Lise Vandecasteele (PVDA)
‘Een opmerkelijke coalitie van Vlaams-nationalisten en socialisten zet de Antwerpse ouderenzorg opnieuw in de uitverkoop’
‘Het Antwerpse stadsbestuur lijkt tot het uiterste te willen gaan om publieke zorg te privatiseren’, schrijft Lise Vandecasteele (PVDA).
Het Zorgbedrijf is één van de kroonjuwelen van de Antwerpse openbare diensten. Het organiseert ouderenzorg via 19 woonzorgcentra, 46 dienstencentra en 3.500 serviceflats, naast ook thuiszorg en jeugdzorg. Maar als kroonjuweel wordt het niet behandeld. Het stadsbestuur voert een zware besparing door op het Zorgbedrijf.
Sinds 2012 werd al een derde van de werkingsmiddelen geschrapt. Met als gevolg dat de kwaliteit en de betaalbaarheid onder druk staan. Twee voorzieningen staan onder verhoogd toezicht van de zorginspectie wegens aanhoudende en ernstige tekorten. Eén voorziening is zelfs tijdelijk haar erkenning kwijt. De prijzen van het Zorgbedrijf zijn met gemiddeld 2.450 euro per maand de hoogste van alle openbare woonzorgcentra van Vlaanderen.
Maar in plaats van deze problemen recht te trekken via noodzakelijke investeringen, kiest het stadsbestuur ervoor om het Zorgbedrijf af te stoten. Een privatisering moet de deur openzetten voor private investeerders. De geschrapte middelen moet het Zorgbedrijf op de markt gaan zoeken.
Een jaar geleden liet het stadsbestuur van N-VA, Vooruit en Open VLD daarvoor een privatiseringsplan goedkeuren, ondanks luid protest.
Opvallend is dat Vooruit zich in het Vlaams Parlement verzet tegen de privatisering van zorg, maar in Antwerpen deze privatisering mee wil uitvoeren.
Toch is het Zorgbedrijf tot op vandaag 100 procent publiek. De plannen van het stadsbestuur bleken immers volstrekt onwettelijk en het decreet dat op bestelling werd ingediend in het Vlaams Parlement om dat alsnog te regelen stierf een stille dood. Maandenlang protest miste haar effect niet. ‘Drijf de zorg niet in handen van de commercie’ schreven de zorgsector, vakbonden en middenveld in een breed onderschreven opinie. Toen bleek dat het decreet ook de privatisering van ziekenhuizen mogelijk maakte, trok CD&V die het decreet mee indiende zich definitief terug.
Opvallend is dat Vooruit zich in het Vlaams parlement verzet tegen de privatisering van zorg, maar in Antwerpen deze privatisering mee wil uitvoeren. Ze menen dat het Zorgbedrijf op die manier ‘concurrentieel’ gemaakt wordt en ‘met gelijke wapens’ kan strijden op de markt. Het klopt dat de Zweedse regering een fiscaal regime invoerde dat private bedrijven kortingen geeft waar publieke instellingen niet op kunnen rekenen. Een duidelijke ideologische keuze om de privatisering van overheidsdiensten een duwtje in de rug te geven. In plaats van zich daarnaar te schikken, zouden de socialisten die ongelijkheid beter aankaarten in hun federale regering.
Want de zorg op deze manier in handen van de commercie duwen heeft zijn gevolgen. Geen enkele private investeerder strooit zomaar met centen. Middelen die worden geïnvesteerd, moeten ook worden terugverdiend, mét rendement. De sector waarschuwt zelf terecht dat dit de kwaliteit en toegankelijkheid van de zorg zal ondermijnen. De prijzen in de commerciële ouderenzorg liggen hoger, er is een lagere personeelsinzet en het zijn vooral commerciële voorzieningen die onder verhoogd toezicht staan omwille van aanhoudende problemen.
Bij de commerciële zorgmastodont Orpea in Frankrijk kwam ontluisterende verhalen aan het licht van verwaarlozing van ouderen terwijl aandeelhouders in de watten worden gelegd.
De voordeur mag dan wel potdicht zitten, niets belet ons om de achterdeur open te zetten, moeten ze bij de Antwerpse N-VA, Open VLD en Vooruit gedacht hebben.
En dus komt het stadsbestuur met een nieuw plan op de proppen: van een ‘openbare welzijnsvereniging’, moet het Zorgbedrijf vervellen tot een ‘private woonzorgvereniging’. Een vereniging die wordt opgericht met als partner het ziekenhuisnetwerk Antwerpen (ZNA) en waartoe ook andere private partners mogen toetreden.
Die plannen werden op maandag 30 mei goedgekeurd, met de steun van de CD&V.
Via het aantrekken van extra private partners moet het Zorgbedrijf een groei realiseren zonder dat het stadsbestuur bijkomende financiële middelen moet investeren, staat te lezen in de motiveringsnota. Op papier moet het gaan om partners zonder winstoogmerk, maar in de realiteit werken alle grote zorgmultinationals met schijn-vzw’s. Zogenaamde verenigingen zonder winstoogmerk, die via hoge huurprijzen en andere kosten centen doorsluizen naar vennootschappen waar wél winsten worden gemaakt en dividenden uitgedeeld.
Op die manier kan het stadsbestuur dus alsnog privaat kapitaal binnenhalen en verdergaan met besparen. Want de privatiseringsplannen gaan hand in hand met besparingsplannen. De privatisering moet mogelijk maken voor het stadsbestuur om tegen 2025 nog eens tien miljoen euro te besparen.
De vakbonden en het personeel van het Zorgbedrijf en van ZNA vroegen de gemeenteraadsleden expliciet de privatisering niet goed te keuren. Ze vinden het niet kunnen dat de mensen die iedere dag klaar staan voor de bewoners op geen enkele manier betrokken worden in dit verhaal. Na alle besparingsrondes is de situatie op de werkvloer onhoudbaar. Veel vaste mensen stappen op en worden noodgedwongen vervangen door interimmers en stagiairs.
Openbare zorg heeft als belangrijke maatschappelijke opdracht ieder van ons toegang te geven tot betaalbare en kwaliteitsvolle zorg. Gezondheidszorg is immers een basisrecht. De vrije markt biedt die garantie niet. Landen waar zorg enkel of voornamelijk in handen is van de private markt tonen dat heel wat mensen uitgesloten worden door hoge prijzen en ellenlange wachtlijsten.
Laat ons investeren in een sterke openbare ouderenzorg die focust op kwaliteit, betaalbaarheid en toegankelijkheid. Dat is wat burgers willen en waar onze ouderen recht op hebben.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier