Kenniscentrum Leerpunt lanceert toolkit voor leerkrachten
Het onafhankelijke kenniscentrum Leerpunt heeft dinsdag een website gelanceerd met een toolkit voor leerkrachten in basis- en secundair onderwijs. “Bedoeling is leraars en directies een houvast te bieden als ze gaan experimenteren met didactiek”, zei Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) bij de voorstelling van de toolkit in de Unescoschool in Koekelberg.
Leerpunt werd eind 2022 opgericht en moest de brug slaan tussen wetenschappelijk onderzoek en de klasvloer. De oprichting ervan was een advies van de commissie-Brinckman, om de dalende onderwijskwaliteit tegen te gaan. Nu heeft het kenniscentrum dus een website met toolkit klaar, waarmee leerkrachten wetenschappelijke inzichten worden aangereikt over dertig klaspraktijken in lager en secundair onderwijs.
Bij de lancering van de toolkit ging minister Weyts in op de discussies die leven in scholen over didactische methodiek. Scholen gaan aan het experimenteren, bijvoorbeeld door huiswerk af te schaffen, maar die goedbedoelde experimenten zijn niet altijd doeltreffend, zei hij. “Scholen zijn zoekende. We willen leerkrachten hiermee meer houvast bieden. Zodat ze weten welke didactische methoden hun effectiviteit bewezen hebben.”
Pedagoog Pedro De Bruyckere, die het kenniscentrum leidt, zegt dat er bij de ontwikkeling van de toolkit te rade werd gegaan bij gelijkaardige instellingen in het Verenigd Koninkrijk (EEF) en Nederland (NRO). Zijn team heeft een toolkit van EEF, op basis van diepgravende meta-analyses en reviews, “niet vertaald maar hertaald”, aangepast aan het Vlaamse onderwijs. Daarna werd de toolkit herzien door externe experts en door EEF zelf. Op de website kunnen leerkrachten nu in een oogopslag zien wat de kosten zijn van een methode, de sterkte van de evidentie, en de leerwinst die ermee te behalen valt.
Bedoeling is om begin volgend jaar een gelijkaardige toolkit te lanceren voor het kleuteronderwijs. Ook zullen er dan ‘leidraden’ komen die leerkrachten moeten helpen om bepaalde methodes in de praktijk te brengen.
Volgens De Bruyckere is het niet de bedoeling dat Leerpunt, met zijn kleine team, nu zelf gaat realiseren dat scholen effectief met de toolkit aan de slag gaan. Wel kan het investeren in begeleidingsprojecten, klinkt het. De Bruyckere duidt in die context ook op het belang van feedback vanuit het onderwijsveld. Op basis van bevragingen is het de bedoeling om aan het einde van volgend voorjaar te komen tot een driejarige kennisagenda. Daarin worden thema’s geïdentificeerd waarrond Leerpunt zal werken.
De Unescoschool van GO! in Koekelberg ging al eerder aan de slag met de EEF-toolkit. Leerkrachten Jill Bornauw en Sofie Van Lerberghe legden bij de voorstelling van de Vlaamse toolkit uit hoe ze bijvoorbeeld samen met leerlingen examenschema’s op maat uitwerken, waarbij gekeken wordt naar zaken als het moment waarop de leerlingen het beste studeren. “We komen zo tot een individuele planning voor elke leerling, geen enkele mag dezelfde zijn”, zei Van Lerberghe, die ook het belang van evaluatie benadrukte.
Met de toolkit wordt getimmerd aan de weg naar ‘evidence informed’ werken, zegt De Bruyckere. Daarbij gaan onderzoek en praktijk hand in hand om het onderwijs te verbeteren. De Bruyckere spreekt tegen dat initiatieven als de toolkits haaks staan op de vrijheid van onderwijs. “Wat we wel doen is tonen wat je kan doen en welk effect het heeft”, zegt hij. Een wetenschappelijke en gebruikerscommissie binnen Leerpunt waken respectievelijk over de wetenschappelijke kwaliteit en de bruikbaarheid voor het onderwijsveld.
Lieven Boeve, directeur-generaal van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, zegt in een reactie alvast dat hij het initiatief een “eerlijke kans” wil geven en dat de onderwijskoepel er zijn medewerking aan verleent. “Maar het is niet omdat er kennis van wat werkt op een website staat, dat de praktijk automatisch volgt: het goede kennen en het goede doen zijn twee verschillende dingen. Vanuit die uitdaging zet Leerpunt best in op de complementariteit met andere spelers die dichter bij de praktijk staan, zoals de pedagogische begeleidingsdiensten en de lerarenopleidingen. Alleen jammer dat de minister net op die pedagogische begeleidingsdiensten bespaart”, zegt Boeve.