Mensenhandel bij Borealis: ‘In Qatar waren de omstandigheden beter dan in België’
Ze moesten in slechte omstandigheden en voor een hongerloon werken in de Antwerpse haven. Bovendien werden ze ‘vergeten’ door het opvangcentrum Payoke. Knack reconstrueert de lijdensweg van drie Bengaalse lassers, van Dhaka tot Kallo.
Zondag 5 december 2021: Dhaka
Nasir Uddin (36) komt uit de Bengaalse hoofdstad Dhaka, Raman Joy (37) en Afrose Khan (36) uit de oostelijke stad Brahmanbaria. Samen met enkele landgenoten stappen ze op Dacca Airport in het vliegtuig richting de Hongaarse hoofdstad Boedapest. Twee vluchten brengen in totaal 35 Bengaalse arbeiders naar Europa. Het einddoel is België – maar het zal nog even duren voor ze daar arriveren.
Afrose Khan: ‘Ik woon in een dorpje op twee kilometer vanwaar Raj Bhar is gevestigd.’ Dat is een soort uitzendkantoor, gespecialiseerd in het rekruteren van arbeiders die overal ter wereld ingezet worden op grote bouwplaatsen. Raj Bhar werkt op zijn beurt samen met het Italiaanse bedrijf IREM, dat werd ingeschakeld als onderaannemer door Borealis.
Dat Oostenrijkse chemiebedrijf begon in 2019 in de Antwerpse haven in Kallo met de constructie van een zogenaamde propaandehydrogenatiefabriek (PDH). Het is met één miljard euro de grootste Europese investering ooit voor de chemiegroep. Tijdens piekperiodes lopen er meer dan 2000 arbeiders rond: Bengalen, Turken, Filipijnen, Oekraïners en anderen.
Raman Joy: ‘Raj Bhar beloofde ons vijf jaar werk in België en na drie jaar mochten onze gezinnen overkomen. 2500 euro per maand zou ik verdienen als lasser.’
Maar eerst moesten ze een bedrag van bijna 9000 euro betalen aan Raj Bhar. Dat moest volgens Nasir Uddin dienen voor de betaling van vliegtuigtickets, huisvesting, documenten en dergelijke. ‘Dat is heel veel geld voor ons. Mijn vriend Afrose moest zelfs zijn huis en een stuk land verkopen om aan dat geld te komen. Ik heb het grootste deel van dat bedrag geleend.’
Afrose Khan knikt. Hij is radeloos. ‘Ik ben gezinshoofd en onderhoud met mijn loon zeven mensen: ik heb drie dochters en ook het gezin van mijn broer woont in, samen met mijn ouders. Dat is heel gewoon in mijn land.’
Maandag 6 december 2021: Boedapest
De drie Bengaalse arbeiders met wie we spreken in Antwerpen zijn allemaal goed opgeleide en gediplomeerde lassers. Toch verdienen ze in eigen land gemiddeld slechts 700 dollar per maand (714 euro). Daarom is het volgens Raman Joy zo interessant om in Europa te werken.
Ze zijn trouwens niet aan hun proefstuk toe. Eerder waren ze aan de slag in onder meer Singapore, Qatar, Saudi- Arabië en Angola. Blijkbaar bestaat er een wereldwijd netwerk van mensenhandelaars en louche onderaannemers die overal ter wereld goedkope werkkrachten leveren.
De Bengalen werden van de luchthaven in de Hongaarse hoofdstad naar een goedkoop hotel gebracht aan de rand van Boedapest. ‘Ondertussen hadden we onze paspoorten terug, want die hadden ze ons afgenomen in Bangladesh’, zegt Raman Joy.
‘De sfeer was opperbest. We hoopten snel te gaan werken zodat we geld konden sturen naar onze gezinnen. Helaas verslechterde de situatie snel. Plots bleek dat onze transfer naar België vertraging had opgelopen. Uitleg daarover kregen we niet. We sliepen met 23 mensen in drie koude, vochtige kamers zonder verwarming. Er was een vuil toilet voor de hele groep. We kregen amper eten en uit de douche kwam alleen koud water. We werden compleet aan ons lot overgelaten. Als we vroegen wanneer we zouden vertrekken, was het antwoord: misschien morgen. Uiteindelijk zijn we twee en een halve maand in Boedapest gebleven, zonder salaris.’
Dinsdag 25 januari 2022: Porto
Op een dag kregen ze de boodschap dat ze naar Porto moesten vliegen. Daar zouden hun documenten, zoals de verblijfs- en arbeidsvergunning, in orde worden gebracht om in België te mogen werken. 35 Bengalen verbleven er in twee huizen. Sommigen konden na zes weken naar België, anderen moesten zes maanden wachten. Raman Joy: ‘Onze leefomstandigheden in Portugal waren zo mogelijk nog erger dan in Boedapest. Daar kregen we af en toe eten, in Porto helemaal niets meer. Als iemand klaagde, kreeg hij als antwoord van de vertegenwoordiger van IREM: dan ga je maar terug naar huis. Maar met welk geld? We hadden alles afgegeven.’
Donderdag 17 maart 2022: Brussel
De drie Bengalen komen aan in Brussel. De groep bestaat uit 25 arbeiders, de meeste vliegen over vanuit Porto, maar er arriveren ook enkele landgenoten vanuit Warschau, waar ze al sinds 2019 aan het werk zijn op een bouwterrein in Polen. De arbeiders worden in een bus naar een appartementsgebouw in de Bisschoppenhoflaan in Deurne gebracht. Daar voegen ze zich bij een groep Filipijnse ar- beiders die eveneens aan de slag zijn op de bouwplaats van Borealis. In totaal wonen er meer dan 70 buitenlandse arbeiders.
‘Enkele dagen later, op 21 maart, werden we naar Kallo gebracht voor enkele tests’, zegt Nasir Uddin: ‘We moesten een veiligheidstest doen en tonen hoe goed we konden lassen.’ De tests werden af- genomen door werknemers van IREM.
Nasir Uddin laat foto’s zien van hun kamers in Deurne: troosteloze, tochtige krochten, smerig en mensonwaardig. ‘Na enkele dagen vroeg ik de vertegenwoordiger van IREM waar onze beloofde voedseltoelage bleef. ‘Daar weet ik niks van’, antwoordde hij en hij verdween. In ons arbeidscontract stond nochtans duidelijk dat we recht hadden op 50 euro toeslag per persoon, per maand.’
En ook het beloofde salaris bleek een grote ontgoocheling. Raman Joy: ‘Voor onze eerste maand werken kregen we slechts 1250 euro. De helft dus van wat er in ons contract staat. Omgerekend is dat 6,9 euro per uur, en ik kan u verzekeren dat het hard en ongezond werk is.’ Dat loon is een pak minder dan het wettelijk verplichte minimumloon. Dat bedraagt in België 10 tot 12 euro per uur, afhankelijk van het aantal gepresteerde uren per maand.
Afrose Khan: ‘We werden om 6 uur ’s morgens in Deurne opgehaald met een bus. Om 7.30 uur begon het werk en om 19 uur ’s avonds waren we afgepeigerd terug in Deurne. We werkten elf uur per dag en kregen een uur pauze. Het was soms levensgevaarlijk werken. Wij lassen elektrisch en toch werden we verplicht om door te werken in de regen. Zoiets heb ik nergens anders meegemaakt.’
Op de vraag of ze weleens contact hadden met de hoofdaannemer Borealis, antwoorden ze alle drie ontkennend. ‘We spraken alleen met vertegenwoordigers van IREM, maar elke dag was er wel een groepje mensen van Borealis dat ons werk kwam controleren. Je kon ze goed herkennen aan hun uniform, maar ze spraken ons niet aan. Toch denk ik dat ze goed op de hoogte waren van onze situatie.’
Maandag 27 juni 2022: Kallo
De arbeidsinspectie voert een controle uit op het bouwterrein van Borealis. IREM kreeg daarover een tip en waarschuwt zijn arbeiders: ‘Geen slecht woord over ons. Als ze iets vragen over voedsel, werk- of leefomstandigheden, dan antwoorden jullie dat alles goed is geregeld. Afgesproken?’
Even later vraagt een inspecteur aan Raman Joy of die uitleg wel klopt en of hun situatie wel zo rooskleurig is. Hij heeft vermoedens dat Raman ergens bang voor is en geeft hem zijn kaartje: ‘Als je wilt praten, bel maar.’ Raman zegt dat hij niet durfde. ‘Ik was bang voor represailles als het zou uitkomen.’
Vrijdag 8 juli 2022: Deurne
Een Filipijnse arbeider die in het appartementsgebouw in Deurne verblijft, vertelt zijn verhaal aan een landgenoot die in de buurt een nachtwinkel heeft. Geschrokken neemt die contact op met de Filipijnse ereconsul in ons land, Ronny De Blaere, waarna de bom barst. Op dat ogenblik wonen er 38 Filipijnse arbeiders en 38 Bengalen in het appartement.
De Blaere: ‘Ik ben inderdaad op 8 juli benaderd door een Filipijn die mijn telefoonnummer van een landgenoot had gekregen. Ik ben naar Antwerpen gekomen en sprak met een groep van acht Filipijnen in hun woning in de Bisschoppenhoflaan in Deurne. Ik vond het gebouw erg onderkomen en vuil. Uit hun dossier bleek dat er eigenlijk niets in orde was. De mannen klaagden ook dat ze niet werden betaald voor hun werk. Omdat ik zware vermoedens had dat zij het slachtoffer waren van mensenhandel, heb ik contact opgenomen met Payoke. Ik bracht ook de veiligheidsadviseur van de stad Antwerpen op de hoogte van de toestand van het pand.’
Payoke is het enige wettelijk erkende opvang- en begeleidingscentrum in Vlaanderen voor slachtoffers van mensenhandel en mensensmokkel. De acht Filipijnen en zeventien Bengalen worden meteen meegenomen, maar de resterende zeventien Bengalen worden vergeten want die zijn elders het Offerfeest aan het vieren. Zij blijven achter in Deurne.
Ronny De Blaere stelt even later ook vast dat nog negen andere Filipijnen die in dat pand woonden en tewerkgesteld waren door IREM ondertussen verhuisd en verdwenen waren. ‘Een tijdje later doken ze op in een vergelijkbare zaak, waarbij een groep van ongeveer vijftig Filipijnen via een andere onderaannemer aan het werk gezet waren op een site van BASF in de Antwerpse haven.’
De Antwerpse burgemeester Bart De Wever (N-VA) vraagt dezelfde dag nog aan de brandweer om het pand waarin de buitenlandse werknemers verblijven te controleren op brandveiligheid.
Enkele dagen later wordt de groep van 17 Bengalen dan toch opgezocht door de politie en op 18 juli verschijnen de eerste berichten in de media. Borealis ontkent aanvankelijk iets met de zaak te maken te hebben, maar verbreekt even later het contract met IREM. In een mededeling laat Borealis weten dat het niet gaat om eigen werknemers, maar om medewerkers van de Frans-Italiaanse aannemer IREM- Ponticelli, een gelegenheidsconsortium dat werken uitvoert op het bouwterrein.
Vrijdag 12 augustus 2022: Antwerpen
Onder druk van de negatieve mediaberichten beslist het Antwerpse stadsbestuur om het appartementsgebouw te ontruimen en te verzegelen. Na een inspectie bleek de woning niet brandveilig. De Bengalen krijgen vijf dagen, tot zondag 21 augustus, om te vertrekken. Nasir Uddin: ‘Maar waar moesten we naartoe? Bovendien kregen wij bijna elke dag ongevraagd bezoek van een vertegenwoordiger van IREM die ons kwam bedreigen. “Jullie moeten terug naar Hongarije.” De voordeur van ons gebouw kan niet gesloten worden, de binnendeuren ook niet. Nooit voelden wij ons daar nog veilig.’
Zondag 21 augustus 2022: Antwerpen
De Antwerpse schepen Tom Meeuws (Vooruit) laat weten dat hij naar een humane oplossing zoekt voor de groep vergeten Bengalen. Twee dagen na het verstrijken van de deadline, dinsdag 23 augustus, wordt de groep op kosten van de stad Antwerpen overgebracht van hun verblijf in Deurne naar het Antwerp Harbour Hotel. De kosten voor de opvang bedragen 100 euro per persoon. Omdat het stadsbestuur dat te duur vindt, moet de groep even later verhuizen naar het Arrashotel. De kosten bedragen daar slechts 30 euro per persoon, inclusief eten.
Ondertussen is er paniek uitgebroken bij Borealis en IREM. Ze zijn de controle kwijt. Borealis vreest grote reputatieschade en zet IREM onder druk om de achterstallige lonen te betalen. Dat gebeurt ook, maar tegelijkertijd zet IREM de arbeiders onder druk om te zwijgen.
Afrose Khan: ‘Mijn broer kreeg een telefoon van iemand van Raj Bhar. Hij kreeg te horen dat ik ervoor verantwoordelijk ben dat ze het contract met IREM kwijt zijn en dat ik en mijn gezin daarvoor moeten boeten. U moet weten dat Raj Bhar eigendom is van een rijke en machtige man die een grote invloed heeft op de regering. Hij heeft geld genoeg om ambtenaren om te kopen.’
Zaterdag 17 september 2022: Antwerpen
Payoke ontslaat per direct zijn directeur Klaus Vanhoutte. Hem wordt verweten niet krachtdadig genoeg te zijn op- getreden en medeverantwoordelijk te zijn voor de fouten die zijn gebeurd met de groep van zeventien Bengaalse slachtoffers. Anton Van Dyck, die het dagelijks bestuur van Payoke heeft overgenomen, zegt dat dit dossier de capaciteiten van de instelling ‘ver overstijgt’. ‘Om deze crisis te behappen, hebben we al 150.000 euro extra moeten uitgeven. Dat is onze volledige strategische reserve. Wij rekenen op hulp van de overheid, want mensenhandel komt steeds vaker voor. Wij schatten dat tussen de 18.000 en 23.000 mensen in België slachtoffer zijn van die moderne slavernij.’
Vrijdag 23 september 2022: Brussel
Bijna 200 slachtoffers van mensenhandel gaan in Brussel betogen bij het kabinet van Vlaams viceminister-president Hilde Crevits (CD&V). Raman Joy wordt met zeven anderen ontvangen door een vertegenwoordiger van het kabinet. ‘We zouden dan toch een werkvergunning kunnen krijgen’, zegt hij een beetje opgelucht na het gesprek.
Donderdag 29 september 2022: Antwerpen
De groep Bengaalse arbeiders is ondertussen al meer dan tien maanden van huis en de werkvergunning is er nog niet. Ze voelen zich gekrenkt in hun eer. ‘Ik ben goed opgeleid en dan word ik zo behandeld. We zijn radeloos’, zegt Nasir Uddin. ‘Ik voel me ziek, mijn hoofd ontploft van het piekeren en ik maak me grote zorgen om mijn gezin in Bangladesh. Hoe kom ik hieruit? Ik wil opnieuw gaan werken en geld verdienen. Ik voel me behandeld als een slaaf. In uw land was er veel kritiek op de manier waarop buitenlandse arbeiders werden behandeld in Qatar bij de bouw van de voetbalstadions. Het WK voetbal gaat er straks van start, maar ondertussen werden wij hier slechter behandeld dan onze collega’s in Qatar. Iedereen lijkt ons vergeten te zijn.’
Maandag 3 oktober 2022: Antwerpen
Payoke is er nog altijd niet in geslaagd om een oplossing te vinden voor de opvang van onze groep ‘vergeten’ Bengali.