Johan Van Overtveldt (N-VA) vs. Vincent Van Peteghem (CD&V) op Financiën: te voortvarend vs. te voorzichtig

Johan Van Overtveldt (N-VA) en Vincent Van Peteghem (CD&V). © Knack
Ewald Pironet
Ewald Pironet Senior writer

De naam van Johan Van Overtveldt (N-VA) zal altijd verbonden blijven met de taxshift die een gat in de begroting sloeg. Zijn opvolger als minister van Financiën, Vincent Van Peteghem (CD&V), wordt nergens mee verbonden, tenzij met hoge verwachtingen voor een fiscaal hervormingsplan.

De ene minister van Financiën was te voortvarend, de andere is te voorzichtig. Johan Van Overtveldt (N-VA) lanceerde een niet gedekte taxshift, waardoor er een groot tekort in de begroting ontstond. Vincent Van Peteghem (CD&V) moet een grote fiscale hervorming uittekenen, maar die is nog niet in zicht. ‘Al jaren zeggen internationale instellingen zoals de OESO, het IMF en de Europese Commissie dat onze fiscaliteit moet worden hervormd’, zegt econoom Gert Peersman (UGent). ‘Iedereen weet dat de belastingen op arbeid omlaag moeten, maar de politieke moed ontbreekt om dat eindelijk te realiseren.’

‘Van Overtveldt heeft met de regering-Michel op fiscaal vlak een aantal belangrijke stappen gezet’, meent professor fiscaal recht Michel Maus (VUB). ‘Hij verlaagde het tarief van de vennootschapsbelasting van 34 naar 25 procent. Dat lijkt een forse vermindering en dat is ook zo, maar andere landen verminderden toen ook hun vennootschapsbelasting. België stond voor de beslissing van Van Overtveldt in de ranglijst van hoogste belastingen op plek drie, nu op vier of vijf. Dus zo spectaculair was die afbouw nu ook weer niet, in internationaal perspectief.’

En dan was er nog die andere belangrijke ingreep waarmee Van Overtveldt altijd zal worden geassocieerd: de taxshift. Die moest een verschuiving inhouden van de belasting op arbeid naar belastingen op consumptie, milieuvervuiling en vermogen. ‘Maar het werd geen shift’, zegt begrotingsexpert Wim Moesen (KU Leuven). ‘De verschuiving kwam er niet, met als gevolg dat er een gat van 5 miljard euro ontstond.’ Moesen brengt het eerste interview van Sophie Wilmès (MR) in herinnering toen ze Hervé Jamar eind 2015 had afgelost als minister van Begroting. ‘Ze zei toen dat de taxshift niet gefinancierd is, wat Van Overtveldt heftig bestreed. Maar Wilmès kreeg gelijk.’

Econoom Etienne de Callataÿ is niet mals voor Van Overtveldt: ‘Toen is voor een terroristische aanpak gekozen. Wat ik daarmee bedoel? Als je over een belastinghervorming spreekt, moet je eerst goed weten waar je het geld zult halen of waar je zult saneren en pas daarna beslissen om bepaalde belastingen te verlagen. Maar de regering- Michel heeft eerst de belastingen verlaagd, waarna een groot tekort ontstond en er onder druk moest worden gesaneerd. Dat vind ik niet ernstig.’

Alles ligt klaar voor een grote fiscale hervorming. Het is een kwestie van durven.

Gert Peersman (UGent)

Arbeidsmarktexpert Stijn Baert (UGent): ‘Ik weet wel dat de taxshift veel geld heeft gekost en een gat in de begroting sloeg, maar hij leverde ook banen op. Je kunt discussiëren over hoeveel banen en of dat geen heel dure jobs waren, maar alle partijen roepen voortdurend dat de belastingen op arbeid moeten worden verlaagd en Van Overtveldt heeft dat gedaan. Bovendien hoor ik geen enkele partij zeggen waar zij het geld zou halen.’

Voetballers

Onder Van Overtveldt kwam ook nog de taks op de effectenrekening tot stand, ‘een schuchtere poging tot rijkentaks’, aldus Maus. ‘Ze werd vernietigd door het Grondwettelijk Hof en kwade tongen beweren dat die taks bewust krakkemikkig in elkaar was gestoken om ze te doen sneuvelen. Minister Van Peteghem kwam met een nieuwe versie, die opnieuw wordt aangevochten voor het Grondwettelijk Hof. Maar ach, dat is slechts symboolfiscaliteit, meer niet.’

En zo zijn we bij Van Peteghem, die in de regering-De Croo minister van Financiën werd. Iedereen omschrijft hem als een ‘klasbak’, maar veel heeft hij nog niet voor elkaar gekregen. Zijn voorstel om professionele voetballers behoorlijk te belasten moest hij onder druk van de Franstalige liberalen afzwakken, zodat topvoetbalclubs gespaard bleven. Hij realiseerde een aantal kleinere zaken, zoals in de fraudebestrijding, zegt Maus: ‘Van Peteghem moest wel, want de regering-De Croo heeft 4 miljard nodig om nieuw beleid te kunnen voeren en 1 miljard daarvan moet komen van fraudebestrijding. Daar is een beetje van gerealiseerd. Er kwamen gemengde teams van BBI- en politieambtenaren, en er is het voorstel om onderzoeks-termijnen bij fraude van 7 naar 10 jaar uit te breiden. Maar 1 miljard halen uit frauderepressie is niet zo makkelijk’, stelt Maus.

Iedereen blijft ondertussen uitkijken naar de grote fiscale hervorming. ‘Van Peteghem heeft de grote lijnen al geschetst’, zegt De Callataÿ, die zich daarin net zoals bijna alle experts kan vinden: een lagere belastingvoet voor de lage en gemiddelde arbeidsinkomsten, wat budgettair gecompenseerd moet worden door de afschaffing van fiscale uitgaven (bijvoorbeeld de voordelige fiscale behandeling van pensioensparen, professionele sporters, aanvullende pensioenen) en voordelige belastingbehandelingen (bijvoorbeeld van huurinkomsten of auteursrechten). ‘Ik hoop dat het ervan komt’, zegt De Callataÿ. ‘Het is de eerste keer dat we zo dicht bij een slimme hervorming staan.’

Peersman: ‘Alles ligt klaar voor een grote fiscale hervorming, waarvoor het de hoogste tijd is. Het is een kwestie van durven.’ Baert: ‘Het zal moeilijk worden voor Van Peteghem om te landen, maar het Zomerakkoord dat premier Alexander De Croo (Open VLD) op het oog heeft, is een examen voor hem. Hij is zeer verstandig, maar ook zeer braaf, hij zoekt altijd de weg van de minste weerstand. Zal Van Peteghem nu wel zijn nek uitsteken?’

Maus verwacht niet meer zo veel van die fiscale hervorming: ‘De regering heeft zich in het regeerakkoord al ingedekt door te schrijven dat een belastinghervorming moet worden “voorbereid”, maar ze zegt niet dat ze moet worden gerealiseerd. En als je zag hoeveel discussie en miserie er in de regering al ontstond toen men de fiscale situatie van de voetballers wilde aanpakken, dan stel ik me de vraag hoe deze regering al die andere zaken tot een goed eind zal brengen. Nee, ik geloof er niet in. Fiscaliteit stond ook niet op het lijstje van premier De Croo, toen die de zeven werven presenteerde waarover hij tegen 21 juli een akkoord wil. Dat zegt toch genoeg?’

Partner Content