het verschil tussen lasten op arbeid en lasten op winsten uit vermogen en aandelen zo groot als in België. Er is een reden waarom Bernard Arnault (hoofd van het luxeconsortium Louis Vuitton Moët Hennessy, een van de rijkste mensen ter wereld, nvdr) hier zijn miljoenen parkeert, en dat zijn niet de schone ogen van onze premier. Iemand die elke dag zijn nikkel afdraait, betaalt in verhouding veel meer belastingen dan iemand die miljoenen aan aandelen verdient. Dat is absurd. Dit gaat zelfs niet over mijn politieke kleur, het is een kwestie van gezond verstand dat daar iets aan moet gebeuren.
MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez hebt u daar nog niet van kunnen overtuigen.
Rousseau: Ik zeg dan ook dat het een kwestie van gezond verstand is. (knipoogt) Ondertussen doen ze in het liberale Amerika, waar socialisme een scheldwoord is, zelfs wat wij willen: een bankentaks heffen en meer vragen van de allerrijksten. Hier wordt de kloof tussen de middenklasse en de superrijken alleen maar groter. Mensen van mijn generatie kunnen vaak geen huis meer kopen als ze geen steun krijgen van hun ouders. Ze moeten iets huren, wat ook almaar duurder wordt, of iets kopen waar ze niet gelukkig zijn. Vooruit wil ervoor zorgen dat iedereen straks netto meer overhoudt, maar dat lukt niet zonder dat de allerrijksten eerlijke belastingen betalen.
N-VA-voorzitter Bart De Wever wil ook meer geld geven aan mensen die werken: er moet een transfer komen van de passieven naar de actieven, zoals hij dat noemt.
Rousseau: Als hij met passieven zijn rijke vrienden bedoelt die geen belastingen betalen, ben ik het met hem eens. Helaas, hij wijst liever naar de vreemden. Hij wijst liever naar de Walen. Hij wijst liever naar de werklozen.
‘Besparingen op jeugdzorg, kinderopvang en onderwijs zorgen er alleen maar voor dat het gat in de begroting op lange termijn groter wordt.’
Wij vinden ook dat er meer mensen aan het werk moeten. Kijk maar naar ons plan voor basisbanen voor iedereen die langdurig werkloos blijft. Wij zijn een bondgenoot in die strijd, maar die mensen moeten wel werken voor een behoorlijk loon. Daar moeten wij voor zorgen, en niet door de belastingen op arbeid te verlagen en vervolgens de winkelkar van diezelfde mensen met de BTW duurder te maken. Als we dat doen, lachen we die mensen uit in hun gezicht.
In Vlaanderen wil de CD&V meer investeren in de kinderopvang, maar N-VA’er Matthias Diependaele werpt zich op als de beschermheer die een begroting in evenwicht belangrijker vindt. Kunnen zo’n N-VA en Vooruit echt de spil zijn van een volgende Vlaamse regering?
Rousseau: Ik ga niemand uitsluiten. Wij zullen tevreden zijn als we een goed regeerakkoord kunnen onderhandelen, al weten wij ook wel dat we niet alles zullen kunnen binnenhalen. De CD&V profileert zich nu ook alleen maar op kinderopvang omdat ze ziet dat Vooruit scoort met zo’n thema. Waarom heeft die partij dat niet tijdens de onderhandelingen in 2019 op tafel gelegd?
Jeugdzorg, mijn dada, is nog zo’n schrijnend voorbeeld. Al tien jaar worden de werkingsmiddelen van die sector niet geïndexeerd, dus al tien jaar wordt daarop bespaard. Besparingen op jeugdzorg, kinderopvang en onderwijs zorgen er alleen maar voor dat het gat in de begroting op lange termijn groter wordt. Het kost ons geld als we jongeren niet de kansen geven die ze nodig hebben om later een job te vinden.
‘Het onderwijs moet zo snel mogelijk uit de handen van Ben Weyts (N-VA) worden getrokken.’
Hoe wil de partij van Diependaele trouwens dat alle kinderen Nederlands leren als er geen plaatsen voor hen zijn in de kinderopvang? Ik dacht dat zij dat net als wij superbelangrijk vonden. Er zijn vandaag ook al ouders die niet kunnen gaan werken omdat ze geen kinderopvang vinden, en vrienden van mij betalen zelfs 630 euro per maand voor één kind in de opvang. Why the fuck zouden ze ook nog gaan werken als ze daarmee al dat geld kwijt zijn? Er moet meer geld naar de kinderopvang.
Daarnaast moet ook ons onderwijsniveau dringend weer omhoog. Niet alle nodige hervormingen kosten daar zelfs geld. Het onderwijs moet zo snel mogelijk uit de handen van Ben Weyts (N-VA) worden getrokken.
Zou dat departement na de verkiezingen iets voor Frank Vandenbroucke kunnen zijn?
Rousseau: Nee. Frank Vandenbroucke is de enige die onze gezondheidssector kan klaarmaken voor de komende vijftig jaar. Hij moet ervoor zorgen dat alle Belgen de beste zorg krijgen tegen een betaalbare prijs. Ik hoop dat Vooruit genoeg stemmen behaalt om hem te laten voortwerken.
