Interne kritiek op Rousseau: ‘Is de partij meer dan Conner alleen?’
De Molenbeek-uitspraak van voorzitter Conner Rousseau (Vooruit) blijft voor beroering zorgen. ‘Is dit nog mijn partij?’, vraagt Mohamed Abdulhakim.
‘Ik blijf socialist in hart en nieren. Maar ik vraag me af of ik nog bij Vooruit hoor.’
Sinds twee jaar is Mohamed Abdulhakim lid van de Vlaamse socialisten. Dat engagement leverde de 27-jarige arts-specialist in opleiding begin dit jaar een plaatsje in het bestuur van One.Brussels-Vooruit op.
Sinds de uitspraken van partijvoorzitter Conner Rousseau (‘Als ik door Molenbeek rijd, voel ik me ook niet in België’) is er echter iets beginnen knagen.
Dat hij pas ruim een week na de uitspraak reageert, ligt niet zozeer aan Mohamed, maar aan de anderen. ‘Eigenlijk was ik aan het wachten op een opiniestuk van iemand binnen de partij dat mijn gevoel zou kunnen plaatsen. Maar dat is er nooit gekomen.’
Al spreek je alle drie de landstalen of behaal je een hoger diploma, je zal er nooit “Belgisch” uitzien.’
Mohamed Abdulhakim
Dat gevoel, zegt Mohamed, komt erop neer dat hij zich verstoten voelt door de partij. ‘Mensen als mij, met uiterlijke kenmerken van een migratieachtergrond, zullen volgens Conners uitspraak nooit Belgisch kunnen zijn. Het geeft ons indirect het gevoel dat het nooit voldoende zal zijn. Al spreek je alle drie de landstalen of behaal je een hoger diploma, je zal er nooit “Belgisch” uitzien.’
Nadat er commotie ontstond rond zijn citaat, suste Rousseau dat het hem in de eerste plaats ging om de taal die mensen spreken.
‘Maar die uitleg klopt niet’, denkt Mohamed. ‘Hij heeft het over het doorrijden van Molenbeek. Dan hoor je de taal die gesproken wordt toch niet? Het gaat puur om het uitzicht.’
Mohamed karakteriseert de Molenbeek-uitspraak dus niet als Brusselbashing: ‘Ik kan me niet ontdoen van het gevoel dat zijn woorden eerder gericht waren tegen de inwoners dan tegen de stad.’
Bovendien is het niet de eerste keer dat zijn partijvoorzitter de randjes opzoekt. ‘Misschien leef ik in een bubbel, maar iedere keer zorgen zijn uitspraken voor een identiteitscrisis bij veel socialisten. Is dit nog mijn partij?’
‘Toen ik twee jaar geleden lid werd van Vooruit dacht ik dat ik me aansloot bij een progressieve socialistische beweging’, zegt hij. ‘Ik had nooit verwacht dat die ‘allochtonen-bashen’ als electorale strategie zou gebruiken.’
De Brusselaar stelt zich vragen over een toenadering met de N-VA, waarover duchtig wordt geroddeld in de Wetstraat. ‘In het Antwerpse stadsbestuur zien we dat Vooruit de kruimeltjes krijgt in de coalitie met de N-VA. Dat zal ook gebeuren als ze met hen in een regering stappen. De enige weg vooruit is linkse frontvorming met Groen en PVDA.’
Met zijn kritiek vraagt Mohamed zich af of de partij ‘meer dan Conner’ is. ‘Ik denk dat sommige kopstukken eigenlijk niet achter zijn uitspraken staan. Maar omwille van electorale redenen, zoals de goede peilingen, spreken ze zich niet uit.’
‘Niemand betwist dat er problemen zijn in Molenbeek’, besluit Mohamed, ‘maar die los je niet op door olie op het vuur te gooien.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier