Jeugdbewegingen zijn een belangrijk tegengewicht in een samenleving die almaar meer druk op jongeren legt, schrijft Jasper Van Loy, Focus.be-redacteur en leider bij Chiro Oevel. ‘Ook bij de jeugdbeweging kan je vallen, maar je hebt meer kansen om weer recht te staan.’
Vandaag, 20 oktober, is het Dag van de Jeugdbeweging. Tienduizenden jongeren trekken in chirobroek of scoutshemd naar een ontbijt in hun gemeente en vieren achter hun schoolbanken en bureaus dat ze een prachtige hobby hebben, een hobby die gesteund wordt door ouders, oud-leiders en de gemeenschap.
Al kan dat snel omslaan. Eén pintje te veel of een decibel over de grens tijdens de Nacht van de Jeugdbeweging, de traditionele fuif die vanavond in tientallen varianten wordt georganiseerd, kan al genoeg zijn om het bordkartonnen stereotype van de jeugdbeweging als oord van verderf weer recht te trekken. Gelukkig namen veel mensen het afgelopen zomer ook voor hen op. Jongeren maken fouten, maar laat hen die fouten maken en eruit leren, was de teneur. Een advies waar ik als chiroleider alleen maar kan achterstaan.
Maar wat nog te weinig gezegd wordt, is dat het belangrijk is voor het welzijn van onze leden dat die mogelijkheid tot falen openblijft. Het is niet zomaar eigen aan de jeugdbeweging, het is ook een van de grote troeven.
De jeugdbeweging, da’s een vrijplaats op kindermaat. En die is hard nodig.
Een treffende reportage van Pano toonde in april van dit jaar nog aan dat de druk op kinderen om op jonge leeftijd te presteren almaar groter wordt. Het is maar een van de redenen waarom de Hoge Gezondheidsraad dit jaar aangaf dat kinderen vanaf het eerste leerjaar aan stresspreventie moeten doen.
Af en toe ligt de oorzaak van die stress in de vrijetijdsbesteding. Niet alleen hebben de meeste kinderen vandaag veel hobby’s, ze worden ook bijna overal beoordeeld. Op de muziekschool of tekenacademie kan iedereen terecht, maar de proeven op het einde van de rit blijven natuurlijk belangrijk. In de sportclubs speelt het competitie-element al vroeg een grote rol. De verhalen over jonge voetballertjes die overlopen van enthousiasme, maar door gebrek aan talent naar een andere club moeten zoeken, kent u onderhand ook wel.
In een interview met Het Nieuwsblad bevestigt kinderpsychiater Lieve Swinnen het idee dat kinderen te vroeg moeten presteren: ‘We zitten wel te veel met een vergrootglas op onze kinderen. We willen dat ze het te goed doen. Het liefst beter dan wijzelf.’ In een ander artikel, ook in Het Nieuwsblad, zegt Swinnen: ‘Zorg er toch voor dat die kinderen bewegen, op trampolines springen, ravotten en buiten zijn.’
Toegegeven, niet elke jeugdbeweging heeft een trampoline, maar voor de rest komen de activiteiten die we elke weekend aanbieden perfect tegemoet aan Swinnens wensen. Net daarom zijn jeugdbewegingen absoluut noodzakelijk. We vormen een tegengewicht, een vrijplaats op kindermaat.
Uiteraard strijden onze leden evengoed voor de overwinning in het bos of in de kring. Maar verliezen heeft geen gevolgen, want volgende zondag is er gewoon een nieuw spel. Zelfs als je 40 keer op rij het spel verliest, zal je groep trots zijn als je de 41ste keer wint. Vaak zijn er zelfs alleen maar winnaars.
Ook voor leiders en leidsters is de jeugdbeweging een verademing. Het is goed voor hen een plek te hebben om op hun bek te gaan, want de schrik om te falen, als student, werknemer, partner of in een andere functie, is nog nooit zo groot geweest bij jongvolwassenen.
Onderzoek over millennials, de generatie die vandaag leiding geeft in jeugdbewegingen, is er genoeg, maar ik geef u bij wijze van inleiding graag een filmpje van de Universiteit van Nederland mee.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
Daarin schetst psycholoog Thijs Launspach het beeld van een generatie die permanent geconfronteerd wordt met een geïdealiseerd beeld van de mensen in zijn omgeving, opgeblazen door sociale media, en de torenhoge druk die een maatschappelijk klimaat waarin alle kansen openliggen oplegt aan jonge mensen.
Of millennials het nu het zwaarste hebben van alle generaties, wordt door verschillende experts betwist – ook dertigers stevenen volgens onderzoek massaal op een burn-out af. Het is ook niet het belangrijkste punt: we leven allemaal in een maatschappij die wat spontaneïteit, vrijheid en onbeoordeelde plezanterie kan gebruiken.
En ja, natuurlijk is er ook druk als je een jeugdbeweging van honderd leden moet draaiende houden. Ook dan kun je vallen, maar de mogelijkheden om weer op te staan zijn veel groter.
Omdat je begeleid wordt door oud-leiding. Omdat onze jeugdbewegingen over fantastische nationale structuren beschikken, die vorming en ondersteuning aanbieden. Omdat je keuzes maakt als een ploeg, en de gevolgen als een ploeg draagt. Omdat niemand wordt achtergelaten, ook niet de verliezer van het spel.
Als je vandaag een leider of leidster van de jeugdbeweging tegenkomt, geef hem of haar een schouderklopje. Zeg hem of haar dat het mag, dat ze mogen vallen en weer mogen opstaan. Dat ze zullen worden rechtgeholpen, en dat dat oké is. Dat hun inzet en groepsgeest een voorbeeld zijn voor groepen, teams en ploegen overal in het land. Want de Dag van de Jeugdbeweging, da’s ook de dag van de Vrijheid en de Onbezonnenheid. En maar goed ook.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier