Geen aandacht voor migratie in Franstalige versie van De Stemtest
De Stemtest van VRT NWS en De Standaard heeft sinds enkele verkiezingen ook een Franstalige evenknie, namelijk Le Test Electoral, een samenwerking tussen de RTBF en La Libre. Het concept is hetzelfde: 35 politieke stellingnames waarmee kiezers hun eigen standpunten kunnen vergelijken, en zo uitzoeken welke politieke partij het best bij hen past.
De Nederlandstalige en Franstalige versie bevatten soortgelijke stellingen over een vermogensbelasting, de invoer van Chinese elektrische auto’s en nieuwe kerncentrales. Maar er zijn inhoudelijk ook best verschillen. Zo vraagt De Stemtest of de VRT de zondagse eucharistievieringen moet schrappen, Le Test Electoral wil weten of de subsidies van de RTBF moeten worden gekort.
In De Stemtest gaat het over de opvang van asielzoekers, de splitsing van de sociale zekerheid, de rente op spaarboekjes en stikstof. En in Le Test Electoral over EVRAS (de omstreden lessen seksuele voorlichting in het Franstalig onderwijs), het huisartsentekort, hogere belastingen op tweede verblijven en de Waalse overheidsuitgaven.
De Vlaamse kiezer wordt gepolst over de mis op de VRT, de Waalse over de subsidies van de RTBF.
‘Maar de meeste verschillen hebben te maken met het feit dat het Vlaamse politieke landschap veel meer is gepolariseerd. Het was voor ons moeilijker om voorstellen te vinden die de politieke partijen aan Franstalige kant duidelijk van elkaar onderscheiden,’ zegt Benoît Rihoux, professor politieke wetenschappen (UCLouvain), die samen met Stefaan Walgrave (UAntwerpen) instaat voor de academische deugdelijkheid van de stemtest.
‘Het Franstalige politieke landschap bestaat grotendeels uit centrum-, centrumlinkse of heel linkse partijen, met alleen de MR op centrumrechts. Daardoor is er over een hele reeks kwesties vrij brede overeenstemming. En dus konden we voor de Franstalige versie jammer genoeg heel wat Vlaamse stellingen niet gebruiken, omdat de Franstalige partijen daarover te sterk op één lijn zitten.’
Dat zie je bij de ‘klassieke sociaaleconomische thema’s’, zegt Rihoux. ‘Elke keer is de MR de outsider, met bijvoorbeeld een pleidooi voor strenge controle op werklozen. We hebben in de Franstalige stemtest maar een paar van die zeer splijtende stellingen kunnen behouden, omdat we anders altijd de MR, met zijn unieke positie, zouden bevoordelen.’
Migratie, integratie, en ‘taal- en cultuurkwesties’ leven ‘veel en veel minder’ in Wallonië dan in Vlaanderen, vervolgt de professor, en komen in Le Test Electoral nauwelijks aan bod. ‘In een regio met enorme sociaaleconomische problemen is koopkracht nu eenmaal de grootste zorg.’
Dat betekent niet dat politici in Vlaanderen en Wallonië in gescheiden werelden leven. ‘Het is helemáál niet zwart-wit’, besluit Rihoux. ‘Over een paar weken komen we met een analyse van de verschillen en overeenkomsten tussen alle politieke partijen. Maar je ziet nu al dat er over fundamentele vragen, zoals de plaats van België in de NAVO of de Europese Unie, een bijna-unanieme Belgische consensus bestaat.’