Martha Claeys

‘Is het een kwestie van pech dat iemand long covid krijgt?’

Martha Claeys Filosofe

Ik was onlangs op een conferentie waar iemand een mondkapje droeg. Ze leed aan een ernstige vorm van long covid, net als enkele vrienden van mij van wie ik het vaagweg weet. Af en toe delen ze iets op sociale media over de aanhoudende effecten van het virus, en dan denk ik telkens: wat hebben zij pech gehad met die besmetting. Wat is het toch jammerlijk misgegaan bij hen.

De vrouw met het mondkapje spreekt op het congres over haar ziekte. Ze leest fragmenten uit haar dagboek, waarin ze beschrijft hoe ze over de grond kruipt om van kamer naar kamer te gaan, en hoe ze zich geïsoleerd en eenzaam voelt, een lege huls van zichzelf. Ze trekt aan de alarmbel: de pandemie is niet voorbij. Vaccinaties helpen niet tegen long covid, en bij iedere herbesmetting heb je een exponentieel grotere kans om de lange versie van de ziekte te krijgen. Neem mij als de kanarie in de koolmijn, zegt ze.

Er is amper aandacht voor long covid, en door de pandemiemoeheid is er ook een grote mate van politieke onverschilligheid. We worden niet graag herinnerd aan die nare tijd, en weten ons geen houding te geven tegenover mensen die die tijd weer oproepen. De meeste mensen denken zoals ik: de zieken hebben pech.

Wanneer wordt pech onrecht?

In haar recent voor het eerst vertaalde werk Over onrecht maakt Judith Shklar het onderscheid tussen pech en onrecht. Dat lijkt in eerste instantie een helder onderscheid: als het regent op je trouwdag heb je pech, en als je te weinig kinderbijslag krijgt, dan is dat onrecht. Maar in veel gevallen is het niet zo simpel. Is het bijvoorbeeld pech of onrecht dat mensen in Tsjechië en Polen hun huizen verloren door cycloon Boris? Het is pech dat hun huizen precies daar stonden, maar als we door de klimaatverandering, in de hand gewerkt door mensen, meer noodweer krijgen, dan kun je misschien ook van onrecht spreken?

Volgens Shklar zoeken we met het onderscheid tussen pech en onrecht naar morele helderheid: iets is ofwel pech, en dan hoeven we niets te doen, of onrecht, en dan moet er wel gecompenseerd of gerepareerd worden. Maar iets doen om te repareren is ingewikkeld, dus zegt Shklar: ‘Het zal altijd makkelijker zijn om eerder tegenslag dan onrecht te zien in het onheil dat anderen overkomt.’

Is het een kwestie van pech dat iemand long covid krijgt? Of zijn de structurele tekortkomingen in ons gezondheidszorgsysteem en de gebrekkige erkenning van de aandoening een vorm van onrecht? Als we long covid enkel zien als pech, dan hoeven we ons niet bezig te houden met wat die mensen nodig hebben, of met hoe we hen kunnen ondersteunen, omdat we geloven dat hun situatie buiten onze controle ligt.

De vrouw met het mondkapje verhuisde naar Duitsland, omdat de poliklinieken en behandelingen daar breder toegankelijk én in grotere mate terugbetaald worden. Ook de algemene cultuur is daar anders. In Nederland werd de vrouw 89 keer lastiggevallen vanwege haar mondkapje, in Duitsland staat de teller vooralsnog op 0.

Voor de erkenning van onrecht, of het nu om long covid of de overstromingen gaat, is niet alleen verandering in beleid nodig, maar vooral een cultuuromslag waarin we elkaar niet alleen zien als individuen met persoonlijke pech, maar als deel van een gemeenschap die verantwoordelijk is voor elkaars welzijn. Dan worden de kanaries in de koolmijn plots moeilijker te negeren.

Martha Claeys is filosofe. Tweewekelijks zoekt ze naar het buizensysteem achter onze denkbeelden.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content