Hij, zij, die of hen: hoe gaan andere talen om met genderneutraliteit?
Steeds meer mensen identificeren zich niet als man of vrouw. In het Nederlands willen ze daarom met ‘die/hen/hun’ worden aangesproken. Hoe zit dat in het Frans, het Spaans of het Zweeds? Of in het Chinees?
Veel talen hanteren een ‘standaard mannelijk’ waardoor bijvoorbeeld het woord ‘professor’ automatisch het mannelijk geslacht krijgt en gemengde groepen worden aangeduid met mannelijke naamwoorden. Actiegroepen proberen al jaren iets aan dat soort vormen van ’taalseksisme’ te doen.
Dat botst weleens op weerstand van conservatieve taalgebruikers. Zo zei de burgemeester van Berlijn, Kai Wegner (CDU), onlangs nog dat hij geen documenten zal ondertekenen die dergelijke aanpassingen bevatten. Andere politici menen dat zulke wijzigingen kiezers naar extreemrechts drijven.
Bijna alle Europese talen – die afstammen van een gemeenschappelijke voorloper – hebben twee of drie taalkundige geslachten. In het Nederlands zijn dat mannelijk, vrouwelijk en onzijdig. Alleen wordt dat laatste genus (in het Nederlands: ‘het’) normaliter niet voor mensen gebruikt.
Hoe kunnen ook non-binaire mensen zich dan vertegenwoordigd voelen binnen een taal? In zowat alle talen, van het Frans of het Spaans tot het Zweeds, wordt naar creatieve oplossingen gezocht.
Elle, hon, ta
De Fransen gebruiken de hoge punt om de vrouwelijke uitgang toe te voegen aan de mannelijke: zo wordt ‘klaar’ in het Frans als prêt·e geschreven. Behalve mannen en vrouwen zou die vorm ook non-binaire personen omvatten. Het woord wordt wel op precies dezelfde manier uitgesproken als prêt, de mannelijke vorm.
Spaanse activisten hebben een elegantere oplossing bedacht. Ze gebruiken de uitgang -e voor zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden in plaats van de mannelijke -o en de vrouwelijke -a. Voor het persoonlijk voornaamwoord gebruiken ze elle, dat lijkt op él (hij) en ella (zij) en verwijst naar non-binaire personen.
In het Zweeds werden han (hij) en hon (zij) samengevoegd tot hen. Dat voornaamwoord is voor non-binaire personen en dient als een genderneutrale oplossing in zinnen zoals deze: ‘Als een klant een klacht heeft, moet die de klacht schriftelijk indienen.’ De vorm bestaat al tientallen jaren maar verwierf bekendheid nadat hij in 2012 was verschenen in een kinderboek. Uit data van 2018 blijkt dat voor elke honderd keer dat han en hon voorkomt, hen één keer werd gebruikt. Dat was een stijging ten opzichte van de jaren ervoor.
Andere talen zijn beter uitgerust voor genderneutraal taalgebruik. Het Ests, Chinees en Hongaars hebben al een woord dat zowel ‘hij’ als ‘zij’ betekent. Toch schuilt daar nog een addertje onder het gras.
In het Mandarijn wordt het voornaamwoord bijvoorbeeld hetzelfde uitgesproken – tā – maar anders geschreven: ‘hij’ is 他 en ‘zij’ is 她. Het verschil ligt in de radicaal, de basiscomponent van ieder betekenisdragend karakter. De radicaal van ‘hij’ is ‘persoon’ en die van ‘zij’ is ‘vrouw’, een onderscheid dat sommige non-binaire personen niet appreciëren. Zij verkiezen daarom het Latijnse alfabet in plaats van die radicalen: ‘TA’ of ‘X’ staat dan bij de rest van het karakter.
Maar zulke ideeën laat de Chinese Volksrepubliek, die zich niet bezighoudt met transgenderrechten, koud. Als non-binair taalgebruik wil aanslaan, moet het door een grote groep mensen gehanteerd worden. En dan helpt het als de non-binaire vormen makkelijk uit te spreken zijn.
Vertaling: Lara Thierens
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier