Mocht Payconiq ‘extreemrechts’ Forza Ninove weigeren voor contract eetfestijn?

Intussen communiceerde Payconiq in een nieuwe mail aan Guy D’haeseleer dat de aanvraag wordt herbekeken. © Belga
Adriaan Cartuyvels

Forza Ninove, de politieke partij rond kopman Guy D’haeseleer, mocht op haar eetfestijn de betaalapplicatie Payconiq niet gebruiken omdat ze ‘een extreemrechtse politieke partij is’. Na een halve dag kwam Payconiq terug op zijn beslissing.

Payconiq, de mobiele betaalservice van Payconiq by Bancontact, weigerde om Forza Ninove-kopstuk D’haeseleer een contract te geven voor zijn eetfestijn. In een eerste reactie liet Payconiq weten: ‘Na enig onderzoek blijkt Forza Ninove een extreemrechtse politieke partij te zijn.’ Waardoor het bedrijf ‘in deze zaak niet verder kon gaan met de verwerking van hun aanvraag’. Het incident leidde tot grote verontwaardiging. Een dag later komt Payconiq terug op zijn beslissing.

Eerst beantwoordde Payconiq de kritiek met een claim dat de beslissing paste binnen zijn beleid om geen contracten af te sluiten met ‘filosofische, religieuze of politieke groeperingen die extreme of radicale ideologieën promoten’. Intussen communiceerde de betaalservice in een nieuwe mail aan D’haeseleer dat de aanvraag wordt herbekeken: ‘Op basis van een intern onderzoek hebben we beslist om na te gaan hoe het proces verlopen is en zullen we uw aanvraag opnieuw onder de loep nemen.’

Heeft Payconiq het recht om klanten te weigeren op basis van hun politieke voorkeur? Volgens professor discriminatierecht Jogchum Vrielink (UC Louvain) is het grootste probleem dat Payconiq geen concrete doelstellingen geeft waarom het Forza Ninove uitsluit. Zolang het dat niet doet, bestaat het risico dat dit ‘als discriminatie bestempeld wordt’.

Payconiq wees Forza Ninove af als klant omdat het een extreemrechtse politieke partij is. Mag het dat doen?

Jogchum Vrielink: Dat hangt ervan af. Er zijn zeker gevallen waarin bedrijven kunnen beslissen om geen contracten aan te gaan met bepaalde actoren of groeperingen. Tegelijkertijd is er ook een discriminatieregelgeving, nog los van alle consumentenregels. In dit geval wijst Payconiq de klant af op basis van zijn radicale politieke overtuiging.

Is er sprake van discriminatie?

Vrielink: Onze discriminatiewetgeving beschermt mensen op verschillende gronden, waaronder ook politieke overtuiging. De vraag is of Payconiq dat onderscheid mag maken. Bij het uitsluiten op basis van politieke overtuiging moet je voldoen aan een proportionaliteitstoets. De eerste vereiste daarbij is dat je als bedrijf aangeeft wat je doel is voor zo’n beslissing. Daar ligt het probleem. Je moet een wettig doel hebben, en dat doel moet een zekere coherentie hebben.

Waarom is dat belangrijk?

Vrielink: Om goed in te schatten of dit een geval van discriminatie is, en dus of de uitsluiting legitiem is, moet je weten waarom Payconiq Forza Ninove uitsluit. Dat is nu niet duidelijk. Payconiq zegt alleen dat het niet samenwerkt met radicale groeperingen. Maar wat is de achterliggende doelstelling? Dat is een eerste stap in de toetsing.

Ook van de voorwaarden op de Payconiq-website word je niet veel wijzer. Ze zeggen dat ze het recht hebben om bepaalde diensten te weigeren, bijvoorbeeld in geval van kinderpornografie. De nadruk ligt daar vooral op onwettige zaken. Maar radicale groeperingen zijn niet onwettig. Je mag radicaal zijn in onze samenleving. Voor zover ik weet is Forza Ninove ook nooit veroordeeld voor racistische of extremistische zaken.

Je mag radicaal zijn in onze samenleving. Voor zover ik weet is Forza Ninove ook nooit veroordeeld voor racistische of extremistische zaken.

De woordvoerder van Payconiq verdedigde zich door te zeggen dat de beslissing binnen het beleid past om ‘groeperingen die extreme of radicale ideologieën promoten geen Payconiq-contract te laten afsluiten’.

Vrielink: Dat is alleen maar herhalen dat ze niet met extreemrechts samenwerken. Maar waarom doe je dat niet? Als je bijvoorbeeld geen mensen met een bepaalde handicap aanwerft, moet je dat ook rechtvaardigen. Het volstaat niet om gewoon te zeggen dat je dat nu eenmaal niet doet. Je moet een legitiem doel kenbaar maken. Als Forza Ninove zou beslissen om hiermee naar de rechter te gaan, moet Payconiq die doelstellingen sowieso kenbaar maken. Anders riskeert het als discriminatie te worden bestempeld. Dan zou de politieke organisatie een schadevergoeding kunnen eisen.

Wat zijn de volgende stappen?

Vrielink: Vervolgens bekijkt een rechter of de uitsluiting pertinent is. Kan die bijdragen aan de doelstelling en hoe consequent is Payconiq daarin? Werkt Payconiq bijvoorbeeld nooit samen met radicale groeperingen of partijen? Werken ze bijvoorbeeld ook niet samen met het Vlaams Belang, of met radicale religieuze groepen? En vooral, hoe bepaalt Payconiq wat ‘extreem’ is? Het is een nogal vage term. Ze moeten dus verduidelijken op welke grond ze beslissen dat een groepering ‘te radicaal’ is om mee samen te werken. Verder heb je nog een noodzakelijkheidsanalyse. Is er een andere oplossing mogelijk?

Payconiq claimt dat het ‘wettelijk verplicht is om elke individuele aanvraag te beoordelen via een risicocommissie binnen het bedrijf’. Het heeft dus wel het recht om die beslissing te maken?

Vrielink: Ze doen een risicoanalyse, maar wat is het risico om deze groepering toe te staan? Is het imagoverlies of iets anders? In het verleden zijn er zaken geweest met vakbonden die militanten en leden van het Vlaams Belang uitsloten. Ook kranten weigerden advertenties van de partij. De rechtspraak reageerde wisselend. De belangrijkste vraag was telkens: heeft die krant of organisatie een overtuigende legitieme grondslag voor de beslissing? Daarom hamer ik zo op de vraag van waarom ze het doen. Als ze kunnen aantonen dat ze een belangrijk bedrijfs- of maatschappelijk doel dienen, zou het eventueel gerechtvaardigd kunnen zijn.

Is het geen voldoende voorwaarde dat Payconiq zich niet wil affiliëren met extreemrechtse groeperingen?

Vrielink: Als ze zich niet met Forza Ninove willen associëren omdat het slecht is voor hun imago, zouden ze dat naar voren kunnen schuiven als doelstelling, maar dan moeten ze daar duidelijk over zijn. Gewoon zeggen ‘we werken niet samen met radicale groeperingen’ volstaat niet. En zelfs dan nog blijft de vraag: aan de hand van welke criteria bepaalt Payconiq wat ‘te radicaal’ is. Bovendien is het ook niet zeker of die inperking voldoende proportioneel is. Gaat ze niet te ver?

Is het wenselijk dat het bedrijf achter Payconiq dergelijke keuzes kan en mag maken?

Vrielink: Bedrijven kunnen op zich doen wat hen goed dunkt, maar ze moeten natuurlijk wel de bestaande regelgeving respecteren. Het is op zich niet onlogisch dat Payconiq een risicocommissie heeft en geval per geval bekijkt. Initieel was ‘politieke overtuiging’ niet in de discriminatiewetgeving opgenomen, juist uit angst dat radicale groeperingen die regelgeving zouden gebruiken om kritiek op hen onmogelijk te maken of om dit soort uitsluiting aan te vechten. Uiteindelijk kwam het er toch in. Nu zie je dat het soms tot discussies kan leiden. Payconiq moet vooral voldoende transparant zijn en zijn beslissing coherent beargumenteren. Anders is het een vorm van discriminatie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content