Ann Peuteman
‘Kies niet te snel voor een diploma waar je rijk mee kunt worden’
Met het ene diploma kun je veel meer geld verdienen dan met het andere. ‘De vraag is alleen of het ook een goed idee is om daar je studiekeuze op af te stemmen’, schrijft Knack-redactrice Ann Peuteman in haar wekelijkse column De Zoetzure Dinsdag.
‘Iedereen die hoopt rijk te worden, kan nu beter het auditorium verlaten.’ Die woorden van wijlen Johan Taeldeman, professor Nederlandse taalkunde, zijn me altijd bijgebleven. Nochtans is het al meer dan dertig jaar geleden dat hij ze uitsprak tijdens onze eerste lesdag aan de Gentse universiteit. Taeldeman wou zijn eerstejaarsstudenten Germaanse filologie erop wijzen dat die studie niet meteen de snelste weg naar een dikke bankrekening was. Een grapje natuurlijk. Al zat er onmiskenbaar ook een grond van waarheid in.
Niet dat ik daar wakker van lag. Hoeveel ik later zou verdienen, speelde totaal geen rol toen ik destijds een studie moest kiezen. Ik was gewoon ontzettend gretig om in de Nederlandse en Engelse literatuur te duiken. Ik droomde toen wel al van een baan in de journalistiek, maar met mijn toekomstige waarde op de arbeidsmarkt was ik niet bezig.
Dat is vandaag wel anders. Van leerkrachten en CLB-medewerkers hoor ik steeds vaker dat jongeren zich bij het kiezen van een hogere studie laten leiden door het loon dat ze daar later mee kunnen verdienen. Dat is niet alleen in België zo. Afgelopen week maakte de Britse jobwebsite Adzuna bekend welke universiteitsdiploma’s binnen de vijf jaar de hoogste lonen opleveren. Op één staat een masteropleiding tot businessanalist. Na vijf jaar heb je daarmee al een gemiddeld jaarinkomen van 58.500 euro. Daarna volgen allerlei ingenieursopleidingen, die ook een heel mooi loon garanderen.
Helemaal onderaan de ranking bengelen criminologie en vertaalwetenschappen.
Het zal u vast niet verbazen, maar taal- en letterkunde komt niet in die top tien voor. Engelse literatuur staat zelfs in de onderste regionen van de ranking met een gemiddeld loon van 29.800 euro of iets meer dan de helft van wat een businessanalist verdient. Helemaal onderaan de lijst bengelen criminologie en vertaalwetenschappen.
Zodra de lijst werd gepubliceerd, barstte in het Verenigd Koninkrijk een discussie los over de marktwaarde van diploma’s. Sommige instellingen en docenten maakten meteen eigen berekeningen om de bevindingen van Adzuna te bevestigen of net te weerleggen.
In sommige landen, zoals de Verenigde Staten, zijn er zelfs universiteiten die hun opleidingen aanprijzen door in de verf te zetten hoeveel loon ze kunnen opleveren. Gelukkig loopt het in Vlaanderen zo’n vaart nog niet, maar toch verschijnen ook bij ons geregeld berichten over de waarde van verschillende diploma’s.
Nu zijn er natuurlijk heel wat jongeren die ingenieurswetenschappen honderd keer boeiender vinden dan taalkunde of criminologie, maar evengoed zijn er studenten die daarvoor kiezen omdat zij (of hun ouders) bang zijn dat ze het anders met een lager inkomen zullen moeten stellen.
Vorige week vertelde een kennis me dat haar dochter, die straks afstudeert in de richting wiskunde-wetenschappen, nog niet weet wat ze volgend jaar wil studeren. Ze twijfelt tussen handelsingenieur en psychologie. ‘Alsof dat een dilemma is’, zegt haar moeder. ‘Er zijn nu al te veel psychologen en ze verdienen ook nog eens een pak minder dan ingenieurs.’ Dat argument lijkt ook het meisje zelf over de streep te trekken.
En dat is toch wel een beetje jammer. Niet alleen omdat de slaagkansen van jonge mensen die kiezen voor een opleiding die hen niet echt boeit doorgaans lager liggen, maar ook omdat het risico aanzienlijk is dat ze uiteindelijk in een baan terechtkomen die hen maar matig interesseert.
Ondertussen heb ik mijn diploma al bijna 28 jaar op zak. Professor Taeldeman heeft gelijk gekregen, want rijk ben ik er niet van geworden. Wel heb ik aan mijn studie een nog grotere liefde voor taal en literatuur overgehouden dan ik al had én heb ik altijd bijzonder boeiend werk kunnen doen.
Niet iedereen heeft dat geluk. Onlangs sprak ik met een dertiger die al een halfjaar thuis zit met een burn-out. ‘Ik wou eigenlijk kunstgeschiedenis studeren, maar mijn ouders en mijn klastitularis zeiden dat ik dan nooit een fatsoenlijke job zou vinden’, vertelde hij. ‘Dus koos ik voor economie, behaalde ik mijn diploma, ging ik in een bank werken en maakte ik binnen de kortste keren promotie. Maar veel voldoening heb ik daaruit nooit gehaald.’ Ondertussen heeft de man een moedig besluit genomen: volgend academiejaar gaat hij weer studeren. Hij weet alleen nog niet wat.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier