Veel gebruikers datingapps krijgen te maken met geweld: “Europese richtlijn nodig”
Heel wat gebruikers van datingapps krijgen te maken met verschillende vormen van geweld. Dat blijkt uit een studie van hogeschool UC Leuven-Limburg (UCLL) Resilient People en Hulplijn 1712. Zij pleiten nu voor een Europese richtlijn. “Veel gebruikers zijn zich niet bewust van de risico’s en gevaren.”
Australisch onderzoek toonde recent aan dat bijna driekwart van de gebruikers van online datingapps en -websites in de afgelopen vijf jaar geweld meemaakte op het internet. Een op de drie gebruikers werd zelfs het slachtoffer van lichamelijk (seksueel) misbruik. Ook in België is dat het geval: dit jaar kreeg 1712 minstens vijftig oproepen over geweld waarbij een datingapp een rol speelde.
Het gaat onder andere om confrontaties met wraakporno, date rape, sextortion en grooming. Naar aanleiding van 1712-dag op 17 december nam de hulplijn samen met hogeschool UCLL de vijf populairste apps in Vlaanderen onder de loep: Bumble, Grindr, Happn, Parship en Tinder. Daaruit blijkt dat apps zich wel inzetten om geweld tegen te gaan, maar nog heel wat meer kunnen doen. De meeste apps gooien algoritmes en artificiële intelligentie in de strijd.
Bovendien geven alle apps, behalve Happn, de optie om geweld te rapporteren. Hoe dat moet en wat er verder mee gedaan wordt, is dan weer onduidelijk. Het is makkelijk om valse profielen aan te maken en volledig anoniem te blijven. Als een app dan al naar hulpverlening verwijst, zijn dat vaak Amerikaanse initiatieven.
1712 vraagt om een algemeen beleid. “We hebben Europese regelgeving over kinderzitjes, voedingsetiketten en cosmetica om consumenten te beschermen, maar niet voor datingapps”, zegt Wim Van de Voorde. Minister van Welzijn Hilde Crevits juicht de bewustmaking door UCLL en 1712 alleen maar toe en belooft haar Europese collega’s alert te maken op de studie. “Ik hoop dat alle slachtoffers de weg naar Hulplijn 1712 zullen vinden.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier