Ewald Pironet
‘Gesjoemel met de EPC-score van huizen heeft grote gevolgen voor portemonnee en milieu’
Een goede regelgeving voldoet aan een aantal voorwaarden. Zo moet ze doeltreffend zijn voor het bereiken van het beoogde doel. Ze moet uit te voeren zijn en moet kunnen worden gehandhaafd. De regelgeving moet te controleren zijn, bijvoorbeeld door politie of toezichthouders. Ze moet ook eenvoudig, duidelijk en toegankelijk zijn. Los daarvan mag met de regels niet worden gesjoemeld, anders valt alles als een kaartenhuisje in elkaar.
Vlaanderen kent het energieprestatiecertificaat, kortweg EPC, dat u als eigenaar of kandidaat-koper moet vertellen hoe energiezuinig een woning is. Dat is belangrijk, want sinds begin dit jaar geldt een renovatieverplichting: alle woningen en appartementen die vanaf begin 2023 zijn aangekocht met EPC-label E of F – en dus niet zo energiezuinig zijn – moeten binnen de vijf jaar na aankoop verplicht worden gerenoveerd naar label D of beter.
Woningen met een slechte EPC-waarde dalen in prijs. Vlaamse huizen met EPC-label A of B werden dit jaar pakweg 4 procent duurder, energieverslindende huizen met de EPC-waarden E en F werden soms meer dan 5 procent goedkoper. De verplichte renovaties drukken de prijs, en voor niet zo energiezuinige woningen dagen ook minder kopers op. In Wallonië, waar geen renovatieplicht bestaat, stegen de vraagprijzen van de meest energieverslindende huizen dit jaar nog met bijna 4 procent.
Met het sjoemel-EPC staat heel de Vlaamse regelgeving over energiezuinige woningen op de helling.
Er zijn natuurlijk heel goede redenen om onze woningen snel energiezuinig te maken. Het is goed voor de portemonnee en voor het milieu en het is een belangrijke maatregel om de opwarming van de aarde in te dijken. Of de EPC-regelgeving een goede regelgeving is, dat is een ander paar mouwen. Want er wordt geknoeid bij het toekennen van de EPC-score, zo bleek uit het VRT-programma Factcheckers: eenzelfde woning kreeg heel verschillende energielabels, van D tot B, afhankelijk van de inspecteur die langskwam. Meer nog, de inspecteurs gaven de eigenaars van het huis actief tips om te sjoemelen én knepen tijdens de plaatsbezoeken een oogje dicht voor verschillende tekortkomingen.
Volgens het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA), dat de energiedeskundigen controleert, is er altijd wat marge mogelijk. Zuhal Demir (N-VA), de bevoegde Vlaamse minister van Energie, zei dat er overal rotte appels zijn en ze kwam met strengere eisen om belangenvermenging met bijvoorbeeld makelaars of aannemers te vermijden. Zal dat zorgen voor betrouwbare EPC-labels? Dat zal een volgende factcheck ons leren. Met het sjoemel-EPC staat heel de Vlaamse regelgeving over energiezuinige woningen op de helling.