Walter De Smedt

‘De niet-uitvoering van straffen staat haaks op alle grote principes van onze democratische rechtsstaat’

Walter De Smedt Strafrechter op rust, enige Belg die ooit zowel lid was van het Comité P als het Comité I

‘Als straffen onder de vijf jaar niet uitgevoerd worden, mag je dan stellen dat het hele systeem wankelt?’, vraagt voormalig strafrechter Walter De Smedt.

In 2011 sprak ik als strafrechter een gps-dief vrij omdat een vorige gevangenisstraf niet was uitgevoerd en dit de dader had aangezet tot nieuwe feiten. Het ging toen om het niet uitvoeren van straffen onder de drie jaar. Nu worden straffen onder de vijf jaar niet meer uitgevoerd. Concreet mogen agenten de komende weken geen oproepingsbrieven uitsturen naar wie veroordeeld werd tot celstraffen onder de vijf jaar. Dat gebeurt normaal zo’n 550 keer per maand. Dat ook de uitgestuurde brieven teruggestuurd moeten worden, lijkt te wijzen op paniek, omdat men de instroom én uitstroom maar niet onder controle krijgt.

De parketten zullen de komende weken een selectie maken, klinkt het, van wie dringend de cel in moet en wie niet.

De betekenis van deze toestand kan moeilijk worden onderschat. Een strafrechter spreekt niet zomaar gevangenisstraffen uit. Dat gebeurt na een onderzoek en een behandeling op openbare zitting waarin iedereen zijn zeg krijgt en de rechter aangeeft waarom hij tot een bepaalde bestraffing komt. Mogelijks zijn daar ook rechtsmiddelen, beroep en cassatie, bij aangewend. Dat betekent dat die uitspraak definitief is en deze “erga omnes”, tegenover iedereen geldt. Tegenover iedere andere burger maar niet tegenover de staat. Wat is dan nog de waarde en de geloofwaardigheid van een rechterlijke uitspraak als de “uitvoerende” macht deze willekeurig, zonder enige rechterlijke tussenkomst, kan miskennen?

De niet-uitvoering staat haaks op zowat alle grote principes, op de scheiding der machten, de onafhankelijke en onpartijdige behandeling, en de motiveringsplicht. Dat de procureurs nu een “selectie” moeten maken is een volkomen aanfluiting van de strafprocedure. Het komt er op neer dat een procespartij, de procureur, die een bepaalde straf heeft gevorderd, en daarover een rechterlijke uitspraak heeft verkregen, de macht heeft om daar eigenmachtig en willekeurig anders over te beslissen. In welke democratische rechtsstaat heeft de minister van justitie die de persoonlijke bevoegdheid heeft om het strafrechtelijk beleid te bepalen de macht om te beslissen wie al dan niet naar de gevangenis moet? Dat is een kenmerk van de totalitaire staat.

Ondertussen werden ook alle mogelijke andere modaliteiten bedacht om niet echt te moeten bestraffen. Werken werd een autonome straf, de enkelband moet de opsluiting vermijden. Er wordt nu ook bemiddeld en onderhandeld over de al dan niet afkoop van de straf. En toch blijven strafrechters celstraffen uitspreken. Zijn dat dat allemaal machtswellustelingen die zich geen barst aantrekken van de andere mogelijkheden?

Ik blijf bij mijn vrijspraak van toen. Het ging toen voornamelijk over de steeds hoger wordende maat van niet uitvoering, van zes maand tot uiteindelijk drie jaar. Nu is dat vijf jaar geworden. Mag er op gewezen worden dat voor dergelijke veroordeling  je een ernstig misdrijf moet gepleegd hebben?

Het strafrechtelijk beleid zoekt al jaren naar een gepaste hervorming om aan de disfuncties in justitie te verhelpen. De wet-Franchimont trachtte de knelpunten er in weg te nemen. Wat baten deze inspanningen om het tegelijk eerlijk en daadwerkelijk te maken? Het resultaat is duidelijk: onder de vijf jaar geen uitvoering. Mag je dan stellen dat het gehele systeem wankelt?

Wankelt ons systeem? Dat kan je moeilijk ontkennen. Ook op bestuurlijk vlak is er geen “handhaving” meer. Dat is erg zichtbaar in de vele bouwdossiers waarin de onbehoorlijke samenwerking tussen de gemeentebesturen en de bouwpromotoren wordt aangetoond. Met de rapporten van het onafhankelijk agentschap Audit Vlaanderen gebeurt hetzelfde als met de uitspraken van de strafrechters. De opeenvolgende ministers van Binnenlands bestuur hebben een naar de regelgeving onbestaande maatregel bedacht om er geen gevolg te moeten aan geven. Ook het Antwerps parket weigert te vervolgen voor de vastgestelde misdrijven en verzet zich zelfs tegen een actie van de burger om de dossiers voor de strafrechter te brengen.

De niet uitvoering begint door deze toestand op schuldig verzuim te lijken, de houding van de ministers van Binnenlands bestuur en van sommige procureurs op verantwoordelijkheidsvlucht. Hoe krijg je daardoor een wankelende maatschappij terug op de goede sporen? In Amerika lijkt de geschiedenis zich te herhalen. Als de slinger niet meer weet waar het midden is, slaat die gemakkelijk door. 

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content