Ewald Pironet
‘De vastgoedmarkt groeit meer dan ooit in drie snelheden’
Voor het derde jaar op rij zijn de huizenprijzen in Vlaanderen minder gestegen dan de inflatie. Vastgoed blijkt ook bij ons goedkoper te kunnen worden.
Het afgelopen jaar werd het makkelijker om een woning te kopen. De prijs van een huis steeg in Vlaanderen in 2024 met 1,4 procent ten opzichte van 2023. Voor een appartement was dat zelfs 2 procent. Maar dat is minder dan de inflatie, want die bedroeg op het eind van het jaar 3,2 procent: als een doorsneegezin in december 2023 100 euro uitgaf, dan betaalde het in december 2024 ongeveer 103,2 euro voor dezelfde (normale) korf aan producten. Dat betekent dat de reële prijzen van huizen vorig jaar met 1,8 procent daalden en die van de appartementen met 1,2 procent.
Hoogleraar Sven Damen (UAntwerpen), die de evolutie van de woningprijzen vergelijkt in samenwerking met vastgoedmakelaar ERA, merkt op dat het al het derde jaar op rij is dat de huizenprijzen minder stijgen dan de inflatie. Het was vorig jaar minder duur om een huis te kopen, dankzij de indexering van de lonen, die ervoor zorgen dat de inkomens de stijgende levensduurte volgen, en de dalende rente, die lenen goedkoper maakt.
Enkele jaren geleden werden sommige woningen nog verkocht op basis van foto’s online of onmiddellijk bij het eerste bezoek. Dat is verleden tijd. De voorbije 20 jaar stonden huizen en appartementen nog nooit zo lang te koop als in 2024. Het duurde vorig jaar gemiddeld 113 dagen, of 10 dagen meer dan in 2023, om een huis te verkopen. In vergelijking met coronajaren 2022 en 2021 waren er zelfs 27 dagen meer nodig om een verkoop af te ronden.
Voor het eerst sinds 2013 zakten ook de woningprijzen in de centrumsteden, zij het licht met bijna 1 procent. Leuven is nog steeds veruit de duurste centrumstad, de prijs voor een vergelijkbare woning ligt er 11 procent hoger dan in Gent en Antwerpen. Roeselare, Genk en Kortrijk zijn de centrumsteden met de goedkoopste woningen.
Sven Damen merkt nog op dat de vastgoedmarkt meer dan ooit in drie snelheden groeit. De prijzen van de meest energiezuinige woningen met EPC-label A en B stegen gemiddeld met 4,8 procent, die met label C en D werden 1,4 procent duurder en de energieverslindende woningen met label E en F daalden met 1,2 procent ten opzichte van 2023. De verkoopprijs voor een woning met label A lag 26 procent hoger dan voor een soortgelijk huis met label D.
De dalende trend van de reële huizenprijzen, die dus rekening houden met de inflatie, werd midden 2022 al in Knack aangekondigd. Toen werd duidelijk dat de prijzen van vastgoed in ons land niet alleen maar konden stijgen, zoals vaak wordt gedacht, ze kunnen ook dalen. Al kun je in ons land (nog) niet spreken van een aanzienlijke daling, zoals we in de meeste andere Europese landen hebben gezien.