Akkoord over pensioenhervorming, maar partijvoorzitters reageren gemengd
Het kernkabinet van de federale regering is het maandagnacht eens geraakt over een pensioenhervorming. Conner Rousseau, voorzitter van regeringspartij Vooruit, reageert ontgoocheld. ‘We blijven strijden voor een grote hervorming’. Andere coalitiegenoten, en zelfs MR-voorzitter Bouchez, zijn eerder positief.
Premier Alexander De Croo signaleerde dat er een akkoord was via Twitter. Aan het akkoord gingen wekenlange onderhandelingen vooraf, waarin vooral de PS met de vinger werd gewezen.
Maandagavond belegde de premier nog een bilaterale onderhandelingsronde, alvorens de zeven partijen rond middernacht samen rond de tafel gingen zitten, maar blijkbaar was nadien de zaak snel beklonken. Om 09.30 uur wordt het akkoord verder toegelicht op een persconferentie aan de Wetstraat 16.
Wie krijgt minimumpensioen?
Op tafel lagen drie concrete dossiers: de toegang tot het minimumpensioen, de invoering van de pensioenbonus en een maatregel om voor meer gelijkheid tussen mannen en vrouwen te zorgen. Het deeltijds pensioen en het vervroegd pensioen verdwenen en cours de route van de onderhandelingstafel, net als de pensioenen bij Defensie en het rijdend personeel van de NMBS.
Het waren vooral de toegangsvoorwaarden voor het minimumpensioen die wrijvingen tussen de zeven partijen van Vivaldi veroorzaakte. Het ging daarbij concreet om het aantal gewerkte jaren, maar ook de zogenaamde gelijkgestelde periodes. Dat zijn periodes waarin niet effectief werd gewerkt, bijvoorbeeld wegens ziekte, maar die dan wel zouden kunnen meetellen. De PS was de partij die de toegang het ruimst wilde houden, terwijl andere partijen vooral de band tussen werken (en bijdragen) en het pensioen wilden versterken.
Twintig jaar werken
Volgens het kabinet van premier De Croo zorgt het akkoord ervoor dat wie langer werkt en effectief aan de slag is, meer pensioen krijgt. Concreet betekent dit dat voor de eerste keer in ons land de toegang tot het minimumpensioen wordt beperkt tot de mensen die effectief 20 jaar gewerkt hebben aan minimum vier vijfde.
De nieuwe pensioenbonus – de oude werd door de vorige regering afgeschaft – moet ervoor zorgen dat mensen die blijven doorwerken na hun vervroegd pensioen, meer pensioen krijgen. De precieze hoogte van deze pensioenbonus wordt later vastgelegd, op basis van een budgetanalyse van het Planbureau, maar zal hoe dan ook neerkomen op 300 tot 500 euro extra netto-pensioen per gewerkt jaar, plus het extra positieve effect van het langer werken, luidt het.
Ook de ongelijkheid tussen vrouwen en mannen wordt aangepakt door ervoor te zorgen dat wie parttime gewerkt heeft om voor de kinderen te zorgen, meer pensioen krijgt.
‘Werkende mensen verdienen beter’
Het pensioenakkoord biedt volgens Conner Rousseau, de voorzitter van Vooruit, geen grote hervorming. ‘Mijn generatie maakt zich zorgen om hun pensioen later. Om dat veilig te stellen, moeten we echt durven hervormen. Zowel fiscaal als op pensioenen. En dat is niet het geval. Ik ben ontgoocheld.’
Volgens Rousseau moet werken meer lonen. ‘Ook in onze pensioenen. Daarom hebben we met Vooruit hard gestreden om de pensioenen te verhogen. Het minimumpensioen wordt meer dan 1500 euro netto. Wie langer werkt , krijgt meer pensioen’, benadrukt Rousseau. De regering voert de pensioenbonus opnieuw in. ‘Nadat de vorige rechtse regering dit afschafte. En er komt beterschap voor vrouwen die gezin en werk combineerden. Dit akkoord is een verbetering voor meer loon naar werk.’
Maar toch verdienen de werkende mensen volgens Rousseau beter. ‘Met Vooruit zullen we blijven strijden voor een grote hervorming. Een hervorming die niet meer kijkt naar een pensioenleeftijd, maar wel naar de jaren op de teller. Vooruit wil dat mensen die op hun 18 beginnen werken op hun 60 kunnen stoppen. Maar dat mensen ook effectief gewerkt hebben als ze vroeger op pensioen willen.’
Ook Groen-covoorzitter Jeremie Vaneeckhout reageerde al. Hij is ‘beperkt tevreden’. En ook CD&V-voorzitter Sammy Mahdi lijkt niet erg enthousiast met de deal: ‘De weg is nog lang.’
‘Rode lijnen’
Minister van Pensioenen Karine Lalieux (PS) reageert wel verheugd op het akkoord. Volgens haar stemt het akkoord overeen met de ‘rode lijnen’ die de PS de voorbije weken heeft verdedigd. Zo drongen de Franstalige socialisten aan op voldoende overgangsperioden rond de toepassing van de voorwaarde van 5.000 dagen effectieve tewerkstelling (strikt criterium) en 3.120 dagen (zacht criterium) voor de toegang tot het minimumpensioen.
Deze perioden moeten de werknemers voldoende voorspelbaarheid bieden. Het feit dat er wordt gerekend in dagen in plaats van jaren van effectief werk gedurende de hele loopbaan, biedt ze meer flexibiliteit om om te gaan met de nieuwe regels, legt de minister uit.
Geen enkele werknemer die op 1 januari 2024 ouder is dan 60 jaar hoeft volgens minister Lalieux dus aan deze effectieve arbeidsvoorwaarde te voldoen om toegang te krijgen tot het minimumpensioen. Het aantal effectieve werkdagen voor toegang tot het minimumpensioen zal dan geleidelijk toenemen. De arbeidsvoorwaarde van 5.000 dagen (streng criterium) en 3.120 dagen (flexibel criterium) gaat dan alleen effectief gelden voor mensen die op 1 januari 2024 53 jaar of jonger zijn.
Ze benadrukt ook dat wie tijdens een loopbaan perioden van invaliditeit heeft meegemaakt, zijn voorwaarde voor toegang tot het minimumpensioen daardoor niet verminderd ziet. ‘We weten dat invaliditeit vaker voorkomt bij vrouwen. Wij beschermen hen zo tegen het risico van uitsluiting van het recht op het minimumpensioen. Ook zwangerschapsverlof, borstvoedingsverlof en palliatief zorgverlof worden als daadwerkelijke arbeid beschouwd.’
‘Het akkoord stelt ons in staat om dankzij de pensioenbonus mensen op een positieve wijze aan de slag te houden. We corrigeren nu ook bepaalde ongelijkheden en flagrante onrechtvaardigheden die bestaan bij vrouwen met een kortere loopbaan’, besluit minister Lalieux.
‘Niet ver genoeg, maar belangrijke stap’
‘Voor de groenen was het een prioriteit de vrouwen zo goed mogelijk te beschermen en nieuwe rechten voor hen in het leven te roepen’, reageert vicepremier Georges Gilkinet (Ecolo). ‘Dat staat in het akkoord. Ook worden het specifiek regime voor de toegang tot het pensioen voor het NMBS-personeel beschermd. Het kan zijn essentiële rol blijven spelen in de evolutie van het spoor als ruggengraat van de mobiliteit.’
Voor MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez gaat de hervorming zeker niet ver genoeg als we de financiering van ons model willen verzekeren, maar is ze een belangrijke stap in de goede richting met een betere beloning van geleverde inspanningen. Hij doelt daarmee op de 20 jaar effectief werk om toegang te krijgen tot het minimumpensioen.
Oppositiepartij N-VA niet onder de indruk van het pensioenakkoord van de federale regering
‘De regering-De Croo heeft beslist om geen pensioenhervorming door te voeren, maar heeft een symbolisch non-akkoord gesloten’, luidt het bij Peter De Roover, fractieleider in de Kamer.
Volgens De Roover hebben onze toekomstige generaties een solide plan nodig voor de toekomst. ‘Wat ze krijgen is een regering die kibbelt en na weken van marathonvergaderingen het woord ‘deal’ in de mond neemt. De rekening van de vergrijzing zal zwaar wegen op ons toekomstig beleid, maar de regering-Vivaldi lijkt niet in staat om dit fundamentele probleem aan te pakken’, klink het nog verder.
PVDA: in het pensioenakkoord van de Vivaldi-regering geen letter over de zware beroepen
Volgens de PVDA was een regeling voor die zware beroepen nochtans een uitdrukkelijke belofte toen de pensioenleeftijd destijds verhoogd werd naar 67 jaar. ‘Vandaag blijft er van die beloftes niets overeind. Voor de zware beroepen ligt er juist niks op tafel. Dat is een schending van het vertrouwen, de woordbreuk is totaal. Deze regering heeft geen enkel respect voor de mensen in ons land die hard werken. De nood is nochtans hoog. De mensen raken kapotgewerkt. Steeds meer mensen vallen ziek uit door het werk’, zegt Raoul Hedenbouw.
Hedenbouw besluit vervolgens dat in tegenstelling tot wat de Vivaldi-regering beweert, het dus andermaal de vrouwen zullen zijn die in deze pensioenhervorming aan het kortste eind trekken. Eén op de twee vrouwen heeft geen recht op vervroegd pensioen.
Voor de PVDA is het hoog tijd om met ons pensioensysteem een heel andere richting in te slaan en ervoor te zorgen dat de gepensioneerden in dit land eindelijk gerespecteerd worden.
Sociale partners reageren kritisch op de pensioenhervorming van de regering-De Croo
Werkgeversorganisatie VBO spreekt van een “mager resultaat”, volgens Voka is het akkoord “de naam pensioenhervorming niet waard”. Pieter Timmermans, topman van het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) wil de finale teksten afwachten, maar ‘vreest dat er nog veel werk zal moeten verzet worden om tot een volwaardige hervorming te komen die de betaalbaarheid van onze pensioenen garandeert’.
Volgens het Vlaamse Voka is het akkoord “de naam pensioenhervorming niet waard” en “een slag in het water”. De organisatie spreekt van een “pensioenvervorming” in plaats van een pensioenhervorming.
Voor ondenemersorganisatie Unizo gaan een aantal elementen uit het akkoord, zoals de voorwaarden voor een minimumpensioen en de pensioenbonus, “in de goede richting”. Tegelijk gaat het akkoord voor Unizo “lang niet ver genoeg”. ‘Er moet dus nog deze legislatuur een allesomvattende hervorming van de drie pensioenstelsels komen om een meer doortastend antwoord te bieden op de vergrijzingsgolf’, zegt gedelegeerd bestuurder Danny Van Assche.
Ook langs vakbondszijde is er kritiek. Zo ziet het liberale ALCVB vooral “gemiste kansen”. Volgens de liberale vakbond is er maar over twee aspecten een akkoord bereikt en zijn er “diepgaandere hervormingen” nodig. De vakbond is tevreden dat de pensioenbonus opnieuw wordt ingevoerd, maar vindt het een “gemiste kans” dat er over het vervroegd pensioen geen akkoord werd bereikt.
Maatregelen om het gebrek aan arbeidskrachten in de zorgsector op korte termijn aan te pakken
In het zog van het pensioenakkoord heeft de federale regering ook maatregelen beslist om het gebrek aan arbeidskrachten in de zorgsector op korte termijn aan te pakken. Zo komt er een belastingvoordeel voor gepensioneerden die een handje komen toesteken.
“We geven een belastingvoordeel voor mensen die gepensioneerd zijn en een handje gaan toesteken. Dat kan ook een hele kleine job zijn, dat kan voor een paar uurtjes zijn”, legt minister Vandenbroucke uit.
“Ze zullen tijdelijk een kwart van hun uitkering behouden als ze minstens een maand helpen. “Dit is geen wonderplan, maar het is om een aantal dringende noden in de ziekenhuizen, woonzorgcentra, huisartsenpraktijken en thuisverpleging op te lossen”, verduidelijkt minister Vandenbroucke.