Gendervooroordelen in de zorg: ‘Hier hebben de mannen het voor het zeggen’

Specialismen zoals chirurgie worden vooral door mannen beoefend. ©  getty
Ann Peuteman
Ann Peuteman Redactrice bij Knack

Of ze nu patiënt of zorgwerker zijn, in de gezondheidszorg krijgen vrouwen doorgaans minder kansen. ‘Ongelooflijk hoeveel vooroordelen er nog zijn.’

Het Belgische gezondheidszorgsysteem bestendigt én versterkt de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen. Dat blijkt uit een nieuwe studie van ziekenfonds CM. ‘Vrouwen hebben minder vlot toegang tot de gezondheidszorg, worden minder bij klinische studies betrokken en zijn minder vertegenwoordigd in medische beslissingsorganen’, zegt CM-voorzitter Luc Van Gorp. ‘Zo ontstaan nieuwe problemen, die de ongelijkheid nog vergroten.’

Belgische vrouwen leven gemiddeld bijna vijf jaar langer dan mannen, maar die extra tijd brengen ze in veel gevallen in slechtere gezondheid door. Vrouwen hebben ook vaker langdurige ziektes die hun dagelijkse activiteiten zo belemmeren dat ze niet meer kunnen werken. Voor een stuk kan dat door biologische verschillen worden verklaard. Zo zijn vrouwen door hun hogere oestrogeenspiegels beter beschermd tegen hart- en vaatziektes. Maar wanneer dat oestrogeenniveau tijdens de overgang daalt, lopen ze wel een groter risico op osteoporose, een aandoening die onder meer breuken kan veroorzaken.

Minstens even belangrijk is dat de drempel om naar een arts te stappen voor veel vrouwen hoger is dan voor mannen. ‘Vrouwen wachten langer om naar de huisarts of specialist te gaan’, zegt Van Gorp. ‘Dat komt doordat zij vaker financiële problemen hebben, maar ook doordat ze meer zorgtaken op zich nemen waardoor er minder tijd overblijft.’

Gaan ze wel op consultatie, dan bestaat de kans dat hun problemen niet of verkeerd worden gediagnosticeerd. Dat geldt zowel voor typisch vrouwelijke aandoeningen, zoals endometriose, als voor ziektes die ook bij mannen voorkomen. ‘In de gezondheidszorg bestaan nog veel gendervooroordelen’, weet Van Gorp. ‘Zelfs het idee dat de klachten van vrouwen wel met stress of zelfs hysterie te maken zullen hebben, is nog altijd niet uitgeroeid.’

Als ze een correcte diagnose krijgen, wil dat nog niet zeggen dat de behandeling ook goed op hen is afgestemd. De resultaten van gezondheidsstudies worden nog veel te weinig naar geslacht opgesplitst en vrouwen worden ook veel minder als proefpersoon gebruikt. Zo zijn ze ondervertegenwoordigd in studies naar hart- en vaatziekten, bacteriële en schimmelinfecties, aandoeningen van het endocriene systeem, de luchtwegen of het spijsverteringsstelsel en immuniteitsziekten. De reden? Hun hormonale schommelingen bemoeilijken het onderzoekswerk. Het gevolg is onder meer dat heel wat geneesmiddelen die vrouwen slikken vooral op mannen zijn uitgeprobeerd.

(Lees verder onder de infografiek)

© National

Andere blik

Dat er nog altijd te weinig aandacht gaat naar de specifieke noden van vrouwelijke patiënten, komt ook door het gebrek aan vrouwen in de hoogste regionen van de gezondheidszorg. Hoe hoger je op de machtsladder komt, hoe minder vrouwen je er aantreft. Hoewel vrouwen bijna 80 procent van de jobs in de sector voor hun rekening nemen, is meer dan de helft van de artsen man. Sommige, meestal prestigieuze specialismen zoals chirurgie, worden vooral door mannen beoefend. Vrouwen zijn veel vaker actief in specialismen zoals geriatrie en pediatrie, die minder hoog in aanzien staan en ook minder goed worden betaald. Hoe hoger het jaarloon van de discipline, hoe waarschijnlijker het is dat mannen er in de meerderheid zijn. ‘Het gevolg is dat er in sommige specialismen maar heel weinig vrouwen werken’, zegt Van Gorp. ‘Dat is heel jammer, want zij hebben een ander perspectief en soms ook een andere aanpak. Zo blijkt uit onderzoek dat vrouwelijke gynaecologen per patiënt meer tijd uittrekken dan hun mannelijke collega’s.’

Machogedrag

Ook in de belangrijkste besluitvormingsorganen van de Belgische gezondheidszorg is het genderevenwicht ver zoek. Volgens CM zijn maar 5 van de 38 leden van de Nationale Raad van de Orde der Artsen vrouw. In de Koninklijke Academie voor Geneeskunde van België is dat 16 van de 86 leden. De zorginstellingen doen het al niet veel beter: amper 33 van de 195 Belgische ziekenhuizen worden door een vrouw geleid. ‘Er zit ook maar één vrouwelijke arts in de Nationale Commissie Artsen-Ziekenfondsen (Medicomut). Andere vrouwen hielden het daar maar een paar vergaderingen vol’, zegt Van Gorp. ‘Dat komt voor een stuk door het machogedrag van sommige mannen rond de tafel. Zo was er een arts die daar in alle ernst beweerde dat hij heel goed weet wat vrouwen denken en dus perfect in staat is om in hun naam te spreken. Wat ook meespeelt, is dat die commissie ’s avonds samenkomt. Dat is niet altijd gemakkelijk voor vrouwen, die vaak een groot deel van de gezinstaken op zich nemen.’ Daarom pleit Van Gorp ervoor om belangrijke beslissingsorganen, van nationale gezondheidscomités tot ziekenhuisdirecties, een genderevenwicht op te leggen.

(Lees verder onder de infografiek)

© National

Daarnaast is het volgens hem cruciaal dat vrouwen meer vertegenwoordigd zijn in allerlei enquêtes, statistische analyses en klinische studies. Onderzoeksinstellingen die het beleid adviseren, zoals het RIZIV en Sciensano, zouden ook specifieke genderanalyses moeten ontwikkelen. Verder vraagt CM dat er in de opleiding van artsen en andere zorgverleners veel meer aandacht naar genderverschillen zou gaan. Van Gorp: ‘Het zal tijd en energie kosten om de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen in de gezondheidszorg weg te werken. Dan kunnen we er maar beter snel mee beginnen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content