Frank zal gelukkig ook nog veel gedaan krijgen vóór de verkiezingen. Onlangs is er nog maar een wetsontwerp van hem goedgekeurd om de supplementen die radiologen voor scans vragen in het ziekenhuis af te schaffen. De N-VA stemt daartegen, en dús tegen betaalbare gezondheidszorg. Zij vinden blijkbaar dat radiologen niet alleen een Porsche maar ook nog een Lamborghini moeten kunnen kopen. Het Vlaams Belang onthield zich, wat hetzelfde is als tegen stemmen. Sommige stemmingen zijn echt heel interessant: het VB stemt ook tegen hogere minimumlonen, en in Europa tegen eerlijke belastingen voor multinationals. De volksmens kiest echt beter voor Vooruit.
Vandenbroucke verdedigde onlangs in Knack met vuur het palmares van Vivaldi. Maar tijdens een Voka-debat, begin deze maand, wilde geen enkele voorzitter – u werd vervangen door Bruno Tobback – weten van Vivaldi II.
Rousseau: Ik had groen gestemd als ik daar was geweest. Net als Frank, trouwens. Samengevat is Vivaldi: veel gedoe, maar ook veel gedaan. We hebben echt heel veel gedaan, maar door het gedoe vergeten we dat de mensen te vertellen. Dat is heel jammer.
Welk thema heeft mensen de voorbije twee jaar het meest wakker gehouden? De koopkracht. Geen enkel land heeft de koopkracht beter beschermd dan België. Natuurlijk hebben we kansen laten liggen. Er had een fiscale hervorming moeten komen. Er had een pensioenhervorming moeten komen. We hebben ons woord gehouden en de pensioenen zelfs meer opgetrokken dan beloofd, maar nadien was er ook een hervorming nodig geweest om die pensioenen betaalbaar te houden.
‘We zullen het idee moeten loslaten dat we onze sociale zekerheid alleen kunnen financieren met bijdragen van werkende mensen.’
In tijden van AI, digitalisering en robotisering zullen we trouwens wel het idee moeten loslaten dat we onze sociale zekerheid alleen kunnen financieren met bijdragen van werkende mensen. Ook daar zullende vermogens aan moeten gaan bijdragen, maar dat is een discussie voor een later moment.
Bart De Wever complimenteert u graag, en hoopt na de verkiezingen een confederaal akkoord te sluiten met Paul Magnette (PS), die tegenwoordig in hetzelfde gebouw werkt als u. Wordt u de kingmaker van zo’n historische deal?
Rousseau: Ik heb vorige keer anderhalf jaar met die twee mannen onderhandeld, en de mensen waren dat gezever op het eind kotsbeu. Ik wil mij ook echt met andere dingen bezig houden. Hoe zorgen we ervoor dat werkende mensen meer overhouden? Hoe zorgen we ervoor dat mensen die hun leven lang hebben gewerkt een fatsoenlijk pensioen krijgen? Kunnen we misschien nog iets voor het klimaat doen? Ook niet onbelangrijk: het zijn de gewone mensen die het eerste slachtoffer zijn van de klimaatverandering. Ik ga niet weer voor maanden en maanden op een communautaire carrousel rondjes zitten draaien.
Dat is volgens De Wever makkelijk op te lossen: hij wil meteen na de verkiezingen starten met een minikabinet.
Rousseau:Wie gelooft dat? Elke keer als N-VA over het communautaire begint, stort die partij het land voor langer dan een jaar in een crisis. Andere partijen zijn zo dom dat ze daarin meegaan, tot ze op het eind postjes aangeboden krijgen in een andere regering en de N-VA laten vallen. Ik hoop dat we dat deze keer allemaal kunnen overslaan.
‘Ik ga niet weer maandenlang op een communautaire carrousel rondjes zitten draaien.’
Natuurlijk, dat er gesleuteld kan worden aan dit land om het efficiënter te doen werken, dat ziet iedereen. Maar dat moet dan ook de insteek zijn. Niet een onafhankelijk Vlaanderen, want dat willen de Vlamingen zelfs niet.
De Wever hoopt de deal die hij in 2020 met Paul Magnette sloot te kunnen opwarmen. Wat vond u daar toen van?
Rousseau: Kort samengevat hield die deal in: meer autonomie voor Vlaanderen, meer geld voor Wallonië. Ik ben het helemaal oneens met die logica. Er moet misschien meer geld naar Wallonië en Brussel, maar laten we hervormingen aan koppelen. Dat is de sleutel. De partij die al decennialang zaagt over de transfers wil daarentegen nog eens een zak geld uitdelen. Is dat een efficiënte manier om met overheidsgeld om te gaan? Ik vind dat redelijk pervers.
Wat gaan we ook doen met de autonomie die we afkopen? Ik hou mijn hart vast als ik kijk naar de bevoegdheden die ondertussen in Vlaamse handen zijn. Zie jeugdzorg, zie kinderopvang, zie onderwijs. Alles waar Ben Weyts meer zeggenschap over krijgt, maakt mij heel ongerust.
Tot slot: voert u straks campagne als kandidaat-premier?
Rousseau: Zo werkt dat niet in België.
Toch wel. Jan Jambon was in 2019 expliciet kandidaat-premier.
Rousseau: Daar heb ik weinig van gemerkt. (lacht) Ik wil dit land weer op de rails helpen zetten, ja. Ook wij zullen bij onderhandelingen water bij de wijn moeten doen, dat weet ik ook wel. Maar wij zullen onze verantwoordelijkheid nemen, zolang het maar vooruit gaat. (grijnst)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier