Waarom een zevenjarige niet kan begrijpen waarom Caesar de Rubicon overstak (en Zuhal Demir het ook niet weet)

Met de ijver en de dadendrang die haar kenmerkt, maakt Vlaams onderwijsminister Zuhal Demir (N-VA) werk van een ingrijpende hervorming van het onderwijs. © Bart Lenoir
Walter Pauli

Tijdens een werkreis naar West-Londen was minister van Onderwijs Zuhal Demir danig onder de indruk van een zevenjarige leerling die zijn kennis etaleerde over Caesar en de Rubicon. Terwijl het joch blijkbaar niet wist wat hij vertelde. Het is een schoolvoorbeeld van wat kennisoverdracht niet moet zijn.

Met de ijver en de dadendrang die haar kenmerkt, maakt Vlaams onderwijsminister Zuhal Demir (N-VA) werk van een ingrijpende hervorming van het onderwijs, waarbij kennisoverdracht opnieuw centraal staat. Daar valt veel voor te zeggen. Zolang het niet gaat om kennis om de kennis.

Daar leek het nochtans sterk op in de krantenreportages over een werkreis die Demir onlangs maakte naar enkele Londense scholen die kennis (naast orde en tucht) centraal stellen in hun pedagogische model. De Standaard volgde haar bezoek aan de West London Free School, die heel bewust ‘Sapere Aude’ (‘Durf te weten’) als slogan heeft.

Zou zo’n Latijnse leuze ook een pedagogische meerwaarde hebben, om moet ze vooral een chique indruk maken? Feit is dat bij de minister en de aanwezige Vlaamse journalisten de monden openvielen van verbazing toen ze een zevenjarige hoorden vertellen waarom Caesar de Rubicon overstak: ‘Omdat Cassius en Brutus hem hadden verraden.’

Reactie van het Vlaamse publiek: ‘Oh my God!’

Dat dacht ik ook, bij zo veel gebrek aan historisch kennis.

De zevenjarige bolleboos haspelde namelijk twee historische feiten door elkaar. Caesar had in 49 voor Christus inderdaad het XIIIe legioen over de Rubicon geleid. Samen met de rivier de Arno vormde de Rubicon de grens tussen de provincie Gallia Cisalpina (vandaag Noord-Italië) en de centraal-Italiaanse provincie Latium, die door de Senaat werd bestuurd. Het was bij wet bepaald dat een generaal met een staand leger de Rubicon niet mocht oversteken. De oversteek luidde het begin in van Caesars hoogstpersoonlijke, brutale greep naar de macht. Hij ging een openlijk militair conflict aan met the powers that be in Rome.

De zevenjarige bolleboos haspelde twee historische feiten door elkaar.

‘Het zal u ongetwijfeld verbazen, maar een job in het onderwijs is niet hetzelfde als verbanning naar Siberië’

In zijn De Vita Caesarum (‘Over het leven van de keizers’) kruidde de Romeinse historicus Suetonius zijn relaas over die beslissing met een beroemd geworden anekdote. Toen een dubbende Caesar uiteindelijk besliste om de fatale stap toch te zetten, gebruikte hij daarbij de woorden ‘Alea iacta est’, de teerling is geworpen. Sindsdien betekent ‘de Rubicon oversteken’ zoveel als het nemen van een fatale, niet terug te draaien beslissing – en dat zonder de afloop ervan te kennen.

In 49 voor Christus was er voor Caesar geen weg terug. Wat volgde, was een dramatische en uiterst gewelddadige burgeroorlog tussen hem en de partij rond zijn rivaal Pompeius, die pas vier jaar later eindigen.

Het gewapende conflict dat begon met de oversteek van de Rubicon is meer dan zomaar een van de vele burgeroorlogen die in de laatste eeuw voor Christus uitgevochten werden tussen de verschillende fracties van de Romeinse elite. Met de machtsgreep van Caesar tekende zich namelijk het einde af van de Romeinse Republiek. Die zou tijdens de tweede helft van de eerste eeuw voor Christus relatief snel vervellen tot het Romeinse Keizerrijk, een model dat op zijn beurt nog een eeuw of vijf zou standhouden.

Die allereerste, eigenlijk preliminaire fase begon dus bij Caesar en eindigde bij diens aangenomen zoon Octavius, die als eerste princeps werd (‘eerste burger’) en uiteindelijk vereerd werd als Imperator Caesar Augustus, Keizer Caesar Augustus. Zo begint de heerschappij van de Julii, een dynastie die in 68 na Christus aan haar einde kwam toen de laatste telg, de infame Nero, de uit de hand gelopen zaken niet meer onder controle kreeg en uit angst voor zijn arrestatie zelfmoord pleegde.

Men is in dit land nogal snel onder de indruk wanneer een kind zelfverzekerd staat te doen als een jonge versie van Bart De Wever.

Caesar zelf werd nooit keizer. Toen het duidelijk begon te worden dat hij, eens uitgeroepen tot ‘dictator voor het leven’, een autocratisch bestuursmodel had opgezet dat de oude Republiek had vervangen, beslisten een aantal Romeinse senatoren om hem te vermoorden.  Daaronder Cassius en Brutus. Dat gebeurde op 15 maart 44 voor Christus.

Tussen de oversteek van de Rubicon en het complot van Cassius en Brutus liggen dus vijf jaar. De fout van de Londense jongen is een typevoorbeeld van het opdreunen van weetjes zonder dat er enige echte kennis mee gepaard gaat. Historische feiten worden foutief aan elkaar geplakt, maar daar lijkt het niet om te gaan. Het gaat ‘m vooral om het etaleren van zogenaamde kennis. Er is geen context, geen historisch kader, niets.

Dat kun je die trotse zevenjarige natuurlijk niet kwalijk nemen. Maar geef toe, een naar Vlaanderen te importeren model van kennisoverdracht is het allerminst.

De minister en haar gevolg, journalisten incluis, zetten vooral zichzelf in hun hemd. Men is in dit land nogal snel onder de indruk wanneer een kind zelfverzekerd staat te doen als een jonge versie van Bart De Wever: een bewonderaar van Rome, die zich er evenwel bij herhaling op heeft laten betrappen dat hij dweept met een cultuur en een geschiedenis die hij toch niet echt onder de knie heeft. Het moet vooral indrukwekkend en zeer geleerd klinken. Terwijl de echte toedracht van de Rubicon blijkbaar Latijn bleef voor alle aanwezigen.

Maar als dit alles íéts illustreert, is het wel dat een onderwijshervorming geboden is, zodat de Vlaamse jeugd van straks haar geschiedenis beter kent dan de volwassenen van vandaag.

Gepensioneerde leerkrachten voor de klas: ‘Nu kunnen we ons tenminste op het échte stielwerk concentreren’

 

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content