Uitbuiting van vergeten Brazilianen op Belgische werven: ‘Een nieuw drama is gewoon een kwestie van tijd’

© Getty Images

Twee jaar geleden kwam de schrijnende uitbuiting van buitenlandse bouwvakkers in de Antwerpse haven aan het licht. Sindsdien is hun aantal alleen maar gestegen. ‘Vaak wordt aan arbeiders zonder contract gevraagd om via een achteringang op de werf te komen.’

De laatste zaterdag van de maand. Bij een slager in Sint-Gillis, op wandelafstand van het Zuidstation, komt de ene na de andere man buiten, zeulend met zakken vlees. Carlos*, een Braziliaan die als stukadoor in de bouw werkt, komt met zijn maandloon proviand voor zichzelf en zijn huisgenoten inslaan. Ze delen een appartement met zeven mensen, betalen elk 400 euro en slapen met drie op een kamer. ‘Ik heb geluk, ik word tenminste betaald’, zegt hij. ‘Anderen wachten al maanden op hun geld.’ Zijn opdrachten vindt hij via Facebookgroepen. Zonder contract, onder het minimumloon.

De Braziliaanse slager is een ontmoetingsplaats voor de bouwvakkers waar ze even hun hart kunnen luchten. Velen zijn kwaad: ze werken hard, lopen grote risico’s en worden soms maandenlang niet betaald. Niemand in de samenleving die het ziet. Hier in Sint-Gillis proberen ze de heimwee wat te verzachten door grote stukken vlees te kopen en ze samen met vrienden te grillen als churrasco, barbecue op z’n Braziliaans.

Paulo toont ons een vals identiteitsbewijs. ‘Gekocht van mijn werkgever voor 150 euro.’

Paulo*, een Braziliaan die illegaal in ons land verblijft en in de bouw werkt, toont ons een vals identiteitsbewijs. ‘Gekocht van mijn werkgever voor 150 euro’, zegt hij. ‘Daarmee mag ik zonder problemen op de werf komen. Op één dag was het geregeld.’ Hij vertelt over een onderaannemer die bekendstaat om het uitreiken van valse identiteitsbewijzen én het maandenlang niet betalen van zijn werknemers. Hier in de slagerij en via Facebookgroepen waarschuwen de arbeiders elkaar voor oplichters als hij. Ergens anders kunnen ze niet terecht.

‘Vaak wordt aan arbeiders zonder contract gevraagd om via een achteringang op de werf te komen’, fluistert Paulo ons toe. Of hij niet bang is voor de risico’s? Wat als hij een arbeidsongeval krijgt? Hij schudt het hoofd. ‘Tja. Ik heb inderdaad geen enkele zekerheid.’ Hij grijpt naar het gouden kruisje om zijn hals. ‘Gelukkig is Hij er nog.’

‘Actieve vennoten’

Een vals identiteitsbewijs blijkt een van de vele manieren om de verplichte registratie op bouwwerven te omzeilen. Twee jaar geleden kwam het Borealis-schandaal aan het licht. Op en rond een werf van het chemiebedrijf in de Waaslandhaven bleken buitenlandse arbeiders zwaar onderbetaald te moeten werken en in lamentabele panden te wonen. Er werden zo’n 140 slachtoffers van mensenhandel geïdentificeerd. Filipijnen, Bengalen, Turken en Oekraïners werden door de Italiaanse aannemer Irem uitbetaald via een systeem van dochtermaatschappijen en onderaannemingen.

In Sint-Gilles ontmoeten we Pedro*. Hij draagt een T-shirt van een firma gespecialiseerd in interieurwerken, maar hij had nog nooit rechtstreeks contact met die werkgever. Hij werkt voor een van de vele onderaannemers. Van dat kleine bedrijfje heeft hij één aandeel, en hij is er ingeschreven als zelfstandige – het maakt van hem officieel een ‘actieve vennoot’. Hij is 10 tot 14 uur per dag weg van huis en verdient daarmee 1500 euro per maand. Voor alle bijkomende kosten draait hij zelf op: de sociale zekerheidsbijdragen alleen al bedragen ongeveer 900 euro per kwartaal. Toen hij het contract ondertekende, was hij daar niet van op de hoogte. Hij spreekt geen Nederlands, en zijn werkgever stond erop dat hij op die manier zou werken.

Toen Pedro zijn contract tekende, kende hij de wetgeving niet. Hij spreekt geen Nederlands, en de werkgever gaf hem geen keus.

