Wonen in Brussel: ‘Er zijn zelfs wachtlijsten voor kraakpanden’
Brusselse daklozen die ‘geluk’ hebben, kunnen in een kraakpand terecht. En de Brusselse overheid? Die kijkt met enige gelatenheid toe: ‘We zien ze liever binnen dan op straat.’
Begin november hield daklozenorganisatie Bruss’Help haar tweejaarlijkse daklozentelling. De officiële cijfers van 2024 worden pas in het voorjaar vrijgegeven, maar nu is al wel duidelijk dat de trend stijgt, zegt Eva Salman, communicatiemanager van Brussel’Help. ‘In 2022 waren er nog 7000 mensen zonder huis. Door de huisvestings-, asiel- en energiecrisis bestaat er een grote kans dat de cijfers in 2024 de hoogte inschieten.’
In die cijfers zitten ook krakers, mensen die – vaak zonder toestemming van de eigenaar – in een leegstaand pand trekken. In Vlaanderen woonden in 2023 1561 mensen in een kraakpand. Vooral in Brussel is het een populaire woonvorm, met maar liefst 919 krakers. Al schat Bruss’Help het werkelijke aantal een stuk hoger in.
Dat hoge aantal verbaast Salman niet: ‘De wachtlijsten voor sociale woningen lopen in Brussel soms op tot tien jaar.’ Gevolg? Meer mensen worden dakloos en een derde van die daklozen komt in een kraakpand terecht. Het zorgt voor absurde toestanden, vertelt Salman. ‘De noodopvang barst uit zijn voegen. Er zijn nu zelfs wachtlijsten voor kraakpanden.’
Steentje bijdragen
Eerder dit jaar bracht Knack een bezoek aan een kraakpand in de Brusselse Kroonlaan. Daar dreigde op dat moment de onmiddellijke uitzetting voor de zowat tachtig bewoners, onder wie dertig kinderen, die in het voormalige rusthuis woonden. Perfect uitgeruste kamers, schone bedden, sanitair, tv’s: aan de Kroonlaan waren géén spectaculaire beelden te schieten van verkrotting en verwaarlozing.
Daar waken wij over, zegt Naël Daibes van Krakerscollectief Rockin’ Squat: ‘Bewoners moeten hun steentje bijdragen. We vragen een bijdrage voor water en elektriciteit. En wie dat niet kan betalen, mag klusjes en schoonmaakwerk doen in ruil.’
Ook al is het al een tijdje geen rusthuis meer, het gebouw aan de Kroonlaan blijft wel die typische kilte uitademen: lange witte wandelgangen, een blinkende vloer, alles steriel en onpersoonlijk. Dat staat in schril contrast met de warme sfeer die er hangt. Daibes groet alle bewoners bij hun voornaam en vraagt aan de kinderen, die vrolijk spelen in de gang, hoe het op school was.
Maar die ongedwongen sfeer verbergt heel wat kopzorgen. ‘Verschillende bewoners zijn ongerust over de dreigende uitzetting’, vertelt Daibes. Zo ook de Guinese Joacine (29): ‘Ik heb twee jonge kinderen, en om een verblijfsvergunning te krijgen, moet ik een officieel huurcontract kunnen voorleggen. Maar hoe kan dat, als ik hier niet officieel mag werken?’
Liever binnen
Alain Maron, de Brusselse minister van Sociale Actie vat het gelaten samen: ‘We zien ze liever binnen dan op straat.’ Nochtans is sinds de kraakwet uit 2017 kraken strafbaar. ‘Zonder toestemming een gebouw van iemand anders betreden is een crimineel feit. Je kunt beboet worden of een celstraf krijgen’, weet Nicolas Bernard, professor huisvesting aan de UC Louvain. ‘Maar in de praktijk komen krakers amper in de gevangenis terecht.’
‘Ik kom die mensen tegen op straat. Ik kan toch niet doen alsof ze niet bestaan? Ca me touche, quoi.’
Christos Doulkeridis, voormalig burgemeester van Elsene
Meer nog, in veel gevallen maken huiseigenaars zelfs een tijdelijke overeenkomst met de krakers. Hoewel dat niet meteen als een goede deal klinkt voor de eigenaars, kan zo’n tijdelijke overeenkomst volgens Bernard wel een aantal voordelen hebben. ‘Krakers onderhouden het gebouw. En je ontsnapt als eigenaar op die manier ook aan de Brusselse leegstandsbelasting.’ Vooral dat laatste is voor veel eigenaars een belangrijke reden om zo’n overeenkomst aan te gaan, bevestigen verschillende bronnen.
Dakloosheid, ook buiten de grootsteden: ‘Dit is een noodkreet aan de Vlaamse regering’
Leegstand
Mathias Van den Borre, N-VA-volksvertegenwoordiger in het Brussels Parlement, wil een antikraakplan lanceren. Maar hij ziet ook voordelen: ‘Kraakpanden met wederzijdse overeenkomst kunnen tijdelijke soelaas bieden voor de Brusselse leegstand, maar ze zijn geen duurzame oplossing. Wildkraak is natuurlijk wel een huizengroot probleem, waar niets mee gedaan wordt.’
Maar die wildkraak valt nogal mee, zegt mensenrechtenadvocaat Melvin Ouedraogo: ‘Mensen die thuiskomen van vakantie en krakers in huis vinden? Het gebeurt vandaag nog amper. Kraken gaat meestal over gebouwen die al een lange tijd leegstaan en die in verval zijn geraakt.’
Maar de verhalen bestaan natuurlijk wel: in 2017 had een Gentse familie die na een buitenlands verblijf een groep Roma in haar huis vond, de grootste moeite om de krakers weer uit weg te krijgen. Het bracht de kraakwet in een stroomversnelling.
Wie vandaag krakers in zijn woning aantreft, is dankzij die kraakwet dan ook een pak beter beschermd. De politie zal een bewoond pand onmiddellijk ontruimen, een onbewoonde woning kan ontruimd worden na een strafklacht. De procureur des Konings beveelt de krakers dan om het pand binnen de acht dagen te verlaten.
Gedoogbeleid
Maar ook met de nieuwe wet blijft het aantal gekraakte panden groot. In Brussel zet de asielcrisis extra druk, weet minister Maron: ‘Asielopvang is een federale bevoegdheid, maar Brussel moet wel de asielzoekers opvangen. We kunnen alleen sociale hulp bieden aan mensen die de Belgische nationaliteit hebben. En zo valt een groot deel van hulpbehoevenden wel uit de boot.’
In veel gevallen maken huiseigenaars tijdelijke overeenkomsten met krakers.
Christos Doulkeridis (Ecolo), voormalig burgemeester van Elsene, kan daar van meespreken. ‘Ik kwam die mensen tegen op straat. Ik kan toch niet doen alsof ze niet bestaan? Ca me touche, quoi.’
Hoeveel kraakpanden zijn gemeente precies telde, kan Doulkeridis niet met zekerheid zeggen. ‘Tussen de vijf en de tien’, gokt hij, ‘maar elke maand komen er bij en verdwijnen er ook. Als we melding krijgen van een nieuw kraakpand, gaat de politie altijd een kijkje nemen om de situatie in te schatten. Er gaat ook een ingenieur langs om de brandveiligheid te bekijken. We laten de krakers niet aan hun lot over.’ Ook Maron bevestigt dat Brussel wel degelijk de situatie opvolgt. ‘De grote kraakpanden kennen we natuurlijk.’
Nergens anders
Een kraakpand is zelden een langetermijnproject, vertelt Rim Id Miloud van Rockin’ Squat. ‘Voor de meeste bewoners is kraken een tijdelijke oplossing, tot ze stevig genoeg op hun benen staan.’ Zo zag de Colombiaanse productingenieur Juan Felipe (40) het ook. ‘Ik kwam hier zonder voorbereiding toe op zoek naar een beter leven. De eerste maanden kon ik nergens terecht en belandde ik in een kraakpand. Niet wat ik voor ogen had, maar ik was blij dat ik een dak boven mijn hoofd had.’ Ondertussen huurt Juan Felipe een appartementje in de Brusselse rand en studeert hij Nederlands. ‘Ik ben ondertussen al geslaagd voor mijn Nederlandse taaltest’, vertelt hij trots.
Maar niet elke kraker is een asielzoeker. Brusselaar Thomas (26) kwam in het kraakpand op de Kroonlaan terecht toen zijn relatie stukliep. ‘Van de ene op de andere dag stond ik op straat. En nu? Ik zou nooit meer ergens anders willen wonen’, glimlacht hij.
Matthias Diependaele (N-VA), minister van Dakloosheid: ‘Hij is een saboteur die geen sociale woningen wil bijbouwen’
Voor sommigen is kraken zelfs een positieve keuze. ‘Ik ben het gewoon om tijdelijke projecten aan te gaan voor mijn werk. Voor mijn woonplaats is dat niet anders’, zegt de Italiaanse danseres Chiara (30), die als freelancer door Europa reist. Ze woont momenteel in een gigantisch kraakpand in hartje Brussel. ‘Sommige vrienden vragen zich af hoe ik hier kan leven. Maar ik zou voor geen geld ter wereld meer ruilen. De samenhorigheid, de diepe connecties die je hier opbouwt – dat vind je nergens.’
Het pand waar Chiara woont beantwoordt, meer dan het voormalige rusthuis aan de Kroonlaan, aan de clichés. Het is er stoffig, alles oogt minder onderhouden. De vloer plakt en de lichten werken niet. Maar op het moment dat we Chiara ontmoeten is er wel een stevig underground feestje aan de gang. Bewoners hebben kaarsen aangestoken. Een aantal feestvierders walst rond op rollerblades. Ze gieten olie over de vloer om ‘beter te glijden’. Die combinatie – olie, dorre houten balken en kaarsen – doet Knack besluiten om het feestje sneller dan gepland te verlaten.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier