‘Het probleem met passieve euthanasie’
Euthanasie heeft in België, sinds de wet van 2002, de connotatie gekregen van ‘levensbeëindigend handelen op verzoek van de patiënt’, maar passieve euthanasie heeft daar weinig tot niets mee te maken, schrijft Niels De Nutte.
Recent lanceerde Humanists UK, de koepelorganisatie van Britse seculier humanisten, een wereldkaart met een toegankelijk overzicht van de juridische situatie rond een zelfgekozen levenseinde. Zij die het recht op waardig sterven genegen zijn, zouden bijna blij worden bij het zien van deze kaart. Passieve euthanasie en geassisteerde zelfdoding zijn in heel wat landen mogelijk. Toch eens een hoeraatje voor liberale wetgeving in tijden van sluipend conservatisme? Dat mag zeker, maar een korrel zout zal u daar toch bij moeten nemen.
Dat een seculier humanistische organisatie een overzicht van het recht op een zelfgekozen levenseinde publiceert, hoeft niet te verbazen. Ze zijn in heel wat landen te vinden in de voorhoede van de initiatieven voor de legalisering van euthanasie. Charles Francis Potter, een belangrijk figuur in de start van georganiseerd Amerikaans humanisme aan het begin van de vorige eeuw, beschreef het recht op euthanasie als een ‘quintessentially Humanist cause.’
De kaart die Humanists UK heeft gepubliceerd, toont ons Belgen dat we, wat levenseindeproblematieken betreft, nog steeds voorlopen op de mondiale curve.
De blauwe kleur die ons is toebedeeld, geeft aan dat geassisteerd sterven is toegelaten voor ongeneeslijk zieken en terminale patiënten. Dat blijkt vandaag nog altijd maar het geval te zijn in een handvol landen, met name België, Canada, Duitsland, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Spanje en Zwitserland. Dit natuurlijk met sterke variaties op termijnen, voorwaarden en toegelaten vormen en een mogelijk verschil tussen het bestaan van een specifiek wetgevend kader, dan wel het ontbreken van een strafrechtelijk kader. Die situatie beperkt zich visueel dus tot (West-) Europa en Canada.
Leggen we de lat een beetje lager, door het recht niet toe te kennen aan ongeneeslijk zieken, zien we nog groene punten verschijnen in sommige Amerikaanse staten, Australische staten, Colombia en Nieuw-Zeeland.
Beginnen we even met het goede nieuws, glas halfvol. Sinds maart van dit jaar kunnen Canadezen op een legale manier medisch geholpen worden om een einde aan hun leven te maken op eigen verzoek. Verrassender zijn de casussen Italië en Spanje. Met een mijlpaalbeslissing van het Italiaans Grondwettelijk Hof werd in 2019 een precedent gecreëerd om hulp bij zelfdoding op verzoek van een wilsbekwaam persoon niet meer te vervolgen. In Spanje dan weer is dit jaar een wet goedgekeurd die euthanasie legaliseert. Daarmee komt een einde aan de mogelijke strafmaat van 10 jaar die betrokken boven het hoofd hing. Voor landen die – op zijn minst gevoelsmatig – te boek staan als ethisch conservatief, kan dit tellen. Zo is Europa visueel een lichtpunt voor het recht op levenseinde op mondiaal vlak.
Het probleem met passieve euthanasie.
Misschien nu het minder goede nieuws, glas halfleeg. De voorliggende kaart kleurt vooral oranje, een code die overeenkomt met ‘passieve euthanasie toegestaan’. U en ik kunnen dat misschien als positief ervaren. Euthanasie heeft in België, sinds de wet van 2002, immers de connotatie gekregen van – zoals dat heet – ‘levensbeëindigend handelen op verzoek van de patiënt.’
Passieve euthanasie heeft daar evenwel weinig tot niets mee te maken. In Nederlandstalige boeken wordt de term doorgaans al niet meer gebruikt sinds de politieke debatten startten in het begin van de jaren 1990. Passieve euthanasie is de oude term voor wat wij vandaag kennen als palliatieve sedatie, met name ‘het opzettelijk verlagen van het bewustzijn van een patiënt in de laatste levensfase. Men doet dit opdat de patiënt onbehandelbare, ondraaglijke klachten (bijvoorbeeld continu braken) niet meer bewust zou meemaken.’ Het is zeker mogelijk dat deze handeling het stervensproces verkort, maar dat is niet de bedoeling van de sederende middelen.
Wat is nu het probleem, hoor ik u denken? Voor wat België betreft, behoort palliatieve sedatie tot de normale medische praktijk, wat betekent dat goedkeuring van een patiënt geen vereiste is én dat zorgvuldigheidcriteria en meldingsplicht die gelden voor de uitvoering van euthanasie niet van toepassing zijn. Meer algemeen gezien stelt zich een fundamenteler, ethisch probleem.
In België hebben we de termen ‘actieve’ en ‘passieve’ euthanasie gelukkig achter ons gelaten. Het gaat immers om een valse tegenstelling waarbij, traditioneel vanuit religieuze hoek, men euthanasie veroordeelt omdat het leven daarbij doelbewust verkort wordt en men de actie gelijkstelt aan het doden van een persoon. Men kiest dan voor palliatieve sedatie, waarbij het verkorten van het leven dat nog rest slecht een ‘bijkomend effect’ is. De uitvoerende zorgverlener treft dan geen ‘schuld’.
De uitvoerende zorgverlener mag zich dan misschien beter voelen, voor de persoon in kwestie en de nabestaanden is de situatie heel wat minder rooskleurig. Waar de uitvoering van euthanasie maar even duurt, en men dus een einde mét familie en naasten kan inplannen, duurt palliatieve sedatie zo lang als het lichaam van de persoon in kwestie nog kan leven. Dat kan in extreme gevallen weken duren, waarbij naasten waken en verboden worden de patiënt nog iets van eten of drinken te geven. Doorheen de interviews die ik de laatste jaren bij nabestaanden en in persoonlijke kring in het kader van mijn onderzoek gedaan heb, is de pijn van mensen die hun partner, moeder of broer weken hebben zien afzien tot hun lichaam uiteindelijk opgaf, altijd aanwezig.
In een aantal landen zijn we misschien goed bezig, maar de wereld kleurt oranje. Laten we wat ambitieuzer zijn. Het recht op een waardig en zelfgekozen levenseinde is een mensenrecht. Wereld, plus est en vous!
Zondag 1 augustus (17 uur) neemt Niels De Nutte op Theater aan Zee deel aan een debat met euthanasie-expert prof. Wim Distelmans en Barbara Raes. Meer info.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier