Jonathan Hendrickx
‘VRT kan een cruciale partner zijn om de regionale omroepen nieuw leven in te blazen’
‘De Vlaamse overheid heeft mogelijk ook de sleutel in handen om regionale televisiejournalistiek minder afhankelijk te maken van de grillen van marktwerking’, schrijft onderzoeker Jonathan Hendrickx (VUB), al waarschuwt hij ook voor de valkuilen van een doorgedreven samenwerking met de VRT.
De Oost-Vlaamse regionale televisiezender AVS heeft deze week van de rechter tijdelijk bescherming gekregen tegen schuldeisers. De omroep zit al jaren in slechte financiële papieren. Hoewel de interesse in Vlaamse regiojournalistiek groot is, verschraalt ze al jaren en teert ze deels op overheidstoelagen om te kunnen overleven. Een verregaand samenwerkingsverband met de VRT kan soelaas brengen.
Als het van mediaminister Dalle afhangt worden het er acht, maar momenteel tellen we in Vlaanderen tien verschillende regionale televisiezenders, met elk dagelijkse aparte nieuwsuitzendingen die doorlopend herhaald worden. De regionale netten schoten in de jaren 1990 als paddenstoelen uit de grond, maar hun inkomsten zijn al jaren tanende. Tussen 2010 en 2021 daalde de omzet van de tien zenders samen van 38 naar 24 miljoen euro. Om hen levensvatbaar te houden, stopt de Vlaamse overheid de zenders jaarlijks een kleine twee miljoen euro toe. Maar het snel verouderende publiek van regionale televisiezenders en de digitalisering van media- en nieuwsgebruik maken het huidige systeem onhoudbaar.
Er is langzamerhand sprake van een zogenaamd marktfalen, eerder in wetenschappelijke literatuur gedefinieerd als een situatie waarin bepaalde wenselijke uitkomsten, zowel van economische als maatschappelijke aard, niet gerealiseerd worden. In dat geval springt de overheid in de bres, wat ze nu al doet in de vorm van rechtstreekse toelagen voor de netten en een nieuwe conceptnota om de regionale zenders te verjongen en crossmedialer te maken. Diezelfde Vlaamse overheid heeft mogelijk ook de sleutel in handen om regionale televisiejournalistiek minder afhankelijk te maken van de grillen van marktwerking: de publieke omroep.
Dalles voorganger Sven Gatz hintte al in 2016 al op een inbedding van regionale omroepen in de VRT, maar het idee kwam nooit echt van de grond. Nochtans is het marktfalenprincipe perfect van toepassing op de kerntaken van een publieke omroep, ook als dat tot méér publieke omroep leidt. In Nederland is er intussen al enkele jaren sprake van verregaande samenwerkingen tussen de regionale en de nationale publieke nieuwsomroep NOS, met aparte zendtijd in nieuwsuitzendingen en artikels op de nieuwssite van de NOS afkomstig van de regio-omroepen.
Zolang de onafhankelijkheid en het voortbestaan van de individuele redacties gewaarborgd blijft, kan die oplossing soelaas brengen, want natuurlijk zijn er ook hier grote potentiële valkuilen. De Vlaming weet graag wat er in de buurt speelt (volgens de waarderingsmonitor van de Vlaamse overheid en NORtv, de koepelorganisatie van Vlaamse regionale televisiezenders, was 95% van de Vlamingen in 2020 geïnteresseerd uit actualiteit en nieuws in de eigen stad of gemeente), maar er is al jaren een duidelijke verschraling in het regionale en lokale nieuwsaanbod, die op haar beurt gepaard gaat met toegenomen mediaconcentratie en afnames van nieuwsdiversiteit in Vlaanderen. De gevolgen van die concentraties en fusies uiten zich in gecentraliseerde nieuwsredacties om kosten uit te sparen, maar ook door het schrappen van aparte regionale edities van kranten. Volgens het recentste jaarverslag van de Vlaamse Regulator voor de Media is het aantal private lokale nieuwsmedia per gemeente gekelderd. En onlangs nog verdween op Radio 2, de grootste radiozender van de regio, de regionale ochtendprogrammering.
Een studie uit 2020 van de Erasmushogeschool Brussel over regiojournalistiek in Vlaanderen wees uit dat zowel journalisten als burgemeesters en schepenen dat ze sensationeler werd en het gebruik van kant-en-klaar nieuws toeneemt. Minder journalisten die gepokt en gemazeld zijn in hun regio leidt tot zowel minder als minder diverse berichtgeving, wat verdere verschraling in de hand werkt. Vlaamse private en publieke media zetten al jaren in op meer regionaal en lokaal nieuws op hun digitale kanalen, en samenwerkingen tussen de Antwerpse zender ATV en Gazet van Antwerpen gaan steeds verder. Daarbij worden opnieuw de grenzen afgetast van wanneer samenwerking leidt tot het recycleren van inhoud en dus verdere verschraling van het nieuwsaanbod. De VRT kan een cruciale partner blijken om Vlaamse regiojournalistiek een nieuwe impuls te geven, maar ook hier blijft waakzaamheid over het belang van nieuwsdiversiteit geboden. Technische apparatuur en opnamestudio’s uitwisselen drukt de kosten aanzienlijk en is een mooi voorbeeld van mediaconcentratie en synergie-operaties, maar als dat ook met nieuwsinhoud gebeurt, loert de inhoudverschraling al snel weer om de hoek.
Tot op zekere hoogte verschilt het discours van de Vlaamse regering over regionale televisiezenders weinig van dat over regionale luchthavens. Beide worden deels met overheidsgeld kunstmatig in leven gehouden omdat er sprake is van een duidelijk marktfalen. Over de zin en onzin van luchthavens van Deurne en Oostende is al veel inkt gevloeid, maar tot dusver werd minder gedebatteerd over het nut van tien lineaire netten die vooral herhalingen uitzenden in tijden van streaming en uitgesteld kijken. Aparte uitzendingen lineair op Eén op Canvas die vervolgens handig raadpleegbaar zijn op VRT MAX kunnen een voorbeeld zijn voor regionale televisiejournalistiek die inspeelt op veranderend kijkgedrag – zolang uiteraard ook hier sprake blijft van onafhankelijke redacties die vrij kunnen werken en burgers kritisch en divers blijven informeren.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier