Online gokken: zelfs de scholen zijn niet meer veilig
Online gokken boomt. Legaal, maar voorlopig zonder veel spelregels. Na zeven jaar liggen de langverwachte KB’s klaar. Op maat gesneden van gokbedrijven, zeggen verslavingsexperts. Knack verdiepte zich in een maatschappelijk ongewenst fenomeen waar de overheid dik aan verdient.
Zes jaar geleden waagde Thibaut (27) zijn eerste gokje op de voetbalpronostiek, in het wedkantoor waar zijn vader een habitué was. Het duurde niet lang voordat hij de stap naar online wedden zette. ‘Veel praktischer’, zegt hij. ‘Het duurt twee minuten om je te registreren. Je hoeft de straat niet meer op, er komt geen cash aan te pas. Een paar muisklikken, en je rekening is aangemaakt. Heel discreet allemaal.’ Discretie was geen detail: als overheidsdienaar behoorde Thibaut tot de zowat 45.000 Belgen die ambtshalve op de uitsluitingslijst van de Kansspelcommissie (KSC) staan.
‘Ach, dat is makkelijk te omzeilen’, vertelt hij. ‘Ik gebruikte het rijksregisternummer van mijn moeder om een account aan te maken. Met haar medeweten, ze dacht dat het om een onschuldig tijdverdrijf ging, zoals bij mijn vader. Ik speelde haast uitsluitend live betting, vooral voetbal en tennis. Wie wint de eerste set? In welk speelkwartier valt de eerste goal? Wordt het een gelijkspel? Valt er een rode kaart? Het is spannend, je ziet de quoteringen tijdens de match voortdurend evolueren. Ik speelde vooral bij Napoleon Games en Unibet, al was die laatste website minder interessant. Rekening en account zijn er aan elkaar gekoppeld, waardoor mijn moeder mijn transacties kon volgen. Bij Napoleon Games werd daar niet naar gekeken.’
Krasbiljetten zijn al op de lagere school ingeburgerd. Echte weddenschappen rukken op in middelbare scholen.
Anders dan wat zijn moeder aanvankelijk dacht, was Thibauts verzetje allerminst onschuldig. Vier jaar na zijn eerste weddenschap had haar zoon een stevige gokverslaving ontwikkeld. ‘Ik ontwaakte pas uit mijn roes toen ik op mijn werk werd betrapt’, zegt hij. ‘Uit onderzoek bleek dat ik in vier jaar tijd zo’n 160.000 euro had ingezet, waarvan 56.000 euro verloren is gegaan.’ Ook zijn baan ging verloren, net als zijn relatie. Een persoonlijk bankroet wist hij nipt te vermijden, maar het doet nog altijd pijn in de portefeuille.
‘Op een bepaald moment had ik een persoonlijke lening genomen’, zegt hij. ‘Om mijn speelschulden aan te zuiveren – of dat was toch het plan. Dat is ook gebeurd, maar ik kon het niet laten om er af en toe 1000 euro af te halen om te spelen. Gevolg: alweer nieuwe putten.’ Thibaut is uit het dal gekropen. Met dank aan de online begeleiding van het Centrum voor Alcohol- en andere Drugproblemen (CAD) Limburg, een van de hulpinstanties waarvan de gegevens verplicht worden vermeld in alle casino’s, speelhallen en wedkantoren, zowel off- als online.
Counter-Strike
De hulpverleners hebben de handen vol, want de kansspelsector boomt. Het gespecialiseerde Britse onderzoeksbureau GamblingCompliance schat de omzet van Belgische private gokoperatoren in 2015 op 5,3 miljard euro. De brutomarge – het verlies van de spelers – bedroeg in datzelfde jaar 885 miljoen, zo blijkt uit cijfers van belangenorganisatie Belgian Association of Gaming Operators (BAGO). Daarbovenop komt trouwens nog de 1,2 miljard omzet van de Nationale Loterij, die niet alleen het monopolie op trekkingsspelen en krasbiljetten heeft, maar ook sportweddenschappen aanbiedt onder de naam Scooore!
Recentere cijfers zijn er nog niet, maar twee trends tekenen zich duidelijk af. Online gokken, in 2015 al goed voor een kwart van de brutomarge van privé-operatoren, blijft fors groeien. Intussen worden weddenschappen tout court, zowel on- als offline, steeds populairder. Nog altijd geldt de krantenwinkel, waar behalve kras- en lottobiljetten tegenwoordig ook weddenschappen vlot over de toonbank gaan, als de antichambre van de speelhal en het casino. Maar steeds vaker wordt het wedkantoor de plaats waar de Belg zijn eerste betaalde gok waagt. De overgrote meerderheid hoeft daar niet met spijt op terug te kijken, maar het risico ligt voor de hand. Zeven procent van de spelers kampt met ernstige verslavingsverschijnselen, 42 procent loopt risico op problematisch gokken.
