Spionage: Van Quickenborne pakt juridische lacunes aan
De zaak rond de Tibetaanse vrouw beschuldigd van spionage legt een structureel probleem bloot: wat met geheime informatie in juridische procedures? Het kabinet-Justitie reageert.
Tot tweemaal toe oordeelde de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen dat een Nederlandse dame met Tibetaanse roots, die door de Staatsveiligheid wordt beschuldigd van spionage, haar verblijfsrecht in België niet verliest. De Staatsveiligheid koos ervoor om een deel van de geclassificeerde informatie over de spionagecase niet voor te leggen aan de rechtbank. De zaak illustreert een structureel probleem in België: hoe omgaan met geclassificeerde informatie in juridische procedures?
Lees hier het volledige verhaal: Hoe een Tibetaanse beschuldigd van spionage toch in België kan blijven
Rechters met veiligheidsmachtiging
‘Voor terrorisme en extremisme is daar een oplossing voor gevonden’, klinkt het op het kabinet van minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD). ‘Dreigingsevaluaties uit de Gemeenschappelijke Gegevensbank kunnen gebruikt worden voor de rechtbank in een tegensprekelijke procedure. Maar het klopt dat dat voor inmenging en spionage nog niet geregeld is.’
‘In de eerste plaats moeten de inlichtingendiensten zoveel mogelijk informatie declassificeren’, aldus het kabinet-Justitie. ‘Bovendien zijn we al besprekingen gestart met het kabinet van staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor (CD&V) om tot een oplossing te komen. Er zijn verschillende pistes.’
‘Je zou de rechters van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen een veiligheidsmachtiging kunnen geven, zodat ze alle informatie kunnen inkijken. Maar dat lost het probleem niet op, want wat met de rechten van de verdediging? Een oplossing die de Staatsveiligheid ziet, is dat het Comité I (het toezichtsorgaan dat in opdracht van het parlement de inlichtingendiensten controleert, nvdr) wordt ingeschakeld om te controleren of de geclassificeerde informatie correct en gefundeerd is. Na de zomer zetten we de besprekingen hierover met het kabinet-De Moor verder.’
Verouderde wetgeving over spionage
En dan is er nog een andere juridische lacune. In Zweden werd een Tibetaanse man in juni 2018 door een rechtbank veroordeeld tot 22 maanden gevangenisstraf wegens spionage binnen de Tibetaanse gemeenschap. Ook in New York werd een Tibetaan op dezelfde verdenkingen voor de rechtbank gebracht (maar in januari 2023 trok de Openbaar Aanklager de beschuldigingen opnieuw in na een ‘holistische overweging van nieuw bewijsmateriaal’). In België echter is het wettelijk arsenaal over spionage compleet verouderd, waardoor het niet vanzelfsprekend is om spionage-cases voor een strafhof te beslechten.
Het kabinet-Justitie heeft inmiddels wel stappen gezet om de spionagewetgeving bij te spijkeren. ‘Het voorstel daarover is ingediend in het parlement. Het gaat daarbij om het doorspelen van informatie aan een vreemde staat. Het hoeft niet per se om geclassificeerde info te gaan.’
Zou de Tibetaanse case op basis van die nieuwe wetgeving wél voor de strafrechtbank kunnen komen? ‘Daar spreken we ons niet over uit’, aldus het kabinet. ‘Dat moet geval per geval bekeken worden.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier