Drie Afghaanse Belgen over het land van hun roots: ‘Afghanistan verdient na al die jaren eindelijk rust’
Iets meer dan een jaar geleden trokken de VS hun troepen terug uit Afghanistan, na twee decennia voeren de taliban opnieuw bewind in het land. Belgen met Afghaanse roots maken zich grote zorgen om hun familie, en kijken machteloos toe hoe hun land verder afbrokkelt.
Khatera Shamal (27) was anderhalf jaar toen ze met haar familie uit Afghanistan vluchtte. Ze is genderexpert en zet zich in voor de Afghaanse gemeenschap in België. De crisis in Afghanistan baart Shamal zorgen. Als ze zich voorstelt hoe Afghanistan er binnen tien jaar zal uitzien, ziet ze een zwart gat. ‘In het land heerst armoede, de economie boert sterk achteruit. We staan voor een koude winter, dus ik hou mijn hart vast. Ik geloof erin dat Afghanistan ooit een veiliger land gaat worden, maar ik vrees dat ik dat zelf niet meer zal meemaken.’
Shamal voelt zich melancholisch nu de taliban overal hun stempel willen drukken. ‘De regels van de taliban worden conservatiever. Ze hebben nu bijna het hele land in hun macht en mikken op een ijzersterk verband tussen godsdienst en politiek. Die politieke macht ligt nu in handen van de Moellahs (Een Moellah is een islamitische geestelijke die de Koran intensief heeft bestudeerd, red.) en niet meer bij de hoogopgeleiden. Een land kan je niet besturen als enkel de religieuze leiders het voor het zeggen hebben. Er is nood aan experten met dossierkennis’, zegt Shamal.
Het machtsvertoon van de taliban is niet overal even sterk aanwezig. Van de dorpelingen liggen de religieuze extremisten minder wakker. Die hebben namelijk geen andere keuze dan te gehoorzamen. ‘Van alle Afghanen hebben zij de voorbije twintig jaar het meest afgezien. Ze snakken naar rust en vrede, ongeacht wie er aan de macht komt. De taliban mikken daarom eerder op steden, omdat daar nog sprake is van sociale media en digitalisering. Nieuws dat hen in negatief daglicht kan brengen, willen ze censureren. Zo komt een belangrijk mensenrecht, namelijk dat van de vrije meningsuiting, in het gedrang’, vertelt Shamal.
De taliban 2.0 kijken deze keer ook verder dan hun eigen land, vertelt Shamal. ‘Ze zetten hoogopgeleide leden die de Engelse taal machtig zijn op de voorgrond om zich beter te profileren bij buitenlandse instanties. Zo hoopt de terreurgroep meer legitimiteit te verkrijgen en betrouwbaar en liberaal over te komen.’
Shamal droomt van een Afghanistan dat zo liberaal wordt als België, waar mensenrechten gerespecteerd worden. ‘Er werd de voorbije weken veel gesproken over kindhuwelijken. Dat is verwerpelijk en mag nergens in de wereld genormaliseerd worden. Ook niet in Afghanistan’, benadrukt de genderexperte. ‘We moeten ons niet verstoppen achter een cultuur of land om zulke problematische onderwerpen als normaal te gaan beschouwen. Als het ethisch, moreel en wettelijk fout is, moet het overal als een fout erkend worden.’
Machteloos
Sahadi Daria (34) kwam op zijn veertiende naar België. Eén jaar later zat hij hier voor het eerst op de schoolbanken. Nu is hij trotse directeur van een Stedelijke Basisschool in Antwerpen, maar hij voelt zich machteloos naar vrouwen en kinderen toe. ‘Dit is de 21ste eeuw. Extreemgelovigen willen maar niet beseffen hoeveel vooruitgang er geboekt kan worden als mannen en vrouwen in Afghanistan gelijke kansen zouden krijgen’, reageert hij ontgoocheld.
Daria’s gedachten dwalen af naar de vele verhalen die hij in zijn jeugd over Afghanistan te horen kreeg. ‘Ik ben in België opgegroeid, maar wil graag terugkeren naar het land van mijn roots. Mijn ouders vertelden vaak over Noord-Afghanistan, een waar paradijs met veel natuur, het leken net sprookjesverhalen. Nu zwaaien de taliban er de plak en hebben de burgers zich volledig aan hen overgegeven.’
‘Ik maak me daarom ook zorgen om mijn familie in Afghanistan. De extremisten persen burgers af en nemen hun voedsel en waardevolle bezittingen in beslag, omdat ze er zelf amper kunnen overleven. Ze stormen huizen binnen en verplichten de vrouwen om maaltijden klaar te maken voor soms wel twintig man. Is de maaltijd niet naar wens, dan worden ze mishandeld’, vertelt hij.
Om het land terug op orde te krijgen, oppert Daria een driesporenbeleid. ‘Afghanistan dient al meer dan vijftig jaar als experiment voor internationale instanties. Het is genoeg geweest, we verdienen oprechte steun. Internationale druk op de huidige regering en humanitaire hulp zijn nu broodnodig.’
Een vergadering met de raad van volksoudsten in Afghanistan is volgens Daria een mogelijke volgende stap. Er zou een coalitie kunnen gevormd worden tussen alle Afghaanse stammen onderling: ‘Een triviaal overleg tussen de verschillende stammen zou de hele bevolking kunnen mobiliseren om terug één sterk volk te vormen’, licht hij toe.
Als laatste meent Daria dat een scheiding tussen religie en staat de beste manier is om een land te besturen. ‘Atatürk heeft het ons 100 jaar geleden succesvol voorgedaan. En ook in het Westen werkt het systeem uitstekend. Een makkelijk uitgangspunt is het allerminst, maar het is wel de beste oplossing op lange termijn.’
Afghanen ontvluchten uit hun land, maar kunnen het nooit volledig achter zich laten. ‘De Afghaanse diaspora naar België is groot, maar vluchten betekent niet dat we ons land vergeten zijn. Afghanen die naar het Westen trekken, hebben er een leven opgebouwd. Daar planten ze zaadjes om ervoor te zorgen dat de vlam niet helemaal wordt uitgedoofd’, klinkt het nog. Voor de toekomst hoopt Daria dat Afghanen nooit nog hun land moeten ontvluchten.
Haute couture
Internetblogger Lema Afzal (26) vreest dat de precaire situatie in Afghanistan in de westerse media steeds meer naar de achtergrond wordt verschoven. ‘Eén jaar geleden, toen de taliban aan de macht kwamen, was de internationale verontwaardiging groot. De eerste maand ontploften de sociale media met steunbetuigingen voor ons land, maar meteen erna werd het oorverdovend stil. Veel Afghaanse Belgen delen die bezorgdheid. We worden aan ons lot overgelaten.’
‘Kaboel in de jaren 70 was een bruisende stad’, mijmert Afzal. ‘Vrouwen liepen er vrij rond in rokken en jurken. Er was sprake van haute couture, Kaboel werd zowaar het Parijs van Centraal-Azië genoemd. In die tijd werden er ook veel kleren naar Europa geëxporteerd. Zelfs The Beatles droegen toen outfits made in Afghanistan.’
Om het land er terug bovenop te helpen zijn er veel mogelijkheden, maar niemand biedt structurele oplossingen aan, treurt de blogger. ‘Afghanistan wordt gegijzeld door de taliban. Het volk wil wel loskomen, maar vindt geen manier. Ze zouden meer kinderen toegang kunnen verlenen tot onderwijs, maar ook dat is geen oplossing. De leerstof die leerlingen er krijgen, is niet dezelfde als in België. Daar gaat het om een veel manipulatievere vorm van educatie.’
Voor haar land van herkomst hoopt Afzal één ding, dat meer mensen tot het besef komen hoe erg Afghanistan eraan toe is. ‘We krijgen veel steunbetuigingen maar niemand doet iets concreet. Ik reken op meer medeleven. Onze generatie is aan het lijden en dat mag niet genormaliseerd worden. Mijn grote droom is om ooit terug te keren naar mijn land. Ik wil terug naar de paradijselijke Panjshir-vallei, waar ik twaalf jaar geleden naartoe ben getrokken. Ik wil er terug kinderen zien lachen, studeren en spelen zonder angst. Mijn land verdient na al die jaren eindelijk rust’, eindigt Afzal haar verhaal.
MO*-journalist en Azië-expert Gie Goris over de crisis in Afghanistan
Volgens Gie Goris zouden de huidige taliban, die in 2021 aan de macht kwamen, minder streng optreden. ‘De taliban 2.0 beweren dat hun mentaliteit is veranderd, maar geweld wordt er nog steeds verheerlijkt. Van hun ideologie hebben ze amper afstand genomen. Meisjes wordt nog steeds de toegang tot onderwijs ontnomen. Het land bevindt zich in een uitzichtloze situatie.’
Verder is er weinig discussie over verschillende strekkingen binnen de terreurbeweging. Een groot deel van de talibanleden is gewelddadig. Van progressiviteit en modernisering is geen sprake. ‘In het begin was het afwachten hoe de nieuwe lichting talibanstrijders zou fungeren en hoe ze hun tweede regeringsperiode zouden vormgeven. Nu zien we dat ze net hetzelfde doen als voorheen’, zegt hij.
‘Veel Afghanen die hun ogen sluiten en zich het jaar 2032 voorstellen, bevinden zich in het buitenland. Ze verwerpen hun land van afkomst niet en zijn er nog steeds trots op, maar een leven ín Afghanistan zien ze niet meer zitten’, licht Goris verder toe.
De taliban weigeren om het land op een deugdelijke manier te besturen. In alle administratieve beroepen zijn de talibanleden vervangen door omgeschoolden, niet-geschoolden of theologen. Hoogopgeleide burgers krijgen geen volwaardige kansen meer op de arbeidsmarkt. ‘Het land brokkelt verder af en op deze manier gaan de taliban op lange termijn hun eigen achterban verliezen.’
De schrijnende beelden in de media tonen aan hoe slecht de Afghaanse burgers eraan toe zijn. Ze gaan elke dag met een bang hart naar bed en moeten met één stuk brood drie maaltijden zien te bereiden. Dat laatste geldt niet enkel voor de burgers, ook voor de taliban zelf is het uitzoeken hoe ze moeten overleven.
Gezien de ineenstorting van de economie in Afghanistan, is het land nu enkel nog draaiende te houden door internationale hulp. Inwoners van Afghanistan hebben hun dieren, juwelen en alle waardevolle spullen verkocht. Uit recente nieuwsberichten blijkt ook dat meer en meer ouders hun eigen kinderen verkopen, zo zijn er minder monden te voeden.
Goris vreest de komende maanden voor grote onrust in Afghanistan en verwacht dat er een soort van exodus zal plaatsvinden. ‘Tijdens mijn reizen naar Afghanistan ging ik met veel vrouwen in gesprek en vroeg ik hen naar hun grootste wens. Keer op keer benadrukten ze dat ze niet met een waslijst aan vrouwenrechten wilden afkomen. Het enige wat ze wensten waren mensenrechten.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier