Kati Verstrepen en Olivia Venet
‘Hervorming strafrecht: regering kiest voor wraak en repressie, zonder oog voor toekomst van gedetineerden’
‘Het strafwetboek is 150 jaar oud. De samenleving heeft geen nood aan nog eens 150 jaar onuitgevoerde straffen en overbevolkte gevangeniscomplexen waar dagelijks de meest fundamentele rechten van gedetineerden geschonden worden’, schrijven Kati Verstrepen en Olivia Venet van Liga voor de Mensenrechten.
De Liga voor Mensenrechten en haar Franstalige zusterorganisatie Ligue des Droits de l’Homme betreuren het ontslag van Prof. Joëlle Rozie en advocaat-generaal Damien Vandermeersch, die de Commissie tot hervorming van het strafrecht vormden. De Liga en la Ligue vrezen dat hun ontslag een terugkeer inluidt naar een strafrechtelijk beleid dat gestoeld is op wraak en repressie, dat niet wetenschappelijk onderbouwd is, dat in de praktijk onuitvoerbaar is, maar dat bovenal onze veiligheid schaadt.
Hervorming strafrecht: voorstellen van regering zijn niet realistisch en niet wetenschappelijk onderbouwd.
Het Strafwetboek dateert van 1867, en is niet aangepast aan onze huidige samenleving. Bepaalde vormen van hedendaagse criminaliteit zijn moeilijk of zelfs helemaal niet in te passen in dit strafwetboek. Het strafwetboek mist interne samenhang door de vele wijzigingen en bovendien bevat het niet alle basisregels van het strafrecht, zodat voortdurend dient verwezen te worden naar bijzondere wetgeving. Het grootste probleem is evenwel dat het strafwetboek langdurige vrijheidsstraffen voorschrijft die niet meer beantwoorden aan het werkelijke handhavingsbeleid.
Door de overbevolking in de gevangenissen worden de door de rechter opgelegde straffen vaak niet uitgevoerd. Zo worden straffen die 3 jaar niet overschrijden systematisch, en vaak zonder ernstig onderzoek, door de gevangenisdirecteur omgezet in elektronisch toezicht, behalve bij zedendelicten. Dit geeft aanleiding tot een gevoel van straffeloosheid waardoor het vertrouwen van de burger in de rechtspraak een ernstige deuk krijgt.
Het is dan ook duidelijk dat het strafrecht toe is aan een ingrijpende modernisering.
De Minister van Justitie heeft hiertoe op 30 oktober 2015 de Commissie tot hervorming van het strafrecht opgericht, die is samengesteld uit Prof. Joëlle Rozie en advocaat-generaal Damien Vandermeersch. De Commissie heeft de voorbije drie jaar schitterend werk geleverd in een poging om het strafrecht te vernieuwen. De Commissie steunt haar werk op een coherente, wetenschappelijk onderbouwde visie op misdaad en straf. De door de Commissie voorgestelde algemene regels gaan er van uit dat een straf slechts zinvol is indien deze op maat van de betrokken zaak én van de veroordeelde is bepaald. De gevangenisstraf is daarbij het laatste redmiddel, voor die gevallen waarin de maatschappelijke veiligheid vrijheidsberoving vereist. De Commissie probeert de nood tot bestraffing en beveiliging te verzoenen met de nood tot reclassering en mededogen.
Jammer genoeg stellen we vandaag vast dat het werk van de Commissie door de regering grotendeels werd teniet gedaan. De regering herschreef het ontwerp op een manier die niet langer in lijn is met de voornaamste pijlers van de voorstellen van de Commissie, met name een accuraat, eenvoudig en coherent strafbeleid.
Korte gevangenisstraffen voor minst ernstige misdrijven
De regeringsvoorstellen zijn wetenschappelijk niet onderbouwd en zijn niet realistisch. De gevangenis wordt opnieuw de standaardstraf en is dus niet het laatste redmiddel. De vervangende gevangenisstraf voor de werkstraf, de probatiestraf en de geldboete wordt terug ingevoerd. De straf van opgelegde behandeling wordt afgevoerd, zonder enige rechtvaardiging, terwijl de praktijk bewijst dat gepaste behandeling vaak onontbeerlijk is om een terugkeer in de samenleving mogelijk te maken en recidive te voorkomen. De rechter wordt bij recidive gedwongen tot strengere bestraffing, wat tot langdurige opsluiting leidt, ook in de gevallen waar dit niet nodig en zelfs maatschappelijk ongewenst is.
Tot onze grote verbazing wil de regering bovendien de korte gevangenisstraffen behouden voor de minst ernstige misdrijven. De Commissie bewees nochtans dat de korte gevangenisstraffen eenvoudigweg niet werken, zeker gezien de huidige toestand in de Belgische gevangenissen.
De keuze voor korte gevangenisstraffen die uitgevoerd worden in onaangepaste detentieomstandigheden, is niet efficiënt en ronduit schadelijk.
De plannen van de regering zijn dan ook niet uitvoerbaar. De uitvoering ervan vergt op korte termijn een bijkomende en belangrijke gevangeniscapaciteit. Door de aanhoudende overbevolking heersen er al decennialang mensonwaardige detentieomstandigheden. Een bijkomende verhoging van het aantal gedetineerden gaat de draagkracht van de Belgische gevangenissen ver te boven.
Bovendien is het wetenschappelijk aangetoond dat korte straffen alleen maar nut hebben wanneer ze worden uitgevoerd in daartoe aangepaste detentiehuizen.
Dit soort kleinschalige initiatieven laat een betere integratie van de detentie in de samenleving toe, verlaagt de isolatie, vergroot de nabijheid, zorgt voor betere spreiding en laat differentiatie toe in gevangenisregimes. Wanneer korte vrijheidsberovende straffen in zo’n kleinschalige detentiehuizen plaatsvinden, wint de maatschappij op twee fronten: straffeloosheid wordt teruggedreven en recidive vermindert. De keuze voor korte gevangenisstraffen die uitgevoerd worden in onaangepaste detentieomstandigheden, is niet efficiënt en ronduit schadelijk. Hetzelfde geldt overigens voor de langere straffen.
Onuitvoerbaar beleid
De regering kiest voor wraak en kille repressie, zonder oog voor de toekomst van de veroordeelden na het uitboeten van hun straf. Natuurlijk, de politiek heeft het recht de keuzes te maken die zij meent te moeten maken. De Liga en la Ligue beseffen dat deze keuze politiek aanlokkelijk is en allicht beantwoordt aan de wraakgevoelens van de samenleving ten aanzien van veroordeelden. Deze keuze komt er evenwel op neer dat de samenleving een strafrechtelijk beleid wordt beloofd, waarvan de regering vandaag al weet dat deze onuitvoerbaar is. Dit ondermijnt de geloofwaardigheid en ultiem de legitimiteit van de politiek.
Het strafwetboek is 150 jaar oud. De samenleving heeft geen nood aan nog eens 150 jaar onuitgevoerde straffen en overbevolkte gevangeniscomplexen waar dagelijks de meest fundamentele rechten van gedetineerden geschonden worden.
De Liga voor Mensenrechten en la Ligue des Droits de l’Homme roepen de regering op om de bevolking geen rad voor ogen te draaien maar om de weldoordachte principes van het strafwetboek zoals voorgesteld door de Commissie te respecteren. Onze samenleving verdient een hedendaags strafwetboek waarmee een efficiënt en wetenschappelijk onderbouwd strafrechtelijk beleid kan worden gevoerd, waarbij de mensenrechten worden gerespecteerd, de beslissingen van strafrechters ook daadwerkelijk kunnen worden uitgevoerd en waarvan zowel veroordeelde als samenleving beter worden.
Kati Verstrepen is voorzitter Liga voor Mensenrechten.
Olivia Venet is voorzitter van de Ligue des Droits de l’Homme.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier