Ann Peuteman

‘We hebben dringend méér hangjongeren nodig’

Zodra ze beginnen te puberen, jagen we tieners weer naar binnen.

Nog geen tien minuten zitten ze op het pleintje achter mijn huis of ze worden al weggejaagd. Een vrouw beent de straat over en snauwt dat ze moeten opkrassen. Die bank is voor volwassenen bestemd, ze weet nu al dat hun blikjes Cola Zero op de grond zullen belanden en het kaatsen van hun basketbal kan ze tot in haar keuken horen. Wanneer ze tegensputteren, haalt ze haar telefoon boven. Willen ze dat ze de politie belt? De pubers, vier jongens en een meisje, druipen af. De lege blikjes nemen ze mee.

Zo gaat het wel vaker, en niet alleen op dat pleintje. Zolang kinderen klein zijn, mogen ze in de openbare ruimte spelen. Maar zodra ze op de middelbare school zitten, zijn ze er veel minder welkom. Zeker als ze hard praten en lachen. Dan komt er altijd wel een buur, een winkeluitbater of een toevallige passant klagen. Er zijn zelfs gemeentebesturen die hen proberen te verjagen door loeihard klassieke muziek te spelen of door allerlei creatieve verbodsborden neer te poten. Verboden uit een flesje of blik te drinken. Alleen rechtop op de bank zitten. Balspelletjes niet toegelaten. Muziek verboden. Zelfs een hond mag meer op zo’n plein.

Ondertussen klagen we met z’n allen dat jongeren te veel met hun smartphone bezig zijn en verheerlijken we buitenspelen. Er worden zelfs dure campagnes opgezet om kinderen van hun schermen weg te lokken. Niet alleen om slinkende leerprestaties te verbeteren, maar ook om de epidemie van psychische problemen te bestrijden.

Maar zodra ze beginnen te puberen, jagen we hen weer naar binnen. ‘Vroeger hadden we een groot hangjongerenprobleem, maar vandaag zult u er in onze gemeente niet één meer zien’, vertelde een trotse schepen me vorige zomer. Terwijl die jongeren natuurlijk niet in rook zijn opgegaan. Sommigen waren wellicht op reis, op kamp, op café of in een bowlinghal. Anderen, die zich zo’n vertier niet kunnen veroorloven, zaten noodgedwongen thuis naar TikTokfilmpjes te kijken of te chatten met hun vrienden.

We hebben dus niet minder maar wel meer hangjongeren nodig. Toch als we daarmee groepjes bedoelen die zich ergens in de openlucht ophouden. Natuurlijk moet worden ingegrepen als ze over de schreef gaan en écht overlast veroorzaken. Maar enige baldadigheid moeten we hun toch wel gunnen.

Zoals die pubers op het pleintje achter mijn huis. Gisteren zaten ze er weer. Toen ik voorbijliep, verborgen ze snel de stoepkrijtjes waarmee ze een gigantische penis aan het tekenen waren op de straatstenen. Ik deed alsof ik het niet zag.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content