Meyrem Almaci over de grote ambities van Groen: ‘Wij zijn de game changers. Dat voel je nu al’
Groen doet het uitstekend in de peilingen en dat goede gevoel straalt ook partijvoorzitter Meyrem Almaci uit. ‘De mensen zijn de bullebakkerij beu.’
De afstand tussen de Knack-redactie in Evere en de Kamer, hartje Brussel, bedraagt hoop en al zes kilometer, maar over dat traject deden de interviewers een dik halfuur. Meyrem Almaci reageert op het relaas van die korte rit met een uitbundige lach – de eerste van een hele reeks die middag. Ons ongemak bewijst haar gelijk: ‘De fileproblemen in ons land nemen epische proporties aan. Dat is te wijten aan het falende mobiliteitsbeleid. Wie bespaart op het openbaar vervoer en zijn geld liever in bedrijfswagens steekt, bereidt de toekomst natuurlijk niet voor. Maar het kan anders. In Gent heeft Groen het stadsbestuur ervan overtuigd moedige beslissingen te nemen. Nu al, amper zes maanden na de invoering van het circulatieplan, is er een betere doorstroming van het verkeer en zijn er minder ongevallen en meer fietsers. De oppositie heeft het op de man gespeeld, maar dat heeft onze schepen van Mobiliteit Filip Watteeuw niet klein gekregen. Integendeel. Mensen appreciëren moedige keuzes. Dat zien we overal waar Groen in de meerderheid zit. De goede peilingen zijn geen toeval.’
Groen doet het inderdaad goed, zelfs uitstekend in die peilingen. Volgens ‘De Grote Peiling’ van Het Laatste Nieuws, begin september, zou Groen 13,4 procent van de stemmen halen. Dan wordt het eeuwige ‘kleine broertje’ op links straks de derde partij van Vlaanderen. Daarna zorgde een recente Ipsos-peiling in De Gazet van Antwerpen zelfs voor een halve aardschok. Amper een jaar voor de gemeenteraadsverkiezingen werpen Groen en Wouter Van Besien (24 procent) zich op als de voornaamste uitdagers van het Antwerpse stadsbestuur van burgemeester Bart De Wever, die met zijn N-VA 26 procent haalt. Groen laat die andere progressieve partij, de SP.A, ruim achter zich: de socialisten, die van 1933 tot 2012 haast onafgebroken de burgemeester leverden, vallen terug tot amper 12 procent.
Meyrem Almaci: ‘De Antwerpse peiling was uitstekend voor Groen, maar dat waren de peilingen voor Turnhout en Mechelen ook. In Turnhout zitten we sinds 2013 met twee groenen in het schepencollege, en die stad is nu al verkozen tot de tweede groenste stad van Europa en kreeg ook nog een Vlaamse prijs voor de herinrichting van de stadskern. In Mechelen zit onze partij al sinds 1995, dus nu al meer dan twintig jaar, mee in het stadsbestuur. In die tijd onderging Mechelen een totale metamorfose, en het stopt niet. Alleen al in deze bestuursperiode zijn er vijf nieuwe parken bijgekomen. Er is méér open water, méér groen. Overal maakt Groen het verschil. Wíj zijn de game changers. Dat voel je nu al.’
U blaakt van zelfvertrouwen.
Meyrem Almaci: Wij mikken op wie het eerlijker, menselijker en gezonder wil. Je kunt de mensen verdelen en de angst oppoken. Maar je kunt ook proberen de mensen te verbinden en naar oplossingen zoeken. Groen kiest voor het tweede. Daarom bepaalt onze partij in veel steden en gemeenten het debat, of wij nu in de meerderheid zitten of in de oppositie. Je ziet het in de peilingen, wij voelen het op straat: dit land snakt naar een ander verhaal. De mensen zijn de bullebakkerij beu. Zelfs mensen die niet op ons stemmen, zeggen me dat ze onze stijl waarderen. Dat is onze sterkte. Volgend jaar zal Groen in 244 van de 308 gemeenten en steden in Vlaanderen en in de 19 gemeenten in Brussel met een eigen lijst aan de verkiezingen deelnemen. Dat is een stijging met bijna 15 procent. Vooral in West-Vlaanderen en Limburg hadden we nog blinde vlekken. Daar hebben we nu nieuwe groepen, of groepen die een doorstart maken. Nooit waren er zo veel groene afdelingen en zo veel nieuwe groene leden, nooit waren er zo veel groene lijsten en zo veel groene kandidaten. Het is een historisch record, en tegelijk is het nog maar ‘een tussenstand’: er komen nog altijd groepen bij.
