Pieter Van den Bossche
‘Zullen we het lerarentekort oplossen met ideeën van mensen die nooit een lesuur voor de klas stonden?’
In de discussie over het lerarentekort wordt al te vaak voorbijgegaan aan de essentie schrijft leerkracht Pieter Van den Bossche. ‘Leekrachten opnieuw laten doen waar ze goed in zijn: lesgeven. Dat zou al een enorme stap vooruit zijn.’
Wat een tijden. Wie dezer dagen durft toegeven aan de kost te komen als leerkracht Grieks bereidt zich best voor op een rondje spitsroeden lopen. Een taal die zo mogelijk nog doder is dan Latijn. Met een alfabet dat enkel relevant is omdat sommige letters ook in de wiskunde gebruikt worden. Steevast gevolgd door gefronste wenkbrauwen als je durft vertellen hoeveel leerlingen je onder je hoede hebt. Kleine klasgroepen lijken een ongehoorde luxe in het licht van algemene leerkrachtenschaarste en dure lesuren. Richtingen met te weinig leerlingen worden weggezet als economisch niet rendabel. Onverantwoord met het oog op de financiële uitdagingen van vandaag. Uittredingsvergoedingen dienen nu eenmaal betaald, nietwaar?
Met als gevolg weer wilde ideeën van mensen die zelf nooit een lesuur voor de klas gestaan hebben. Deze keer over het efficiënter inzetten van leerkrachten en het samen zetten van kleine klasgroepen. Met als beoogd effect een hernieuwde focus op lesgeven. Klinkt allemaal bekend in de oren bij wie in het onderwijs staat. De leraarskamer kreunt namelijk meer dan ooit onder een verstikkende papierberg. En de zij-instromers op wie onze minister alle hoop gevestigd had, verlaten het onderwijs blijkbaar alweer na enkele jaren. Moegestreden door een chronisch gebrek aan didactische en pedagogische ondersteuning. Murw gebeukt door de werkdruk die veel hoger ligt dan in de privésector, waar werk wel werkbaar gehouden wordt. Leerkrachten met enkele jaren op de teller weten nochtans heel goed waar het schoentje precies knelt.
Een stuitend amateuristisch uitgewerkte onderwijshervorming die haast niemand van alle betrokken partijen nog weet te bekoren, staat met stip op de eerste plaats. Een hervorming die inzet op een brede eerste graad maar volkomen doodgebloed de derde graad ingaat. Een hervorming die onderwijs en opvoeding schaamteloos ondoordacht door elkaar haalt en net daardoor fundamentele vakken als wiskunde, Nederlands, geschiedenis en praktijk zwaar verwaarloost. Een hervorming die van het secundair onderwijs een ondoorzichtig kluwen maakt waar zelfs leerkrachten hun weg niet meer in vinden. Droeve getuige daarvan is het feit dat zelfs de grootste onderwijsverstrekker in Vlaanderen in zijn officiële communicatie liefst de oude benamingen ‘ASO’, ‘TSO’, ‘KSO’ of ‘BSO’ gebruikt. In plaats van de mistige termen ‘dubbele finaliteit’ of ‘arbeidsmarktgericht’.
(Lees verder hieronder.)
Belangrijke oorzaak van de aanhoudende malaise ligt eerlijk gezegd ook bij de bevoegde minister. De man komt graag voluntaristisch uit de hoek, maar voelt zijn departement volslagen verkeerd aan. De befaamde digisprong bijvoorbeeld werd gefinancierd met geld dat veel beter structureel aangewend was. Bijvoorbeeld om het verouderde telsysteem van leerlingen aan te pakken zodat scholen hun leerlingen- en personeelsbeleid niet meer hoeven af te stemmen op een situatie die stamt van het schooljaar voordien. Het lerarentekort los je namelijk niet op door kleine klasgroepen samen te gooien. Dat schaalvergroting niet het antwoord is op alle problemen, weten de Europese boeren en boerinnen intussen ook.
Enkele ideetjes uit de losse pols, die misschien een en ander op lange termijn zouden kunnen oplossen. Geef scholen met praktische en technische richtingen meer geld zodat ze het materiaal kunnen kopen dat nodig is om leerlingen markt-adequaat op te leiden. Geld dat momenteel massaal in een hervorming wordt gestopt die er eigenlijk geen is, bijvoorbeeld. Werk het onrechtvaardige verschil in verloning tussen bachelors en masters voor de klas weg en maak eindelijk werk van een lerarenopleiding die naam waardig. Een opleiding die enkel op masterniveau aangeboden wordt en inzet op degelijk opgeleide leerkrachten die inhoudelijk sterk in hun schoenen staan. De rest zal daaruit volgen, wees gerust. Gooi het systeem van de vaste benoeming op de schop, dat oude krokodillen te sterk beschermt en jonge, gemotiveerde krachten al te vaak weerhoudt van de mooiste job ter wereld. Geef de klassenraad zijn tanden terug door de beroepsmogelijkheden tegen attesteringen terug te schroeven. Leerkrachten hebben meer expertise in het opleiden van jonge mensen dan hun ouders. Omdat lesgeven opleiden zou moeten zijn en niet opvoeden. Da’s de verantwoordelijkheid van ouders, familie of verzorgers. Niet die van leerkrachten.
Het lerarentekort los je kortom op door leerkrachten opnieuw te laten doen waar ze goed in zijn: lesgeven. Zonder al te veel bemoeienissen van koepels of departementen. Geef ons vrijheid en vertrouwen. De kwaliteit zal zienderogen stijgen, beloofd.
Pieter Van den Bossche is leraar Latijn, Grieks en filosofie.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier