Vrijdaggroep

‘Vaders aan de wieg: een investering in de toekomst’

‘Een uitgebreid vaderschapsverlof, een overheidsinvestering voor de toekomst, is een eerste uitstekende stap om onze kinderen in alle rust te laten opgroeien’, schrijft Nicholas Vijverman van de Vrijdaggroep. ‘Met slechts een fractie van de huidige fiscale voordelen aan fossiele brandstoffen, zouden we ons al een Scandinavisch vaderschapsverlofmodel kunnen veroorloven.’

De geboorte van je kind is het meeste aangrijpende moment in het leven van een jonge vader. Na negen maand vol spanning af te wachten, is er plots een klein mensje ter wereld gekomen dat je voortaan als ‘papa’ zal aanspreken. Het overkwam mijzelf nu twee jaar geleden en ik kan met volle overtuiging zeggen dat de komst van mijn nieuwe spruit ongetwijfeld het meest magische moment in mijn leven is geweest.

Er is echter ook een keerzijde: één van twintig dagen. Zoveel tijd heeft een vader in België vandaag de tijd om zich aan te passen aan de grootste gebeurtenis uit zijn leven. Meer en meer onderzoek toont nochtans aan hoe belangrijk vaderschapsverlof is, uiteraard voor de vader en het kind, maar niet in het minst ook voor de moeder. Kersverse papa’s hebben namelijk tijd nodig om zorgvaardigheden te ontwikkelen. Indien zij daarvoor geen tijd krijgen, bouwen voornamelijk de moeders de zorggewoonten uit wat een traditionele rolspecialisatie versterkt.

Uit recent onderzoek blijkt dat een vader die veel tijd doorbrengt aan de wieg, bijdraagt aan een versterkte relatie tussen vader en kind en een versterkte band tussen de partners. Onderzoek van McKinsey & Company duidde ook aan dat het inkomen van moeders met ongeveer 7 procent steeg voor elke maand dat een vader thuis doorbracht tijdens vaderschapsverlof. Als een middel om genderongelijkheid aan te pakken kan dat tellen.

Terwijl België prille vaders in 2023 beloonde met een schamele vijf extra dagen (voordien bedroeg het amper 15 dagen), kondigde Finland drie jaar eerder aan dat zowel de vader als de moeder elk evenveel dagen konden opnemen: 164. Zweden spant de kroon in Europa met 480 dagen voor beide ouders, waarvan er een minimum van 90 dagen voorzien wordt voor elke ouder. In Duitsland kan een koppel 14 maanden verdelen over man en vrouw. Is het niet absurd dat België de afgelopen jaren slechts enkele dagen heeft toegevoegd aan het vaderschapsverlof, terwijl vaders in andere landen al jarenlang worden beloond met maanden aan verlof?

Bovendien moet het beleid volop inzetten op het actief aanmoedigen van vaders om hun verlof daadwerkelijk op te nemen. Terwijl Scandinavische vaders dit vaak als vanzelfsprekend beschouwen, aarzelen veel Belgische vaders uit vrees over de impact op hun carrière. Naast het vaderschapsverlof mogelijk te maken, is er dus ook een culture shift nodig om vaders aan te moedigen om hun verlof ook effectief op te nemen.

(Lees verder onder de preview.)

In tegenstelling tot wat sommige wereldvreemde politici beweren, is het verzorgen van de kinderen (oftewel onbetaald werk) wel degelijk een vorm van arbeid. Het draagt dan op korte termijn misschien niet bij aan het bruto binnenlands product, maar op de lange termijn wel: kinderen van vaders die genoten van een ruim vaderschapsverlof, zijn over het algemeen intelligenter en zullen dus beter presteren op de arbeidsmarkt. En ook vaders én moeders zijn over het algemeen productiever wanneer ze terug naar de werkvloer keren. In een land als België, waar de kenniseconomie van essentieel belang is, is het cruciaal om hierop in te zetten. Vaderschapsverlof is een investering van de overheid in productievere werknemers én gelukkigere en slimmere kinderen.

Meer vaderschapsverlof zou bovendien toelaten om andere urgente problemen waarmee onze maatschappij wordt geconfronteerd aan te pakken. Het is in die zin absoluut toe te juichen dat er in de Septemberverklaring extra geld voor de kinderopvang werd gegeven – een kleine stap in de goede richting. De kinderzorg heeft echter zelf al meteen aangegeven dat deze bijkomende investering ruimschoots onvoldoende is om te voldoen aan de uitdagingen waarmee zij dagdagelijks geconfronteerd worden. Het toekennen van een fatsoenlijk aantal dagen vaderschapsverlof zou toelaten om de druk op onze kinderopvang te verlichten.

De kritische stem werpt natuurlijk de vraag op wie al deze kosten zal dragen. Maar is het niet meer dan normaal dat we de hardwerkende Belg, wiens inkomensbelasting bij de hoogste van Europa behoort, belonen met een korte adempauze wanneer hij zijn kind leert kennen? We zouden bijvoorbeeld kunnen stoppen met de fossiele brandstof industrie te subsidiëren, en de vrijgekomen miljarden naar de toekomst van ons land pompen, namelijk onze kinderen. Met slechts een fractie van de huidige fiscale voordelen aan fossiele brandstoffen, zouden we ons al een Scandinavisch vaderschapsverlofmodel kunnen veroorloven. Van een overheid wordt verwacht om te kiezen voor de toekomst, niet voor het verleden.

De Belgische overheid heeft een belangrijke rol te spelen om nieuwe staatsburgertjes, de toekomst van het land, in de watten te leggen. Het is niet juist om vaders en moeders snel weer aan het werk te zetten puur omdat dit op korte termijn economisch het beste lijkt. In plaats daarvan zouden we moeten doen wat het beste is voor de kinderen, en in ruimere zin, voor beide ouders. Een uitgebreid vaderschapsverlof, een overheidsinvestering voor de toekomst, zou alvast een eerste uitstekende stap zijn om onze kinderen in alle rust te laten opgroeien. En het leidt ook meteen tot productievere, gezondere en gelukkigere vaders én moeders. Het zou mij alvast motiveren om een tweede kindje de wereld te doen ontdekken.  

Nicholas Vijverman is lid van de Vrijdaggroep en actief bij de Ellen MacArthur Foundation.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content