Jan Knockaert, coördinator van Fairwork Belgium, dat werknemers zonder wettelijk verblijf ondersteunt, waarschuwt voor de misstanden met actieve vennoten. In de praktijk wordt de constructie steeds vaker misbruikt door werkgevers om wettelijke verplichtingen te omzeilen en kosten te besparen. Knockaert: ‘In plaats van hen een vast contract te geven, worden feitelijke werknemers als actieve vennoot ingeschreven, zonder inspraak of financieel belang, maar ze moeten wel als schijnzelfstandige opdraaien voor de sociale zekerheidsbijdragen. Kwetsbare groepen, zoals migranten, zijn daar door externe druk en onwetendheid extra vatbaar voor.’

Wie zelfstandige wordt, moet zich registreren bij een sociaal verzekeringsfonds, dat de sociale bijdragen berekent en int, maar Knockaert maakt zich zorgen over de mate waarin fondsen hun leden informeren over de gevolgen van die registratie.

Bovendien werd eind vorig jaar een wet aangenomen die bepaalt dat die fondsen geen aansluiting meer mogen weigeren aan ‘derdelanders’ (mensen met een an­de­re na­ti­o­na­li­teit dan van een EU-land of een met de EU ge­as­so­ci­eerd land) die geen beroepskaart kunnen voorleggen. Een beroepskaart geeft een derdelander de toestemming om een zelfstandige activiteit uit te oefenen in België. Die controle was voorheen wel een verplichting voor de sociale verzekeringsfondsen. ‘De versoepeling komt op een moment dat schijnzelfstandigheid in opmars is’, zegt Knockaert. ‘De controle door fondsen is net een belangrijk instrument in de strijd daartegen.’

Detachering

Een ander fenomeen dat misstanden in de hand kan werken, is detachering. Dat werkt zo: als iemand van buiten de Europese Unie een werkvergunning heeft in een van de EU-lidstaten, mag die in het teken van het vrije verkeer van diensten ook in ándere EU-landen werken. Zo komt het dat Braziliaanse arbeiders voornamelijk via Portugal naar Belgische bouwwerven kunnen worden gedetacheerd.

‘Een vijfde van de bouwarbeiders is gedetacheerd’, zegt Frederic De Wispelaere, onderzoeksexpert bij HIVA-KU Leuven. ‘De situatie is helemaal scheefgetrokken. We hebben er geen controle meer over. De vraag naar arbeiders in de bouw is enorm, en toch blijft het een race to the bottom. Het is schrijnend.’ De bouwvakkers zitten in een zeer kwetsbare positie, onder meer omdat ze voor zowel voor hun job als voor hun verblijf afhankelijk zijn van hun werkgever.

Na Oekraïners vormen Brazilianen de grootste groep gedetacheerde derdelanders. In vijf jaar tijd is hun officiële aantal verdubbeld. Daarnaast zijn er dan nog de vele derdelanders die niet worden geregistreerd en illegaal in ons land aan het werk zijn.

Controle schiet tekort

Worden werven dan niet gecontroleerd? Volgens Frederic De Wispelaere is de bouw een van de meest gecontroleerde sectoren, en toch blijft het inbreukpercentage erg hoog. De kans dat een bouwbedrijf in een jaar gecontroleerd wordt, is één op de tien. De Wispelaere: ‘Alle stappen in de handhavingsketen zouden veel meer uitgewerkt moeten worden, zowel in België als in Europa.’

‘De sociale inspectie heeft te weinig slagkracht – en tanden.’ © Getty Images/iStockphoto

Jan Buelens, advocaat bij Progress Lawyers en professor arbeidsrecht aan de UAntwerpen, hekelt de onderfinanciering van de sociale inspectie én haar manier van werken. ‘Er werken bij de sociale inspectie veel gemotiveerde mensen, maar de targets zijn niet juist’, vindt hij. ‘Zo is het aantal vaststellingen een doel op zich. Controles van kleine winkeltjes in de Antwerpse Chinese wijk leveren meer op dan een grote zaak.’

‘Wij beschouwen een loon niet uitbetalen als een vorm van diefstal. Dat kan worden vervolgd, maar dat gebeurt slechts zeer uitzonderlijk.’

Een medewerker van de arbeidsinspectie

Ook de behandeling van misbruikzaken schiet vaak tekort. Buelens: ‘Bij de Borealis-zaak heeft de sociale inspectie iedereen in een grote zaal samengebracht en gevraagd of iemand iets wilde aankaarten. De ploegbazen stonden achter in de zaal, dus iedereen zweeg.’ Bovendien blijven inbreuken vaak zonder gevolgen. ‘De inspectie heeft te weinig slagkracht en tanden’, zegt Buelens.

De arbeidsinspectie geeft zelf aan dat ze onderbemand is. De controle op sociale fraude zit ook nog eens bij verschillende diensten. Hun opdrachten overlappen gedeeltelijk, maar ze hebben ook elk hun eigen specialisatie. Ook dat bemoeilijkt de controle. Een medewerker bij de Arbeidsinspectie die in Knack alleen anoniem wil getuigen, wijst ook naar ons rechtssysteem. ‘Wij beschouwen een loon niet uitbetalen als een vorm van diefstal. Dat kan strafrechtelijk worden vervolgd, maar dat gebeurt slechts zeer uitzonderlijk. Onze samenleving is gebouwd op de bestraffing van slechts bepaalde vormen van criminaliteit. Lonen stelen hoort daar blijkbaar niet bij.’ Volgens de inspectie komen administratieve geldboetes wel voor, maar die liggen doorgaans lager dan de niet-uitbetaalde lonen.

Duits puntensysteem

Een reorganisatie en extra investeringen in inspectiediensten kunnen de zaak vooruithelpen, meent Buelens. ‘Geef meer mogelijkheden aan controleorganen op Belgisch en Europees niveau en maak ze krachtdadiger. En stel de opdrachtgever en de hoofdaannemer aansprakelijk – momenteel is de hoofdaannemer alleen aansprakelijk als er over die aansprakelijkheid geen contractuele afspraken zijn met de onderaannemers. Daarnaast zouden we arbeiders minder kwetsbaar kunnen maken door de verblijfsvergunning niet meer afhankelijk te laten zijn van de werkgever. Er vált dus iets aan de situatie te doen, maar het gebeurt vooralsnog niet.’

We zouden kunnen gaan werken met een puntensysteem, zoals in Duitsland. De Bondsdag keurde daar de Fachkräfteeinwanderungsgesetz goed, een wet die het voor derdelanders makkelijker maakt om in Duitsland te komen werken. Migranten bouwen een score op op basis van hun opleiding, talenkennis, binding met Duitsland en eventueel meereizende familieleden. Als de score hoog genoeg is, krijgen ze een jaar de kans in Duitsland werk te zoeken, ook als ze geen concrete jobaanbieding hebben. Dat geeft hen de mogelijkheid een verblijfsvergunning te verkrijgen zonder afhankelijk te zijn van een specifiek arbeidscontract. Duitsland wil zo koploper worden in de strijd voor arbeidsmigranten.

‘We komen gewoon mensen tekort. De voordeur gaat steeds meer dicht, maar intussen staat de achterdeur wagenwijd open.’

Veerle Van Nieuwenhuysen, VOKA

‘We moeten met de nodige openheid naar economische migratie kijken’, zegt Veerle Van Nieuwenhuysen, senior adviseur arbeidsmarkt bij VOKA. Volgens haar is het Vlaamse beleid te zeer verstrengd. ‘Het huidige systeem is ontoereikend: we komen gewoon mensen tekort. De voordeur gaat steeds meer dicht, maar intussen staat de achterdeur wagenwijd open. In het Duitse model geef je mensen de kans om zich gedurende een jaar te bewijzen en hun plek te vinden. We moeten de voordeur verstandig openzetten, en daar kan het Duitse model mogelijk een sleutel voor zijn.’ Ook Sven Nouten, woordvoerder van Embuild, de vroegere Confederatie Bouw, ziet een oplossing in het Duitse systeem. ‘Er zit zeker iets in, op voorwaarde dat dit op Europees niveau zou worden uitgerold.’

‘Intussen is het een kwestie van tijd dat een drama zoals Borealis zich herhaalt’, zegt Jan Knockaert. ‘Er is niets ten gronde veranderd waardoor een zoveelste zaak kan worden vermeden.’ Het zal opnieuw gebeuren. En opnieuw zal de publieke verontwaardiging groot zijn. Even komt de economische uitbuiting aan het licht, even zullen nieuwe Carlossen, Paulo’s en Pedro’s het zwijgen verbreken. Waarna schaduwmensen als zij weer in stilte het land laten draaien.

* Carlos, Paulo en Pedro zijn pseudoniemen. Hun echte identiteit is bekend bij de redactie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content