België telt zowat een 500.000 geregistreerde spelers, landgenoten dus die met enige regelmaat een van de negen legale casino’s of 180 speelhallen met roulette, slotmachines, blackjack- en pokertafels bezoeken. Fysiek of virtueel, want die twee zijn door de in 2010 gewijzigde Kansspelwet aan elkaar vastgeklonken. Alleen wie een casino of een speelhal (waar uitsluitend automaten staan) uitbaat, kan bij de Kansspelcommissie een online vergunning aanvragen. Voor weddenschappen, waar pas vanaf inzetten boven de 1000 euro een registratieplicht geldt, bestaat die koppeling niet.
Dat verklaart meteen waarom internationale sports betting-specialisten zoals Ladbrokes en Bwin zich in speelhallen en casino’s hebben ingekocht. Voor verschillende casino’s vormt de online extensie een soort levensverzekering, want door de hoge exploitatiekosten raken ze met hun fysieke aanbod amper uit de rode cijfers. Op het internet valt van al die verschillende categorieën maar weinig te merken. Ladbrokes, Napoleon Games, Unibet, BetFirst, 777.be, ze bieden naast een brede waaier van weddenschappen een even uitgebreid pakket aan casinospelen aan.
Als men de ongeregistreerde liefhebbers van offline weddenschappen of cafévertier zoals bingomachines meerekent, dan kom je ruim boven het half miljoen kansspelers in België uit. Hoeveel probleemspelers daartussen zitten, weten we niet precies, maar hulpverleners slaan alarm. Een onderzoek uit 2006 schatte het aantal verslaafden al op 34.000, terwijl nog eens 144.000 Belgen hun gokgedrag als problematisch ervaarden. Nog geen 10 procent van hen zoekt hulp. Gokverslaafden lijden in stilte, maar wel reëel. 13 procent van de verslaafden had in 2006 een zelfmoordpoging ondernomen. Dat was lang voor de explosie van de online goksites, die in België pas in 2011 werden toegelaten.
Intussen is er alweer een nieuw tijdperk aangebroken. Dankzij smartphones en apps kan gokken altijd en overal. Recente cijfers zijn er nog niet, maar hulpverleners twijfelen er niet aan dat het verslavingsprobleem gelijke tred houdt met de groei. Wel zijn er twee recente studies over de maatschappelijke aanvaarding en de prevalentie van gokken onder jongeren. Leuvense onderzoekers stelden vast dat krasbiljetten al op de lagere school zijn ingeburgerd. Weddenschappen zijn verboden onder de 18 jaar, maar ze zijn bezig aan een opmars in middelbare scholen.
De constateringen worden bevestigd door een nog niet gepubliceerd onderzoek over e-gambling van de UGent. Steeds meer jongeren beginnen al voor de wettelijk minimumleeftijd van 21 jaar met slots, roulette en blackjack, valt op pagina 56 te lezen. Geen goed nieuws, want het is precies dit soort casinospelen dat het grootste risico van verslaving inhoudt. Nog meer reden tot bezorgdheid is de paringsdans tussen gameontwikkelaars en gokoperatoren. Counter-Strike is een bekend voorbeeld van een game waar spelers hun online profiel kunnen opwaarderen door deel te nemen aan betalende casinospelen.
Maatschappelijk ongewenst
De Hoge Gezondheidsraad (HGR) somde vorige maand in een opgemerkt advies de pijnpunten op. De controle op toegang tot online goksites moet veel scherper. De drempel van krantenwinkels en cafés, waar minderjarigen kansspelen en weddenschappen ontdekken, moet hoger. Gokreclame, alomtegenwoordig zowel in het straatbeeld als online en op televisie, moet aan banden worden gelegd. De HGR was snoeihard voor de Kansspelcommissie (KSC). Bij de oprichting in 1999 kreeg die een dubbele missie mee: het reguleren van de private goksector via een vergunningsstelsel, en het beschermen van spelers, onder meer door het aanleggen en controleren van een uitsluitingslijst.
‘Als ik een week of twee niet speelde, werd ik door Napoleon Games gebeld. Dan ben je weer vertrokken
Thibaut (27)
De KSC speelt naast de Nationale Loterij een sleutelrol in het kanaliseringsbeleid dat België (net zoals de meeste Europese landen) voert. Gokken is maatschappelijk ongewenst, maar de gokdrift zit diep in de mens verankerd en valt niet uit te roeien. Daarom wordt gokken in principe verboden, maar zijn vergunde kansspelen wel toegelaten. Beter een legaal en gecontroleerd aanbod dan spelers in de illegaliteit dwingen, is de redenering. Niet onbelangrijk in dezen: gokken levert ook de overheid geld op. De federale schatkist beurt uit de Nationale Loterij zo’n 135 miljoen euro monopolierente, los van de subsidies die naar allerlei goede doelen vloeien. Ontvangsten uit private gokkantoren komen dan weer regionale overheden ten goede. En dan zwijgen we nog over steden en gemeenten die maar wat blij zijn met allerlei heffingen op casino’s, speelhallen, wedkantoren en bingo’s.
Maar volgens de Hoge Gezondheidsraad schiet de Kansspelcommissie tekort. Erger nog, de Kansspelcommissie werpt zich op als een soort Unizo dat zich vooral bekommert om de rentabiliteit van de goksector. Het verwijt past in een ruimere klacht: volgens de Hoge Gezondheidsraad wegen gokbedrijven te zwaar op het beleid. Het advies komt niet toevallig op een moment dat de regering de laatste hand legt aan de uitvoeringsbesluiten van de nieuwe Kansspelwet van 2010. Drie Koninklijk Besluiten moeten de krijtlijnen trekken voor online kansspelen, die al zeven jaar legaal maar zonder regelgevend kader draaien.
Een eerste poging, ondernomen door voormalig minister van Justitie Annemie Turtelboom (Open VLD), stierf samen met de regering-Di Rupo een stille dood. Onder haar opvolger, Koen Geens (CD&V), komt er eindelijk schot in de zaak. De ontwerpbesluiten liggen momenteel bij de Europese Commissie, nadien moeten ze nog naar de Raad van State, vooraleer ze na een tweede lezing door de ministerraad rijp voor publicatie in het Staatsblad zijn. Najaar 2018 is nu de streeftermijn.
De moeizame ontstaansgeschiedenis ligt niet alleen aan de procedure. De wetgeving op kansspelen is een ingewikkelde materie: niet toevallig zitten in de Kansspelcommissie vertegenwoordigers van zes verschillende federale kabinetten.
Ideaal voor lobbyisten, die dan ook vlot de weg naar de verschillende kabinetten vonden. Dat beaamt Ronny Willemen, expert gokverslaving bij de Centra voor Alcolhol- en andere Drugproblemen (CAD) Limburg en als weinig anderen vertrouwd met de ins en outs van de sector. ‘De gokbedrijven hebben de nieuwe wetgeving naar hun hand gezet’, zegt hij. ‘Er komt wel een beperking maar geen verbod op bonussen.
‘Jammer, want bonussen wakkeren de speeldrift en het verslavingsrisico aan. 200 euro cadeau om mee te spelen, dat lijkt aantrekkelijk. In de praktijk moet je eerst 10 keer hetzelfde bedrag van je eigen geld inzetten vooraleer je de bonus krijgt. Er komt ook geen verbod op virtual betting, inzetten op sportwedstrijden die door de computer worden gegenereerd. Dat fenomeen zit in de lift, een kwalijke ontwikkeling. Met virtual betting vervaagt de grens tussen sportweddenschappen en de nog riskantere casinospelen. Het gaat om short odds, met weinig tijd tussen inzet en resultaat. Combineer die spelfrequentie met een hoge pay-out rate – de kans om je inzet terug te winnen – , en je krijgt een toxische combinatie. Want hoe meer winstervaringen, hoe sterker de speelroes.’
Een van de ontwerp-KB’s slaat op reclame voor online gokken. Er komt onder meer een verbod tijdens livesportsverslaggeving en rond kinderprogramma’s op televisie. Reclame mag geen illusies verkopen, zoals onrealistische winstkansen of de indruk dat inzicht en behendigheid het spel beïnvloeden.
‘Veel te mager’, vindt Willemen. ‘Het beleid gaat nog altijd uit van zelfregulering. We mogen de sector geen pijn doen, want anders vluchten spelers naar illegale sites. Een drogreden. Illegale sites zijn een marginaal verschijnsel, onze klanten zijn haast allemaal in de problemen geraakt door legale operatoren’. Socioloog Jan Velghe heeft in opdracht van de Gezinsbond en Test Aankoop de goksector doorgelicht, met bijzondere aandacht voor rol en perceptie van reclame.
‘Ik heb spelers gepeild naar triggers’, zegt hij. ‘Bonussen, banners en gerichte e-mails sprongen eruit. Ouders van minderjarigen ergerden zich dan weer aan reclame in het straatbeeld en tijdens sportwedstrijden. Hoe moet je kinderen waarschuwen als gokken overal als normaal wordt voorgesteld? Reclame slaat opvoeders alle argumenten tegen kansspelen uit handen.’
Loot boxes
Directeur Peter Naessens zit verveeld met de kritiek op ‘zijn’ Kansspelcommissie. Vooral de Unizo-vergelijking zit hem hoog. ‘Pure framing’, zegt hij. ‘De Hoge Gezondheidsraad heeft haar advies geschreven zonder ons te horen. Het is soms verwarrend, zeker als de Nationale Loterij een gerechtelijke klacht tegen ons indient omdat ze zich benadeeld voelt ten opzichte van private operatoren. Dat is kras, als je bedenkt dat de Nationale Loterij de enige gokoperator is die rechtstreeks in de Kansspelcommissie is vertegenwoordigd.’
Zijn pleidooi pro domo zit klaar. Dat het ontbreken van een wetgevend kader het reguleren en controleren van online gokken niet vergemakkelijkt. Dat de Kansspelcommissie, die nota bene ook verondersteld wordt cafés en speelhallen af te schuimen om bingo’s en slots te ijken, met de gevolgen van chronische onderinvestering kampt. Dat komt ervan als je onder zes verschillende ministers ressorteert en niet autonoom kunt beschikken over de bijdragen die gokoperatoren voor de werking van de regulator afstaan. Dat alles neemt volgens Naessens niet weg dat de Kansspelcommissie het belang en de veiligheid van de speler vooropstelt.
‘We staan veel verder dan andere Europese landen waar men geen centrale uitsluiting kent, maar waar spelers moeten bedelen bij iedere afzonderlijke website om zichzelf uit te sluiten. In België worden inbreuken strafrechtelijk vervolgd – we hebben bij de Kansspelcommissie trouwens gespecialiseerde politieofficieren. Dat hebben regulatoren in andere landen niet, net zomin als laboratoria en ingenieurs om toestellen te controleren. Wij leveren goed werk, ondanks alle beperkingen. Wij waren trouwens bij de eersten die de aandacht hebben gevestigd op de zogenaamde loot boxes, kansspelen die verborgen zitten in games.’
Naessens verwacht veel van een vierde, nog op te stellen Koninklijk Besluit om de toegang tot online goksites beter te controleren. Behalve rijksregisternummers zullen bankgegevens en biometrische data zoals je iris en vingerafdrukken kunnen worden gecheckt. Het nieuwe systeem zou nog in de loop van dit jaar worden uitgerold.
Te laat voor Thibaut, die op het hoogtepunt van zijn verslaving met vier geleende rijksregisternummers tegelijk speelde. In tegenstelling tot zijn moeder hadden zijn vader, zus en nicht er geen weet van. ‘Als zware speler word je door gokbedrijven verwend’, weet hij uit ervaring. ‘Als ik een week of twee niet speelde, werd ik door Napoleon Games gebeld. Of ik wilde deelnemen aan een enquête ter verbetering van hun website? Als beloning kreeg ik dan free bets. Anders dan bonussen zijn die echt gratis, maar het effect is hetzelfde: je bent weer vertrokken.’
Zelfregulering door gokbedrijven, daar moet hij om lachen. ‘Ook nadat ik me op de zwarte lijst had laten zetten, werd ik met e-mails bestookt. Gokverslaafden zijn melkkoeien, die willen ze niet kwijt. Ik ben nog altijd beschaamd dat ik me heb laten melken’. Thibaut heeft intussen een nieuwe vriendin, die veiligheidshalve zijn bankkaarten in bewaring houdt. ‘Het blijft kriebelen’, zegt hij. ‘Ik kijk graag voetbal op Proximus TV. Alleen vervelend dat er om de vijf minuten een banner met de quoteringen van Unibet over het scherm loopt. Dat zouden ze moeten verbieden, want zo worden argeloze kijkers naar sites gelokt waar ook casinospelen draaien.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier