‘Ook bij de regering-De Croo is er geen sprake van een pensioenhervorming, en dat is verontrustend’
Drie vragen aan Knack-redacteur Ewald Pironet over wat we weten over het regeerakkoord van De Croo I.
‘We hebben er dus 500 dagen over gedaan om een regering op poten te zetten die grotendeels het beleid van de regering-Michel zal verderzetten’, zegt Knack-redacteur Ewald Pironet, op basis van de formatienota’s die tot nu toe zijn uitgelekt.
‘Het blijft ook verbazingwekkend dat het opstellen van het regeringsprogramma ondanks die 500 dagen toch nog haastwerk én nachtwerk is geworden. Dat was in het verleden natuurlijk ook zo, maar het is niet goed.’
Wat is uw eerste indruk van het regeerakkoord, zoals het nu bekend is?
Ewald Pironet: Er circuleren nu al teksten en het is afwachten of die echt definitief zijn, want het venijn zit vaak in de details. Neem bijvoorbeeld de verhoging van het minimumpensioen tot 1500 euro. In de tekst die nu de ronde doet, staat: ‘Het minimumpensioen zal geleidelijk worden opgetrokken (volledige en onvolledige loopbaan) richting 1.500 euro netto voor een volledige loopbaan (in geval van een onvolledige loopbaan wordt dit bedrag pro rata verminderd met het verschil tussen 45 jaar en de loopbaan).’ Let op de woorden ‘richting’, dus of dat effectief 1.500 euro zal zijn, is niet duidelijk. Ook onduidelijk blijft tegen welk jaar die 1.500 euro moet worden bereikt. En ook belangrijk is dat dit bedrag pas zal uitgekeerd worden na een loopbaan van 45 jaar. Maar er is nog iets veel verontrustender.
En dat is?
Ewald Pironet: Iedereen heeft het over een verhoging van het minimumpensioen, wie spreekt nog van de hervorming van ons pensioenstelsel? Er bestaan te veel pensioenstelsels, met allemaal hun eigen definities, regels, berekeningswijzen, toekenningscriteria enzovoort. Een regering die het ernstig meent met de pensioenen stemt de verschillende stelsels op elkaar af en bouwt aan een rechtvaardiger systeem. Daar is ook bij de regering-De Croo geen sprake van.
De premier, Alexander de Croo, is bekend. Wat mogen we volgens jou nog verwachten van de verdeling van de ministersposten?
Ewald Pironet: Zoals het er nu naar uitziet zullen er vijftien ministers komen – het maximaal aantal dat toegelaten is – plus nog een reeks staatssecretarissen, waar geen limiet op staat. En meer dan waarschijnlijk zal ook deze regering nog steeds een minister van Begroting tellen, verantwoordelijk voor de uitgaven, en daarnaast ook nog een minister van Financiën, verantwoordelijk voor de inkomsten.
Daarin zijn we uniek, in elk ander land worden beide verantwoordelijkheden door één minister gedragen. Ik citeer nu even de Leuvense professor Wim Moesen, de eminence grise onder de begrotingsexperts, die een jaar geleden in Knack zei: ‘Als we serieus met onze overheidsfinanciën willen omgaan, moet de minister van Financiën dezelfde persoon zijn als de minister van Begroting. Zo is dat in alle landen.’
Ik zal er nog iets aan toevoegen. Een jaar geleden pleitte Alexander De Croo in Het Laatste Nieuws voor een paars-gele regering en zei hij het volgende: ‘Dat moet een sobere regering worden. Sober, om niet te zeggen saai in haar methode. Minder theater, minder gekibbel. Sober in haar samenstelling ook. Tien ministers in plaats van veertien of vijftien, dat moet volstaan als je enkele bevoegdheden samenvoegt, zoals Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking, of Financiën en Begroting.’ Zowat elk woord in deze uitspraak heeft De Croo ondertussen zelf met de voeten getreden. Maar hij is wel premier geworden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier