De Leuvense vrederechter heeft vrijdag beslist dat de pro-Palestijnse actievoerders, die al sinds mei collegegebouw De Valk van de KU Leuven bezetten, het gebouw moeten verlaten. Die uitspraak ten gronde draait de eerdere beslissingen in kortgeding terug, waarbij de bezetting mocht doorgaan.
Begin augustus stapte de KU Leuven naar het vredegerecht van Leuven om de bezetting van collegebouw De Valk stop te laten zetten. Drie studenten kregen daarvoor een rechtstreekse dagvaarding in de bus. Eerder had de universiteit een zaak aangespannen bij de rechtbank van eerste aanleg in Leuven, in kortgeding, met hetzelfde doel. De rechter oordeelde in juli dat de bezetting vreedzaam en met weinig problemen verliep, en dat een uitzetting, zoals de universiteit vroeg, disproportioneel was. Het hof van beroep in Brussel bevestigde die uitspraak.
In haar vonnis oordeelt de vrederechter in de eerste plaats dat ze niet gebonden is aan die uitspraken. Het gaat om uitspraken in kortgeding, die slechts voorlopig waren, tot de uitspraak ten gronde. Daarnaast houdt de vrederechter bij haar beoordeling rekening met het eigendomsrecht van de KU Leuven. De vrederechter wijst erop dat ook vrije meningsuiting, vereniging, protest en demonstratie grondrechten zijn. Ze geven actievoerders het volste recht om het oneens te zijn met het beleid van de KU Leuven, en kenbaar te maken dat de universiteit bepaalde beslissingen neemt of verklaringen aflegt, klinkt het. Maar ze geven geen subjectief recht om een gebouw van de KU Leuven te kraken of te bezetten, en op die manier een inbreuk te plegen op het eigendomsrecht van de universiteit, oordeelt de rechter.
‘Mening opleggen’
De vrederechter oordeelt bovendien dat de actievoerders veel verder gaan dan de loutere uitoefening van hun grondrechten, ‘ondanks het feit dat de KU Leuven door haar initiatieven en verklaringen de oprechte bezorgdheid van de actievoerders over het conflict in Gaza deelt’. Zij proberen hun mening op te leggen aan de KU Leuven door een gebouw van de universiteit te bezetten, totdat die buigt voor hun eisen, zegt de rechter. Volgens haar nemen ze zo op een manier het recht in eigen handen. ‘Deze manier van handelen valt buiten de grenzen van het recht op vrije meningsuiting, vereniging, protest en demonstratie.’
De vrederechter beslist daarom dat de drie gedagvaarde studenten, maar ook alle anderen die zich in het gebouw of op de terreinen bevinden om deel te nemen aan de acties, die moeten ontruimen. Ze krijgen daarvoor acht dagen de tijd na de betekening van het vonnis door een gerechtsdeurwaarder, of na aanplakking van het vonnis in het collegebouw. De KU Leuven kan het vonnis onmiddellijk laten uitvoeren, ook als hoger beroep aangetekend wordt. De studenten moeten daarenboven de gerechtskosten betalen.