Meer lijsten betekent per definitie meer stemmen: u kunt zich nu al uitroepen tot een van de winnaars van de verkiezingen.
Almaci: Als jullie het zeggen. (lacht) Het zal elke dag hard werken worden, maar we hopen het verschil te maken door een verbindend verhaal te brengen in plaats van de electorale doping van het populisme. Onze groei bewijst dat Groen steeds meer kiezers uit het centrum aanspreekt. Eigenlijk zijn onze mooie cijfers in de peilingen naar de kiesintenties niet eens de belangrijkste indicatoren van ons succes – die score verschilt trouwens van peiling tot peiling. Ik hecht meer belang aan de grote achterliggende trends, want die blijven consistent, in alle peilingen. Daaruit leren we niet alleen dat Groen een trouw kiezerspubliek heeft: 85 procent van de mensen die een vorige keer Groen stemden, zegt dat opnieuw te zullen doen. En nog hoopvoller: tot 40 procent van de Vlamingen en Brusselaars overwegen om op Groen te stemmen. Daarmee is ons potentieel nog nooit zo groot geweest. Ter vergelijking: Open VLD bijvoorbeeld heeft een bereik van 25 procent. Groen kan op termijn een van de sterkste Vlaamse partijen worden.
Bij de vorige verkiezingen in 2012 en 2014 haalden jullie noch in de Kamer noch in Antwerpen meer dan tien procent. Nu worden jullie dankzij die peilingen al de ‘leiders van de oppositie’ genoemd.
Almaci: Goede peilingen geven onze militanten moed. Maar Groen groeit niet omdat wij het goed doen in de peilingen. Wij doen het goed in de peilingen omdat wij onze eigen race rijden, en niet naar anderen kijken.
U moet niet flauw doen: natuurlijk kijkt u ook naar de andere partijen. Wat u wint, neemt u af van SP.A, CD&V of N-VA.
Almaci: Ik wil alleen zeggen dat ik mijn strategie niet laat bepalen door andere partijen. Ik kijk niet naar links en niet naar rechts. Ik kijk vooruit. Werkbaar werk, eerlijke fiscaliteit, een basispensioen: wij hebben die thema’s op de politieke agenda geplaatst. We kijken verder dan de verkiezingen. We willen de samenleving duurzaam veranderen. Daarom blijft hernieuwbare energie ook een van onze speerpunten. Ik ga de strijd tegen kernenergie niet staken omdat het grote publiek er geen boodschap meer aan zou hebben, zoals N-VA heeft gedaan met haar communautaire eisen.
In Trends zei u deze zomer dat ‘ondernemers groener zijn dan politici’. Toch vraagt het VBO om ook na 2025 voldoende capaciteit aan kernenergie te behouden.
Almaci: Die roep naar een veel groenere economie komt ook vanuit de bedrijven. Er zijn zelfs leasingbedrijven die werknemers tijdens het jaar een kleinere wagen geven en voor de vakantie een grote – want dat is het enige moment waarop ze die nodig hebben. Thomas Leysen, de ceo van Umicore, riep op tot een wereldwijde CO2-taks. Zelfs het Rockefeller Institute, opgericht door oliebaron John D. Rockefeller, roept op om niet langer in fossiele brandstof te investeren. Veel ondernemers gaan voor een groene koers, maar de federale regering luistert niet. Die kiest nog altijd voor kerncentrales. Er is geen bevoorradingszekerheid, de kerncentrales vallen om de haverklap uit en de markt schermt zich af voor nieuwkomers. Partijen als de N-VA rijden voor Engie Electrabel, niet voor de bevolking.
Op dit moment staat Groen dichter bij Open VLD dan bij de PVDA – toch bij de Open VLD van Bart Somers in Mechelen.
En dat allemaal terwijl we onze klimaatdoelstellingen niet zullen halen. Daardoor zal België straks – terecht – hoge boetes moeten betalen aan de Europese Commissie: 7 miljoen euro in het eerste jaar dat we niet doen wat we hebben beloofd, daarna 75 miljoen euro per jaar zolang we in gebreke blijven. Dat zal het nog moeilijker maken om tot een begrotingsevenwicht te komen. De regering-Michel maakt de mensen wijs dat ze van goede wil is, maar ‘eerlijke fiscaliteit’ is haar achilleshiel.
Groen wil spaargelden activeren voor investeringen. Ligt dat niet moeilijk in België, een land van spaarders, onder wie wellicht ook veel Groen-kiezers?
Almaci: Het een sluit het ander toch niet uit? Ons land heeft enorm veel spaargeld en toch kennen we het laagste investeringsquotum in Europa. Wij vragen al lang om die spaargelden te activeren voor duurzame investeringen. Maar het gebeurt niet. Zijn onze kmo’s daarmee gebaat? Nee, en dat is een schande. Kmo’s durven risico’s te nemen, daarom willen wij hen steunen met een lagere vennootschapsbelasting, met een activering van het spaargeld en lagere dividenden. Alles wat onze samenleving in beweging brengt, daar zijn wij voor.
Dat klinkt als campagnepraat.
Almaci: Nee, het getuigt van moedige keuzes. De N-VA durft niet te raken aan de bedrijfswagens en wil geen vermogenskadaster invoeren. Kristof Calvo zegt terecht dat de N-VA de vakbond is van de grote vermogens, met minister van Financiën Johan Van Overtveldt in de hoofdrol. De put die mensen als hij nalaten, nota bene allemaal figuren die zich ooit op de borst klopten voor hun budgettaire orthodoxie, is gewoon stuitend. De groei trekt aan: maak daar toch gebruik van om de begroting te saneren. We hebben een overheidsbank: gebruik die als vehikel voor groene investeringen. De N-VA’ers in de regering doen dat niet. Zij willen bepaalde recepten niet toepassen. Wij doen dat wel. Vandaar dat wij vorige week BE.invest hebben voorgesteld: een uitgebreid groen investeringsplan voor ons land tot 2030.
Groen voelt zich opnieuw geroepen om het spel zelf te bepalen. De titel van Calvo’s boek Fuck de zijlijn mogen we dus letterlijk nemen?
Almaci: Absoluut! Maar we wegen ook op het beleid wanneer we er nog niet aan deelnemen. In Antwerpen houden we mobiliteit en kinderarmoede op de agenda. Daar zal het publiek niet naast kunnen kijken in de komende verkiezingscampagne. Vlaams minister van Gelijke Kansen en Armoedebestrijding Liesbeth Homans (N-VA) heeft nog niet één maatregel genomen om die armoede structureel aan te pakken. Wij stonden altijd sceptisch tegenover haar 1 euromaaltijden en nu, zes maanden na de invoering ervan, bewijst de eerste wetenschappelijke evaluatie dat we gelijk hebben.
Homans reageert dat die 1 euromaaltijden meer betekenen voor de armoedebestrijding dan de zoveelste academische studie.
Almaci: Dat is puur populisme, arrogant en gevaarlijk. En intussen doet ze niets aan haar hoogst inefficiënt beleid. Want doe het maar eens: als arme ouder, ’s avonds na de schooldag, met het kroost nog eens de bus nemen naar waar die 1 euromaaltijden geserveerd worden.
Zeg het maar: jullie willen de hele ploeg rond Bart De Wever weg.
Almaci: Wij willen een ander beleid in Antwerpen, en dus een andere coalitie. Wij zien ons die niet meteen vormen met de N-VA. En de N-VA niet met ons.
De groene ‘greep naar de macht’ is goed voorbereid: al drie jaar geleden nam Wouter Van Besien vrijwillig afstand van het partijvoorzitterschap om zich helemaal op Antwerpen te richten.
Almaci: Wij zien politiek als een engagement, niet als carrièreplanning. Wouter had als voorzitter bereikt wat hij wilde doen. Antwerpen werd zijn nieuwe uitdaging. Antwerpen is een prachtige stad met meer dan 170 nationaliteiten. Ik woon er ongelofelijk graag. Veel zaken lopen goed, dat geven we graag toe. Daar mag het stadsbestuur trouwens zelf ook op wijzen, in plaats van altijd te benadrukken wat slecht gaat. Een burgemeester moet zijn stad graag zien en niet voor verdeeldheid zorgen. En een politicus moet ook op zijn taal letten.
Is dat zo? Theo Francken doet het in de peilingen nog beter dan Groen. En zijn taalgebruik is wat het is.
Almaci: Ik gun Theo Francken zijn eerste plaats, maar ik hou niet van zijn taal. Past het dat een staatssecretaris op Twitter een jonge vrouw als Jihad Van Puymbroeck schoffeert, alleen omdat ze een vreemde voornaam heeft? Hoe vaak gaan CD&V en Open VLD dat nog dulden, of premier Charles Michel?
Ik heb nog nooit een regering meegemaakt die op haar fundamentele beloftes zo zwaar in het rood gaat, en telkens als je haar daarop wijst, snel een afleidingsmanoeuvre lanceert en moslims, moskeeën of vluchtelingen viseert. Ik zou willen dat CD&V en Open VLD wat meer hun tanden laten zien als kwetsbare mensen de dupe zijn van dergelijke politieke spelletjes. Populisme is een slang die uiteindelijk altijd in haar eigen staart bijt. Dé vraag is toch hoe we met z’n allen vooruit kunnen gaan. Hoe kan dat als je mensen voortdurend wegzet als ‘de linksen’, ‘de Walen, ‘de Gutmenschen’?
De ondernemers gaan voor een groene koers, maar de federale regering luistert niet. Die kiest nog altijd voor kerncentrales.
Wat deed het om uzelf op een Vlaams Belangaffiche te zien prijken, gebrandmerkt als volksvreemde ‘immigrant’?
Almaci: Het is degoutant en het bewijst dat men het cordon sanitaire destijds terecht heeft ingevoerd. Het Vlaams Belang is net zo racistisch als het Vlaams Blok van vroeger. Dat ligt niet alleen aan een figuur als Filip Dewinter: deze affiche droeg de signatuur van hun zogezegd moderne, gematigde voorzitter Tom Van Grieken, toch het gezicht van de nieuwe generatie VB’ers? Ik geloof er niets van. Het VB is nog altijd geen democratische partij.
Treft die wij-zijpolarisering ook niet uw eigen achterban? Voormalig Groen-politicus Luckas Vander Taelen hamert voortdurend op de samenlevingsproblemen met moslims.
Almaci: Luckas mag van mij de forcing voeren, ook al ben ik het vaak met hem oneens. Groen vindt het belangrijk om de problemen te benoemen. Zolang dat maar dient om die problemen ook aan te pakken, en niet om te veralgemenen. Ik blijf zoeken naar manieren om het gesprek te voeren, zelfs met kiezers van het Vlaams Belang.
In De Morgen klaagde een lerares van een Antwerpse concentratieschool: ‘Elke ochtend zien we bakfietsmensen met hun kinderen naar school vertrekken. Dan denk ik: die kunnen toch ook hier naar school? Daar heb ik het moeilijk mee: die gezinnen zijn zogezegd open van geest, maar ze proberen het niet eens.’ Dat gaat over uw kiezers, mevrouw Almaci. Zijn groenen wel zoveel beter dan VB’ers?
Almaci: We moeten inderdaad af van de framing dat scholen met veel kleuren slechtere scholen zouden zijn. Bakfietsouders moeten dus massaal naar die ‘concentratiescholen’. Maar ik ben optimistisch, want het gebeurt al, door initiatieven van onderaf. In Antwerpen zijn er groepjes van ‘bakfietsouders’die samen hebben afgesproken om hun kinderen naar zo’n gekleurde school te brengen. Zo gaat het vooruit.
In Gent werken SP.A en Groen samen in een links kartel en creëren zo een progressief klimaat in de stad. Een inspirerend model voor Antwerpen?
Almaci: Het Gentse model werkt heel goed in Gent en zal op sommige andere plaatsen ook mensen inspireren. Zoals ook het Mechelse model, waar Kristof Calvo uitstekend samenwerkt met Bart Somers (Open VLD), elders het voorbeeld zal zijn. Ik weet waar jullie op aansturen, maar ik kan niet voor mijn beurt praten. Over Antwerpen is nog niets beslist. Het enige eerlijke antwoord dat ik vandaag kan geven, is: onze leden zullen plaatselijk beslissen. Dat is het verschil tussen Groen en de andere partijen.
Peter Mertens heeft het al gezegd: hij voelt aan dat jullie alleen met SP.A zullen samenwerken en dat de PVDA zo goed als overal uit de boot zal vallen.
Almaci: Mertens moet zich afvragen waarom Open VLD en CD&V een veto tegen zijn PVDA stellen. Ik kan dat probleem niet voor hem oplossen. Moeilijker dan dat is het niet.
Vroeger was ons discours te moeilijk, te intellectueel. Ons verhaal van levenskwaliteit zit in het DNA van onze partij, en dat krijgt de steun van steeds meer mensen
Als u in Antwerpen een linkse meerderheid wilt vormen, zult u de acht procent van de PVDA toch hard nodig hebben?
Almaci: Mag ik erop wijzen dat op basis van deze peiling wiskundig ook een coalitie met Open VLD mogelijk is? Iedereen lijkt dat te vergeten, ook en vooral Bart De Wever. Er zijn veel mogelijkheden voor ons, maar we gaan voor een progressief bestuur.
Met welke partij hebben jullie tegenwoordig de meeste raakvlakken: met Open VLD of met de PVDA?
Almaci: Op dit moment staat Groen dichter bij Open VLD dan bij de PVDA, toch bij de Open VLD van Bart Somers in Mechelen. Niet bij die van Gwendolyn Rutten. Ook wij groenen willen een eerlijkere vennootschapsbelasting, lagere lasten op arbeid, meer aandacht voor het klimaat. Maar in het districtsbestuur van Borgerhout werken we samen met PVDA. Verder kijk ik niet naar andere partijen: de kiezer zal de kaarten schudden. En tegen dat hij dat doet, wil ik dat onze partij zo groot mogelijk is. Daarom is voor een partij als Groen ‘stijl’ ook erg belangrijk: wij willen niet polariseren. En wat dat betreft, erger ik mij ook weleens aan de linkerkant.
In Sint-Niklaas klaagt de SP.A dat Groen het linkse kartel eenzijdig heeft opgeblazen. TV-Limburg meldde dat er in die provincie verschillende rood-groene kartels op springen staan. Telkens trok Groen de stekker eruit.
Almaci: Dat hangt telkens af van de lokale dynamiek. Groen is niet de partij van de algemene richtlijnen, nee. Het is trouwens statutair onmogelijk voor een nationale partijvoorzitter als ik om de lokale afdelingen iets op te leggen. Wij geven advies en onderhandelen mee waar nodig. Op sommige plaatsen zullen wij en de SP.A elkaar vinden, op andere plaatsen niet of niet meer. Je moet zulke zaken durven te veranderen.
Onze partij is ook geëvolueerd. Ik ben eind jaren 1990 als jonge twintiger beginnen te militeren bij Agalev. Mijn engagement is nog altijd hetzelfde als toen: ik doe aan politiek omdat ik geef om de planeet en dus om de mensen. Maar in 2003 ben ik samen met onze partij door een diep dal gegaan, en daaruit hebben we veel geleerd. Wij doen vandaag aan politiek met het hart én het hoofd. Niemand kan ontkennen dat Groen de enige partij is die zo hard hamert op groene fiscaliteit of op de klimaatdoelstellingen. We willen tonen aan de mensen wat die grote progressieve droom voor hen zelf betekent: What’s in it for me? Vroeger was ons discours te moeilijk, te intellectueel. Ons verhaal van levenskwaliteit zit in het DNA van onze partij, en dat krijgt de steun van steeds meer mensen.
Wanneer bent u straks echt tevreden? Wanneer Groen de grootste partij op links is?
Almaci: Als de puzzelstukjes van 2018 en 2019 mooi in elkaar passen. Ook bij de verkiezingen voor de Kamer en het Vlaams Parlement in 2019 willen we de grendels openbreken. Er is zo veel mogelijk. De stukken staan klaar, Groen wil schaken.
Meyrem Almaci
– 1976: geboren in Sint-Niklaas
– 1998-2005: bachelor maatschappelijk werk en licentiaat vergelijkende cultuurwetenschap aan de VUB
– 2000-2006: gemeenteraadslid Agalev in Sint-Gillis Waas
– 2005-2007: wetenschappelijk medewerkster VUB – KU Leuven
– 2006-2007: voorzitter van Jong Groen
– 2006-2012: districtsraadslid Groen in Berchem
– 2007-heden: Kamerlid Groen – 2007-2012 fractieleidster Groen-Ecolo in de Kamer
– 2012-2015: gemeenteraadslid & fractieleider Groen in Antwerpen
– 2014-heden: partijvoorzitter Groen
Dit artikel verschijnt woensdag 11/10 in Knack.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier